Hoofd- en bijzaken onderscheiden

Evalueren zorg
Hoofd en bijzaken onderscheiden
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Evalueren zorg
Hoofd en bijzaken onderscheiden

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelen vandaag

Je hebt aan de hand van een casus hoofd en bijzaken gescheiden


Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beginnen bij het begin...

Lees de casus door van Mw. de Vries


Slide 3 - Tekstslide

Uitdelen op papier


Neem 10 minuten de tijd om vraag 1 tot 3 te beantwoorden.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stap 1

Heb je n.a.v. de casus nog meer vragen?

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

1. Wat zou je doen tijdens een gesprek waarin je veel onvrede over je uitgestort krijgt?

2. Je gaat het gesprek uitwerken in een verslag en laat het hele verhaal op je indalen. Wat zijn de zaken die je zijn opgevallen?

3. Wat is het verschil tussen een hoofd en een bijzaak?

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stap 3
Je besluit Mw. rustig uit te laten razen en probeert te registreren wat ze allemaal zegt in haar relaas.
Je komt op de steekwoorden:
- Altijd te laat
- Niet genoeg tijd
- Geen hulp waar ik om vraag
Waar wil je verder naar vragen?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

En vervolgens...
Je hebt Mw. aangehoord. Je hebt je vragen gesteld.

Je gaat het gesprek op kantoor verder uitwerken en laat het even op je indalen.
Je moet hierbij de hoofd en bijzaken onderscheiden, maar je weet even niet hoe je moet beginnen...

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Begin met benoemen van alle zaken die je opgevallen zijn!

Slide 9 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer is iets een hoofdzaak?

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

En dan..
Maak een tabel:




Verzamel in tweetallen de hoofd en bijzaken.
Neem hier 15 minuten de tijd voor.
Hoofdzaken
Bijzaken

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een hoofdzaak is belangrijke informatie waar je direct wat mee moet doen
Ja
Nee
Anders, namelijk...

Slide 12 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Een bijzaak is onbelangrijk en kun je aan de kant schuiven
Ja
Nee
Anders, namelijk...

Slide 13 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Een hoofdzaak is iets wat de client belangrijk vindt. Verder is het niet zo belangrijk.
Ja
Nee
Anders, namelijk...

Slide 14 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Een bijzaak moet je altijd in de gaten houden, blijven monitoren
Ja
Nee
Anders, namelijk...

Slide 15 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Ik weet hoe ik hoofd en bijzaken uit elkaar kan houden
Ja
Nee
Anders, namelijk...

Slide 16 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb al een cliënt gekozen voor deze opdracht
Ja
Nee
Anders, namelijk...

Slide 17 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb mijn gesprek met de cliënt al gepland!
Ja
Nee
Anders, namelijk...

Slide 18 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Wat heb je nodig om verder te kunnen met deze opdracht?

Slide 19 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies