6.2 Psyho-educatie, voorlichting en advies geven

Module Wonen
6.2 Psycho-educatie, voorlichting en advies geven
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
WonenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Module Wonen
6.2 Psycho-educatie, voorlichting en advies geven

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aanwezigheidsregistratie
Aanwezigheid zal door de docent geregistreerd worden. Aanwezigheid kan meerdere malen tijdens de les worden gedaan. Bij vroegtijdig verlaten van de les, zonder geldige reden, zal je op 'ongeoorloofd afwezig' staan. 

Ben je te laat? Geef dit dan door aan het einde van de les aan de docent. Dit is jouw verantwoordelijkheid. 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma
  1. AWR
  2. Terugblik
  3. Lesdoelen
  4. Theoretische gedeelte
  5. Aan de slag
  6. Afsluiting les

Slide 3 - Tekstslide

Deel 1: 90 min (2 x45 min)

5 min. Welkom en AWR
5 min. Energizer
4 min. lesdoelen
3 min. Programma
20 min  Uitleg en Opbouw vak
10 min  Theoretische gedeelte
20 min  Leeractiviteit 2
10 min Lesdoelen check
3 minuten afsluiting les

80 min. totaal




Terugblik
Elke les staan we stil bij wat we de vorige les hebben besproken. 


- Heb jij nog vragen over de vorige les?
- Wat is je bijgebleven van de vorige les?





Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen

  • Je omschrijft wat voorlichting, advies en psycho-educatie inhouden.
  • Je geeft de aandachtspunten weer bij het geven van advies, voorlichting en psycho-educatie.
  • Je analyseert waaraan voorlichtingsmateriaal moet voldoen.
  • Je beoordeelt waaraan een goede voorlichting moet voldoen.
  • Je geeft advies en voorlichting.
  • Je geeft psycho-educatie.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Als begeleider zul je zeer geregeld voorlichting, advies of psycho-educatie geven aan cliënten en hun naastbetrokkenen. Dat heeft als doel de gezondheid van de cliënt te bevorderen of in stand te houden. Je geeft bijvoorbeeld uitleg over bepaald gedrag en de gevolgen daarvan, of vertelt waarom en hoe je specifieke handelingen verricht. Een specifiek advies kan ervoor zorgen dat de cliënt een ongezonde gewoonte verandert. En met psycho-educatie probeer je een cliënt en zijn naastbetrokkenen meer kennis over zijn stoornis of aandoening bij te brengen, zodat hij leert hoe hij hiermee om kan gaan en hoe naastbetrokkenen de cliënt daarbij kunnen ondersteunen.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorlichting
Voorlichting heeft als doel om de cliënt en zijn naastbetrokkenen kennis bij te brengen. Je kunt de cliënt bijvoorbeeld voorlichten over welke handelingen je bij hem verricht of gaat verrichten. Dat is bijvoorbeeld wanneer een cliënt zich niet zelfstandig kan aankleden en jij dit overneemt. Het is dan prettig als je de cliënt precies vertelt wat je gaat doen.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorlichting kan ook als doel hebben dat de cliënt, eventueel met ondersteuning van naastbetrokkenen, met de aangeboden kennis beter in staat is om voor zijn eigen gezondheid en welzijn te zorgen.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Methodisch voorlichting geven
  • Het geven van voorlichting is een methodisch proces. Dit proces heeft drie fasen: 
  • de voorbereidingsfase, 
  • de uitvoeringsfase en 
  • de evaluatiefase.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbereidingsfase
Het is van belang dat je weet aan wie je voorlichting geeft. Op die manier kun je passende informatie verstrekken. Een cliënt en naastbetrokkenen leren het meest van je voorlichting, wanneer je je in hun situatie verplaatst. In de voorbereidingsfase verzamel je dan ook de benodigde achtergrondinformatie.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Je zet de cliënt en eventueel naastbetrokkenen dus centraal in je voorlichting. Hun situatie, mogelijkheden en voorkeuren zijn bepalend voor je aanpak. Het is ook handig om van tevoren al te weten welk beeld de cliënt zelf heeft van zijn gezondheid en gedrag.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitvoeringsfase
De uitvoeringsfase is de fase waarin je de voorlichting daadwerkelijk geeft. Je zorgt in de eerste plaats voor gunstige omstandigheden. Je kiest bijvoorbeeld een rustige ruimte uit waar je de voorlichting wilt geven. Of je sluit ramen en deuren als je merkt dat achtergrondlawaai de voorlichting verstoren. Vervolgens ga je na of de cliënt en eventueel naastbetrokkenen aandacht hebben voor het onderwerp van de voorlichting. Als een cliënt net een slechtnieuwsgesprek heeft gehad, zal hij bijvoorbeeld minder openstaan voor jouw voorlichting over gezonde voeding.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De 5 B’s kunnen je ook helpen bij het uitvoeren van een voorlichtingsgesprek:
  • Belangrijk: sluit aan bij de voorkennis, interesses, doelen en het begripsniveau van de cliënt en eventueel naastbetrokkenen.
  • Bruikbaar: geef concrete informatie en sluit aan bij de leefstijl en het dagelijkse leven van de cliënt en eventueel naastbetrokkenen.
  • Begrijpelijk: geef heldere, eenvoudige informatie, gebruik dus geen ingewikkelde termen of beroepsbegrippen. Maar maak het ook niet té simpel.
  • Boeiend: gebruik vergelijkingen, geef herkenbare voorbeelden.
  • Beklijvend: bied structuur in het voorlichtingsgesprek. 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Evaluatiefase
In de evaluatiefase ga je na of de voorlichting nuttig en helder was. Dit doe je samen met de cliënt en eventueel naastbetrokkenen, je wil weten hoe hij jouw voorlichting heeft ervaren en of je doel behaald is. Evalueren is een belangrijk leermoment voor de toekomst. Je kunt namelijk alle verbeterpunten meenemen voor de volgende keer dat je voorlichting geeft.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aandachtspunten
Bij het geven van voorlichting is een aantal zaken van belang. Voorlichting is bijvoorbeeld alleen zinvol wanneer de cliënt en eventueel naastbetrokkenen openstaan voor jouw informatie. Dat gaat het best wanneer je niet te veel informatie in één keer geeft. Ook is het van belang om voorlichting te geven in alle rust. Je zet bijvoorbeeld je telefoon uit zodat je niet gestoord kunt worden, ook laat je je collega’s weten dat je niet gestoord wil worden. De cliënt zal ook gemotiveerd moeten zijn om iets met de informatie te doen die je geeft. Als dat niet het geval is, is het van belang om erachter te komen hoe dat komt.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorlichtingsmateriaal
Het kan voorkomen dat een goed voorbereid, duidelijk voorlichtingsgesprek genoeg is om de cliënt en naastbetrokkenen te informeren over een bepaald onderwerp. Maar soms zul je ook gebruik willen maken van ondersteunende middelen om de voorlichting begrijpelijker of beter te maken. Als je voorlichtingsmateriaal in wilt zetten, moet dit dus helpen om de informatie te onthouden en te begrijpen.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je kunt auditieve (horen) en/of visuele (zien) materialen inzetten. Zoals een geluidsfragment of een podcast, een instructiefilmpje, een videofragment met voorbeelden of een ervaringsverhaal, een infographic, een anatomisch model, verwijzen naar een website en natuurlijk een folder of brochure

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Advies
Bij het geven van advies doe je een voorstel voor een specifieke handelings- of zienswijze om een bepaald doel te bereiken. Je adviseert een mantelzorger bijvoorbeeld hoe hij het best met zijn naaste met een neurocognitieve stoornis om kan gaan. Of je geeft bijvoorbeeld advies bij het maken van een afgewogen keuze. Je geeft dan deskundig advies in de vorm van suggesties, raad en tips.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeeld
Joy
Joy (28 jaar) verblijft in een ggz-instelling. Vandaag vraagt ze aan één van de begeleiders of die een sigaret heeft voor haar. De begeleider zegt dat hij gestopt is met roken en dus ook geen sigaretten heeft. Joy vertelt dat ze eigenlijk ook graag zou willen stoppen, ze hoest de laatste tijd zoveel, ze weet alleen niet waar te beginnen. Ze vraagt hoe de begeleider dit heeft aangepakt. De begeleider adviseert Joy om dit met nicotinepleisters of nicotinekauwgom te doen. Dan kan ze namelijk eerst langzaamaan wennen aan het idee dat ze niet iedere keer een sigaret opsteekt. Daarna kan ze de nicotinekauwgom af gaan bouwen, zodat ook de lichamelijke verslaving aangepakt wordt

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Methodisch advies geven
Advies geef je niet zomaar. Er is altijd een aanleiding voor een adviesgesprek. Je werkt dus vanuit de vraag en behoefte van de cliënt of naastbetrokkenen en gaat uit van hun welzijn en gezondheid bij het verstrekken van advies. Daarbij kun je dezelfde fasen doorlopen als bij het geven van voorlichting: de voorbereidings-, uitvoerings- en evaluatiefase.Je kunt ten slotte op twee manieren advies geven: volgens het diagnose-recept model en via het participatiemodel.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Diagnose-recept model
Het diagnose-recept model is een gesloten gespreksvorm. Je luistert naar het verhaal van de cliënt of naastbetrokkenen en geeft direct advies om het probleem op te lossen. Er is in zo een gespreksvorm weinig ruimte voor de inbreng van de cliënt of naastbetrokkenen. Je geeft advies en gaat ervan uit dat de cliënt of naastbetrokkenen zonder meer bereid is om je advies op te volgen. In veel gevallen zal deze manier van advies geven weinig uithalen omdat je weinig rekening houdt met de wensen en behoeften van de cliënt of naastbetrokkenen. Vaak zorgt het voor afstand, onbegrip en weigering om het advies te accepteren. Deze manier van advies geven werkt eigenlijk alleen in spoedsituaties waarbij direct ingrijpen noodzakelijk is. Of wanneer vermoed wordt dat de cliënt of naastbetrokkenen bepaalde informatie niet aankan of begrijpt

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Participatiemodel
Een beter alternatief is het participatiemodel. Daarbij betrek je de cliënt of naastbetrokkenen wél bij het adviesgesprek. De inbreng van de cliënt staat zelfs centraal. Je geeft richting aan het adviesgesprek en helpt de cliënt of naastbetrokkenen bij het analyseren van zijn vraag of probleem en bij het zoeken naar oplossingen. Daarbij betrek je uiteraard je vakdeskundigheid. Je zult vooral de cliënt of naastbetrokkenen willen stimuleren om het advies op te volgen.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeeld
Linde
Linde (23 jaar, verstandelijke beperking) woont in een beschermde woonvorm. Ze leert daar hoe ze zo zelfstandig mogelijk kan functioneren. Vandaag is ze bezig met de afwas. Ze vraagt aan de begeleider hoe ze het best de afwas kan doen. Moet ze eerst het afwasmiddel in de gootsteen doen, of kan ze beter eerst de gootsteen vol laten lopen met water? Moet ze eerst de vieze dingen doen, of juist eerst de schone? De begeleider kán precies vertellen wat de beste manier is om de afwas te doen (diagnose-recept model). Eerst wasmiddel in de gootsteen, daarna pas water erin. Eerst schone dan vieze vaat. Maar omdat Linde zelfstandig wil leren functioneren, is het handiger om haar zelf na te laten denken en haar ideeën aan te horen. De begeleider gaat in dit geval dus liever het gesprek aan dat dat ze direct advies geeft bij het doen van de afwas. Vervolgens zal de begeleider Linde stimuleren om de juiste keuzes te maken (participatiemodel).

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 Psycho-educatie
Psycho-educatie is een specifieke vorm van voorlichting en advies geven. Bij psycho-educatie geef je uitleg over een bepaald ziektebeeld. Stel, een cliënt heeft te horen gekregen dat hij een neurocognitieve stoornis heef

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je geeft in zo'n geval uitleg over:
  • wat een neurocognitieve stoornis inhoudt
  • wat de kenmerken en symptomen zijn
  • hoe een neurocognitieve stoornis kan ontstaanwat het verloop is van een neurocognitieve stoornis
  • welke gevolgen op het dagelijkse leven een neurocognitieve stoornis heeft
  • welke begeleiding en/of behandeling er wordt ingezet
  • hoe de cliënt om kan gaan met een neurocognitieve stoornis.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het doel van psycho-educatie is om de cliënt kennis, vaardigheden en vertrouwen te geven in het omgaan met zijn aandoening, stoornis of beperking. In de meeste gevallen zijn de naasten betrokken bij psycho-educatie, zodat ook zij het gedrag of de symptomen beter kunnen plaatsen. Ook weten zij op die manier beter wat ze kunnen verwachten en ontstaat er vaak meer begrip voor de situatie van de cliënt. Daarbij worden vaak ook handelingsadviezen gegeven voor de omgang met de cliënt.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Methodisch psycho-educatie geven
Ook bij het geven van psycho-educatie ga je methodisch te werk. Je bereidt je goed voor, door de situatie van de cliënt te onderzoeken. Je kunt bovendien alleen psycho-educatie geven wanneer je veel kennis hebt over het ziektebeeld waarover je gaat vertellen. Jij bent de deskundige en de cliënt verwacht van jou antwoorden. Je zult je dus moeten verdiepen in het ziektebeeld én in de persoonlijke situatie van de cliënt.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aandachtspunten
Er bestaan vaak veel vooroordelen over het hebben van een specifieke aandoening, stoornis of beperking. De cliënt kan het dan ook vervelend vinden om een bepaald etiket opgeplakt te krijgen. Probeer in dat geval de vooroordelen te ontkrachten. Dit kun je doen door:

  • onterechte aannames over de aandoening, stoornis of beperking te ontkrachten
  • stereotype beelden te ontkrachten door realistische voorbeelden te geven
  • de aandacht te richten op herstel (indien dit mogelijk is)
  • te focussen op het leren omgaan met de aandoening
  • te richten op de (mentale) acceptatie van de aandoening, stoornis of beperking.

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
Boek: Communicatie en gedrag
Thema 8, Psycho-educatie voorlichting en advies geven
Opdracht 3, 4 en 7

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wat heb jij vandaag geleerd?

Slide 30 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Hoe vond je deze les?

-1100

Slide 31 - Poll

Deze slide heeft geen instructies