1HV H4 par. 4.2 Keizers, koningen en heren

Hoofdstuk 4
Boeren, heren en monniken



Paragraaf 4.2
Keizers, koningen en heren
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 4
Boeren, heren en monniken



Paragraaf 4.2
Keizers, koningen en heren

Slide 1 - Tekstslide

Doelen
  • Je kunt uitleggen hoe het Frankische Rijk ontstond.
  • Je kunt uitleggen hoe het leenstelsel werkte.
  • Je kunt uitleggen wat Vikingen waren.

Slide 2 - Tekstslide

Planning
  • Terugblik: vorige les
  • Uitleg 4.2 
  • Filmpje Vikingen
  • Toets bespreken
  • Afsluiting/huiswerk

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Karel de Grote
  • Koning: 768-800
  • Keizer: 800-814 

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Wat heb je van dit filmpje geleerd?

Slide 8 - Open vraag

Je kunt uitleggen hoe het Frankische Rijk ontstond.
0100

Slide 9 - Poll

Clovis werkte nauw samen met de kerk.
Welke reden had hij daarvoor?
A
De katholieke kerk was goed georganiseerd en machtig
B
De kerk in Rome had een groot leger
C
De meeste Franken waren christelijk
D
De paus bood aan om hem te kronen tot keizer

Slide 10 - Quizvraag

Koning Clovis (466-511) is nog altijd erg populair in Frankrijk.
Waarom is dat?
A
Hij heeft de Romeinen uit Frankrijk verdreven
B
Hij heeft de Franken onder één bestuur verenigd
C
Hij heeft gezorgd dat de paus weer in Rome kon wonen
D
Hij heeft heel Europa veroverd

Slide 11 - Quizvraag

Waarom werd Karel de Grote in 800 tot keizer gekroond?
A
Karel de Grote had alle Franken onder zich verenigd
B
Karel de Grote had de moslims uit Spanje verdreven
C
Karel had het Oost-Romeinse Rijk veroverd
D
Karel de Grote had de paus geholpen toen hij uit Rome was verdreven

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Tekstslide

'Frankische Rijk'
De grond is van de leenheer
(keizer / koning Karel de Grote)
FEODALISME
=
LEENSTELSEL

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

'Frankische Rijk'
Leenman
A
Leenman
B
Leenman
C
Leenman
D
Leenman
E
Leenman
F
Leenman
G
Leenman
H
Leenman
I
FEODALISME
=
LEENSTELSEL

Slide 16 - Tekstslide

'Frankische Rijk'
Leenman
B
Leenman
C
Leenman
D
Leenman
E
Leenman
F
Leenman
G
Leenman
H
Leenman
I
FEODALISME
=
LEENSTELSEL

Slide 17 - Tekstslide

Leenstelsel
Ook: feodale stelsel

Slide 18 - Tekstslide

Waarom gaf een leenheer stukken land ter leen?
A
Er was geen geld meer in de omloop
B
De koning vond regeren niet zo leuk
C
De kerk had dit zo bepaald
D
Dit deden de Romeinen ook al

Slide 19 - Quizvraag

Leenheer
(bv. Karel de Grote)
Leenmannen
(bv. hertog of graaf)
Geeft grond in leen
Gebied besturen, rechtspreken, militairen sturen

Slide 20 - Tekstslide

Raad en daad
(Achter)Leenmannen moesten:
  • Trouw zweren aan de leenheer
  • Advies geven
  • Helpen bij oorlog

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Welke uitspraak over het leenstelsel is juist?
A
De koningen beloonde zijn volgelingen met geld
B
De leenheer hielp de leenman bij het bestuur
C
Door het leenstelsel had de koning een groot leger
D
Leenmannen moesten belasting betalen aan de koning

Slide 23 - Quizvraag

Welke uitspraak over ridders is juist?
A
Ridders hoefden geen trouw te beloven aan de koning
B
Ridders kregen hun grond van de koning in eigendom
C
Ridders kregen hun wapenuitrusting van de koning
D
Ridders waren leenmannen of achterleenmannen

Slide 24 - Quizvraag

Het leenstelsel was een                                    systeem

waarbij bijvoorbeeld een                                      stukken 

land uitleende aan                                      in ruil voor 

hun                                      .
Economisch
Politiek
Landbouw
Horigen
Trouw en steun
Domein
Hofstelsel
Koning
Herendiensten
Edelen

Slide 25 - Sleepvraag

Vikingen

Slide 26 - Tekstslide

Vooroordelen
Helmen
Drinkbekers

Slide 27 - Tekstslide

  • 'vik' betekent zoiets als fjord

  • De vikingen in  Noorwegen woonden bij fjorden.

Slide 28 - Tekstslide

  • Vikingen hielden van lange baarden

  • Deze verzorgden ze goed

  • Soms versierden ze de baarden en hadden ze er vlechten in

Slide 29 - Tekstslide

Wat zijn Vikingen?
Soldaat, krijger, rover, piraat
Niet alle Noormannen of Denen waren Viking

Waarom?
Noorwegen en Denemarken zijn nou niet bepaald landbouwvriendelijk

Slide 30 - Tekstslide

Vikingen vallen aan!
  • vanaf ong. 800 na Christus
  • Vikingen waren handelaren (graan/wapens/berenvellen)
  • Europa was zwak
  • Namen kostbare spullen mee

Slide 31 - Tekstslide

Lindisfarne Engeland, 8 juni 793
Begin van het tijdperk van de Vikingen

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Vikingen in moderne media...
Vikingen steeds populairder
Neergezet als:


Barbaren
Bouwers
Vechters

Slide 36 - Tekstslide

Vikingen trekken weg
  • Rijke boeren bouwen kastelen
  • Ridders te paard
  • Meer soldaten

  • Vikingen worden bang
  • Verdienen niet meer aan tochten

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Video