§5.3 Nederland en de EU

Huiswerk!
Pak alvast je boek, schrift, rekenmachine en pen

En neem het huiswerk van vandaag voor je.
  • Herhalingsopdracht 8 en 9 op blz. 156

De docent loopt dan langs om het huiswerk te controleren
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Huiswerk!
Pak alvast je boek, schrift, rekenmachine en pen

En neem het huiswerk van vandaag voor je.
  • Herhalingsopdracht 8 en 9 op blz. 156

De docent loopt dan langs om het huiswerk te controleren

Slide 1 - Tekstslide

Startvraag
In Nederland zijn Chinese rollen verboden. In België is dit vuurwerk wel toegestaan.
  • Waarom is dit niet handig?

  • Binnen de EU is er namelijk vrij verkeer van goederen, personen en geld. 
  • Nederlanders kunnen daarom gemakkelijk een Chinese rol in België kopen en in Nederland afsteken

Slide 2 - Tekstslide

§5.3 Nederland en de EU

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het eind van de les kun je:
  • de kenmerken van de interne markt noemen.
  • uitleggen hoe de EU voor meer concurrentie zorgt.


Slide 4 - Tekstslide

De EU
EU = Europese Unie

  • De EU is een samenwerkingsverband tussen 27 landen

  • Binnen de EU is er geen sprake van protectiemaatregelen,
  • maar van een interne markt

Slide 5 - Tekstslide

De interne markt van de EU
27 landen hebben onderling vrij verkeer van: 
  • goederen en diensten
  • Personen
  • Kapitaal (geld)

  • Gemeenschappelijke buitengrens = ieder EU land heeft dezelfde afspraken met landen die niet in de EU zitten
  • Bijvoorbeeld:
  • Spanjaarden moeten 17% invoerrechten betalen voor producten uit China. Voor België en Duitsland geldt dit ook

Slide 6 - Tekstslide

Harmonisatie
Harmonisatie = dat EU landen dezelfde wetten en regels willen hebben
  • Dit lukt nog niet helemaal! 
  • De EU landen hebben verschillende regels 
  • Daardoor is er oneerlijke concurrentie
  • Bijvoorbeeld:
  • Vuurwerkverkopers in België mogen wel rollen verkopen en Nederlandse verkopers niet
  • In Portugal kost en pakje sigaretten €5,-. In Nederland €10,- (veel meer accijns)
  • De interne markt heeft daardoor nog veel nadelen.

Slide 7 - Tekstslide

Harmonisatie
  • Nederland wil minder Co2 uitstoten, zodat de opwarming van de aarde langzamer gaat. 
  • Hiervoor dwingt de overheid bedrijven Nederlandse bedrijven te verduurzamen.
  • Dit zorgt er voor dat de kosten van deze bedrijven omhoog gaan doordat ze moeten vernieuwen
  • Hierdoor moeten bedrijven hogere prijzen vragen aan de klant.

Als Duitse bedrijven niet hoeven te verduurzamen dan hoeven zij niet duurder te worden en hebben zij een betere concurrentiepositie ten opzicht van Nederlandse bedrijven.

Slide 8 - Tekstslide

Opdracht
Wat: maak opdracht 1 t/m 6  op blz. 146
Hoe: lees de leer tekst als je moeite hebt met een vraag!
Tijd: 15 minuten (stiltemoment) 
Resultaat: Samen bespreken
Klaar: Begin alvast met het huiswerk:
Plusopdracht 1 op blz. 159


timer
15:00

Slide 9 - Tekstslide

Huiswerk!
Pak alvast je boek, schrift, rekenmachine en pen

En neem het huiswerk van vandaag voor je.
  • Plusopdracht 1 op blz. 159

De docent loopt dan langs om het huiswerk te controleren

Slide 10 - Tekstslide

Startvraag
Wat zijn voordelen van de euro voor landen die de euro als wettig betaalmiddel hebben?
  • Je hoeft niet meer te wisselen (kost ook geld)
  • Je weet meteen de prijs van een product als je in zo een land op vakantie bent
  • Geen wisselkoersrisico

Slide 11 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het eind van de les kun je uitleggen:
  • wat de EMU is en wat de voordelen van de euro voor de handel zijn.
  • hoe de ECB invloed op de hoogte van de inflatie heeft.

Slide 12 - Tekstslide

De EMU
De europese monetaire unie zijn alle landen die de euro als wettig betaalmiddel hebben samen

Voordelen van de euro voor deze landen:
  • Prijzen makkelijk te vergelijken
  • Geen kosten voor het omwisselen naar een andere munt
  • Geen wisselkoersrisico 



Slide 13 - Tekstslide

wisselkoersrisico
Voorbeeld 
Bedrijf X koopt importeert altijd zijn staal uit Amerika. Ze hebben met de amerikaanse staalproducent afgesproken dat een kilo staal $4,- kost.

  • Situatie 1: wisselkoers = 1$ = 0,90€
  • Een kilo staal kost dan 4 x 0,90 = €3,60

  • Situatie 2: wisselkoers = 1$ = 0,95€
  • Een kilo staal kost nu 4 x 0,95 = 3,80
  • Doordat de wisselkoers is veranderd betaal je in dollars dezelfde prijs, maar in euro's een hogere prijs

Slide 14 - Tekstslide

ECB
De ECB is de Europese centrale bank

  1. De ECB drukt onze bankbiljetten
  2. De ECB bepaalt de rente in de Eurozone. 

  • Voorbeeld:
  • De inflatie is te hoog! De ECB verhoogt de rent. Hierdoor wordt geld lenen duurder. Mensen zullen minder lenen en dus minder uitgeven. Als de uitgaven verminderen, zullen bedrijven hun prijzen verlagen
  • Hoge prijzen zorgen, namelijk voor minder export :(

Slide 15 - Tekstslide

Opdracht
Wat: maak opdracht 7 t/m 11  op blz. 148
Hoe: lees de leer tekst als je moeite hebt met een vraag!
Tijd: 15 minuten (stiltemoment) 
Resultaat: Samen bespreken
Klaar: Begin alvast met het huiswerk:
Plusopdracht 9 op blz. 159
timer
15:00

Slide 16 - Tekstslide

Huiswerk tijd
  • Plusopdracht 9 op blz. ...



timer
15:00

Slide 17 - Tekstslide