Les 51. Meer dan lezen p.6 Feit mening standpunt argument
O2B4 Welkom!
Rustig gaan zitten
Op je eigen plek!
Laptop dicht op tafel
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1
In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.
Onderdelen in deze les
O2B4 Welkom!
Rustig gaan zitten
Op je eigen plek!
Laptop dicht op tafel
Slide 1 - Tekstslide
Doel van de les
Je leert feiten, meningen, standpunten en argumenten herkennen in de tekst.
Slide 2 - Tekstslide
Feiten
Wat is dat?
Slide 3 - Tekstslide
Feiten
Een feit is iets wat echt zo is. Je kunt het controleren.
Je ontdekt dan of het waar of niet waar is. Als het waar is, is het een feit.
Bijvoorbeeld: Mijn buurvrouw is arts.
Slide 4 - Tekstslide
Mening en standpunt
Wat zijn dat?
Slide 5 - Tekstslide
Mening en standpunt
Een mening of standpunt is een uitspraak over wat iemand vindt van iets of hoe iemand ergens over denkt.
Met een mening of standpunt kun je het eens of oneens zijn.
Je herkent een mening soms aan woorden als ik vind en volgens mij.Bijvoorbeeld: Ik vind werken in een ziekenhuis spannend.
Slide 6 - Tekstslide
Argument
Wat is dat?
Slide 7 - Tekstslide
Argument
Als je uitlegt waarom je een bepaalde mening hebt of als je een mening wilt verdedigen, gebruik je een argument. Een argument herken je vaak aan woorden als want, omdat, namelijk en immers.
Bijvoorbeeld: Ik vind werken in een ziekenhuis spannend (mening), want je ziet veel mensen die gewond zijn of erg ziek zijn (argument).
Slide 8 - Tekstslide
Let op
Let op: soms lijkt het alsof iets een feit is, maar dat is niet zo.
Bijvoorbeeld: IJs is heerlijk. Dit is iets wat iemand vindt, dus is het een mening. Je kunt het ermee eens of oneens zijn.
Tip: je kunt er Ik vind voor zetten, dan ontdek je dat Ik vind ijs heerlijk een mening is.