Quiz duurzaamheid
1 / 26
Lesduur is: 15 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Testronde
Wat wordt er bedoeld met statiegeld?
Wat wordt er bedoeld met statiegeld?
A
Geld voor de trein
B
Geld dat je terugkrijgt op een fles
C
Belasting
Slide 2 - Quizvraag
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Welk woord veroorzaakt geen milieuprobleem?
A
Ontbossing
B
Duurzaamheid
C
Bestrijdingsmiddelen
Slide 5 - Quizvraag
Wat hoort niet bij duurzaam produceren en consumeren?
A
Eerlijke handel
B
Milieuaspecten
C
Laagst mogelijk kostprijs
Slide 6 - Quizvraag
Noem een activiteit waarbij door verbranding van olie of gas CO2 in de lucht komt.
A
Fietsen
B
Autorijden
C
Wandelen
Slide 7 - Quizvraag
Wat is een voorbeeld van recreatie die weinig belastend is voor de natuur?
A
Vliegvakantie naar Marokko
B
Een cruise naar Mexico
C
Op de fiets naar het strand
Slide 8 - Quizvraag
Waarvan is dit het
keurmerk?
keurmerk?
A
Biologisch eten
B
Kunstmest
C
Sterretjesfabriek
Slide 9 - Quizvraag
Goederen kun je onderverdelen in gebruiks -en verbruikgoederen. Wat is een voorbeeld van een gebruiksgoed?
A
Benzine
B
Motorolie
C
Auto
Slide 10 - Quizvraag
Dit is een voorbeeld van?
A
Een drankprobleem
B
Recycling
C
Inzamelen oud papier
Slide 11 - Quizvraag
Wat is een voorbeeld van een milieuheffing?
A
Extra belasting op dieselauto
B
Korting op een elektrische auto
C
Korting op aanschaf zonnepanelen
Slide 12 - Quizvraag
Wat kan je recyclen?
A
Batterijen, glas, papier
B
Plastic, ijzer, hout, GFT
C
A & B
Slide 13 - Quizvraag
Stel, aan het begin van het toeristenseizoen is de kust vervuild met olieresten. Welke schade hebben de hotels en campings langs de kust hierdoor?
A
WC's en douches worden veel gebruikt
B
Restaurants zitten elke avond vol
C
Toeristen blijven weg dus minder omzet
Slide 14 - Quizvraag
Slide 15 - Tekstslide
Je auto moet regelmatig naar de APK. Bij die keuring van je auto wordt ook je uitlaatgas gecontroleerd. Waarom?
A
Om te zien of er een uitlaat aanwezig is
B
Om de garage van werk te voorzien
C
Voor het milieu
Slide 16 - Quizvraag
Wat ''doet'' duurzaam produceren?
A
Er ontstaat een leefbaar klimaat
B
Geeft veel belasting voor de natuur
C
Zorgt voor ontbossing
Slide 17 - Quizvraag
Wat is een voorbeeld van duurzaam produceren?
A
Plofkippen fokken
B
Kunstmest gebruiken
C
Biologisch voer voor koeien gebruiken
Slide 18 - Quizvraag
Ten opzichte van niet duurzame bedrijven zijn de kosten voor duurzame productie....
A
Hoger
B
Lager
C
Maakt niet uit
Slide 19 - Quizvraag
Een belasting die de overheid instelt om duurzame productie te bevorderen, noem je...
A
BTW
B
Subsidie
C
Milieuheffing
Slide 20 - Quizvraag
Wat kan jij doen in het kader van verduurzamen??
A
Rotzooi op straat gooien
B
Kraan laten lopen tijdens het tandenpoetsen
C
Afval scheiden
Slide 21 - Quizvraag
En wat nog meer??
A
Minder vlees eten
B
Goedkope kleding kopen uit arme landen
C
Lang douchen
Slide 22 - Quizvraag
Wat is het gevolg veel auto's?
A
Meer fietsen in de binnenstad
B
Hogere benzineprijzen
C
Meer luchtvervuiling
Slide 23 - Quizvraag
Wat er met je oude mobiel als je deze inlevert??
A
Wordt opgeknapt
B
Onderdelen en materialen worden hergebruikt
C
Niks
Slide 24 - Quizvraag
Waarom is er internationale samenwerking nodig om luchtvervuiling aan te pakken?
A
Luchtvervuiling kent geen grenzen
B
Het is alleen een probleem voor NL
C
Amerika en China zijn de grootste vervuilers
Slide 25 - Quizvraag
Testronde
Wat wordt er bedoeld met statiegeld?
Wat wordt er bedoeld met statiegeld?
A
Geld voor de trein
B
Geld dat je terugkrijgt op een fles
C
Belasting
