1HV H4 par. 4.2 Keizers, koningen en heren

Hoofdstuk 4
Boeren, heren en monniken



Paragraaf 4.2
Keizers, koningen en heren
1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 4
Boeren, heren en monniken



Paragraaf 4.2
Keizers, koningen en heren

Slide 1 - Tekstslide

Leven op het platteland
Paragraaf 4.2 vanaf blz. 22
timer
7:00
timer
5:00

Slide 2 - Tekstslide

Doelen
  • Je kunt uitleggen hoe het Frankische Rijk ontstond.
  • Je kunt uitleggen hoe het leenstelsel werkte.
  • Je kunt uitleggen wat Vikingen waren.

Slide 3 - Tekstslide

Planning
  • Terugblik: vorige les
  • Uitleg 4.2 
  • Filmpje Vikingen
  • Toets bespreken
  • Afsluiting/huiswerk

Slide 4 - Tekstslide

Wat was een politiek gevolg van het verdwijnen van het West-Romeinse Rijk?
A
De handel ging achteruit
B
Er kwamen nieuwe keizers
C
Er ontstonden Germaanse koninkrijken
D
Er ontstond een agrarische samenleving

Slide 5 - Quizvraag

Wat was een economisch gevolg van het verdwijnen van het West-Romeinse Rijk?
A
Steden liepen leeg en men leefde op het platteland
B
Germaanse koningen namen de macht over
C
Er ontstond bloeiende handel
D
Er kwamen nieuwe Romeinse keizers

Slide 6 - Quizvraag

Franken
  • Germaanse stam.
  • Bondgenoot Romeinen.
  • Leefden eerst in Zuid-Nederland en Belgie.
  • Eind 5e eeuw ook Gallie (huidige Frankrijk).

Slide 7 - Tekstslide

Frankische Rijk 
  • Rond 500 n.C. verenigde Clovis de Frankische stammen: begin Frankische Rijk
  • Veel inwoners van Gallie waren christen.
  • Rond deze tijd bekeerde hij zich ook tot het christendom.

Slide 8 - Tekstslide

Waardoor werd Clovis machtig?
  • Goede legerleider --> wist veel vijanden te verslaan
  • Was christelijk en werkte samen met de paus in Rome 
  • De kerk kon Clovis helpen bij het bestuur
  • Clovis kon de kerk helpen bij uitbreiden    macht 

  • Zo kreeg de kerk en de Frankische koningen meer macht

Slide 9 - Tekstslide

Frankische Rijk 
  • Clovis verovert bijna heel Frankrijk 
  • Vanaf dat moment --> Frankisch Rijk 

  • Hij verspreidde het christendom door heidense volken aan te vallen en te bekeren.

Slide 10 - Tekstslide

het koninkrijk der Franken:

begin 5e eeuw groot deel van Frankrijk, Belgie en Nederland.

Clovis, 481-511

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Karel de Grote
  • Koning: 768-800
  • Keizer: 800-814 

Slide 14 - Tekstslide

Hoofdstuk 4
Boeren, heren en monniken



Paragraaf 4.2
Keizers, koningen en heren

Slide 15 - Tekstslide

Hoe zat het ook alweer?
Ik kreeg van jullie terug dat H4.1 moeilijk was. Begrippen als hofstelsel en domein waren weggezakt

1. We beginnen vandaag daarom met een opdracht om die stof te herhalen

2. Daarna gaan we verder met de uitleg van H4.2 waar we vorige week zijn gebleven

Slide 16 - Tekstslide

Aan de slag
Aan de slag

In classroom staat de opdracht. Je hebt 30 minuten de tijd om deze opdracht te maken in te leveren via classroom

Succes!
timer
30:00

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Clovis werkte nauw samen met de kerk.
Welke reden had hij daarvoor?
A
De katholieke kerk was goed georganiseerd en machtig
B
De kerk in Rome had een groot leger
C
De meeste Franken waren christelijk
D
De paus bood aan om hem te kronen tot keizer

Slide 20 - Quizvraag

Koning Clovis (466-511) is nog altijd erg populair in Frankrijk.
Waarom is dat?
A
Hij heeft de Romeinen uit Frankrijk verdreven
B
Hij heeft de Franken onder één bestuur verenigd
C
Hij heeft gezorgd dat de paus weer in Rome kon wonen
D
Hij heeft heel Europa veroverd

Slide 21 - Quizvraag

Waarom werd Karel de Grote in 800 tot keizer gekroond?
A
Karel de Grote had alle Franken onder zich verenigd
B
Karel de Grote had de moslims uit Spanje verdreven
C
Karel had het Oost-Romeinse Rijk veroverd
D
Karel de Grote had de paus geholpen toen hij uit Rome was verdreven

Slide 22 - Quizvraag

Slide 23 - Tekstslide

'Frankische Rijk'
De grond is van de leenheer
(keizer / koning Karel de Grote)
FEODALISME
=
LEENSTELSEL

Slide 24 - Tekstslide

'Frankische Rijk'
Leenman
A
Leenman
B
Leenman
C
Leenman
D
Leenman
E
Leenman
F
Leenman
G
Leenman
H
Leenman
I
FEODALISME
=
LEENSTELSEL

Slide 25 - Tekstslide

'Frankische Rijk'
Leenman
B
Leenman
C
Leenman
D
Leenman
E
Leenman
F
Leenman
G
Leenman
H
Leenman
I
FEODALISME
=
LEENSTELSEL

Slide 26 - Tekstslide

Leenstelsel
Ook: feodale stelsel

Slide 27 - Tekstslide

Waarom gaf een leenheer stukken land ter leen?
A
Er was geen geld meer in de omloop
B
De koning vond regeren niet zo leuk
C
De kerk had dit zo bepaald
D
Dit deden de Romeinen ook al

Slide 28 - Quizvraag

Leenheer
(bv. Karel de Grote)
Leenmannen
(bv. hertog of graaf)
Geeft grond in leen
Gebied besturen, rechtspreken, militairen sturen

Slide 29 - Tekstslide

Raad en daad
(Achter)Leenmannen moesten:
  • Trouw zweren aan de leenheer
  • Advies geven
  • Helpen bij oorlog

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Welke uitspraak over het leenstelsel is juist?
A
De koningen beloonde zijn volgelingen met geld
B
De leenheer hielp de leenman bij het bestuur
C
Door het leenstelsel had de koning een groot leger
D
Leenmannen moesten belasting betalen aan de koning

Slide 32 - Quizvraag

Welke uitspraak over ridders is juist?
A
Ridders hoefden geen trouw te beloven aan de koning
B
Ridders kregen hun grond van de koning in eigendom
C
Ridders kregen hun wapenuitrusting van de koning
D
Ridders waren leenmannen of achterleenmannen

Slide 33 - Quizvraag

Het leenstelsel was een                                    systeem

waarbij bijvoorbeeld een                                      stukken 

land uitleende aan                                      in ruil voor 

hun                                      .
Economisch
Politiek
Landbouw
Horigen
Trouw en steun
Domein
Hofstelsel
Koning
Herendiensten
Edelen

Slide 34 - Sleepvraag

Vikingen

Slide 35 - Tekstslide

Vooroordelen
Helmen
Drinkbekers

Slide 36 - Tekstslide

  • 'vik' betekent zoiets als fjord

  • De vikingen in  Noorwegen woonden bij fjorden.

Slide 37 - Tekstslide

  • Vikingen hielden van lange baarden

  • Deze verzorgden ze goed

  • Soms versierden ze de baarden en hadden ze er vlechten in

Slide 38 - Tekstslide

Wat zijn Vikingen?
Soldaat, krijger, rover, piraat
Niet alle Noormannen of Denen waren Viking

Waarom?
Noorwegen en Denemarken zijn nou niet bepaald landbouwvriendelijk

Slide 39 - Tekstslide

Vikingen vallen aan!
  • vanaf ong. 800 na Christus
  • Vikingen waren handelaren (graan/wapens/berenvellen)
  • Europa was zwak
  • Namen kostbare spullen mee

Slide 40 - Tekstslide

Lindisfarne Engeland, 8 juni 793
Begin van het tijdperk van de Vikingen

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Tekstslide

Vikingen in moderne media...
Vikingen steeds populairder
Neergezet als:


Barbaren
Bouwers
Vechters

Slide 45 - Tekstslide

Vikingen trekken weg
  • Rijke boeren bouwen kastelen
  • Ridders te paard
  • Meer soldaten

  • Vikingen worden bang
  • Verdienen niet meer aan tochten

Slide 46 - Tekstslide

Slide 47 - Tekstslide

Slide 48 - Video