10.05 - Zuur-base-reacties

§10.3 Zuur-base-reacties
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 4

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

§10.3 Zuur-base-reacties

Slide 1 - Tekstslide

Wat is een zuur?

Slide 2 - Open vraag

Wat is een base?

Slide 3 - Open vraag

Hoe heet het ion dat overblijft als alle H+ is afgestaan?

Slide 4 - Open vraag

Het zuurrestion is altijd ...
A
positief geladen
B
negatief geladen

Slide 5 - Quizvraag

Neutraliseren
Zure oplossing: H+ (aq)
Basische oplossing: OH (aq)

Deze kunnen reageren:
H+ (aq) + OH (aq) → H2O (l)

Slide 6 - Tekstslide

Zuur-base-reactie
Altijd een reactie van H+ met een base

Je moet de reacties kennen met de 4 bekendste basen

Bij een slecht oplosbaar zout, komt het metaalion vrij (sowieso alle oxide-zouten, kijk in je BINAS!)

Slide 7 - Tekstslide

zuur-base-reacties

Slide 8 - Tekstslide

Vb1: zoutzuur en natronloog
1. Namen en formules:             zoutzuur: H+ (aq) + Cl (aq)
                                                        natronloog: Na+ (aq) + OH (aq)

Slide 9 - Tekstslide

Vb1: zoutzuur en natronloog
1. Namen en formules:             zoutzuur: H+ (aq) + Cl (aq)
                                                        natronloog: Na+ (aq) + OH (aq)
2. Wat is het basische deeltje?                              OH (aq)

Slide 10 - Tekstslide

Vb1: zoutzuur en natronloog
1. Namen en formules:             zoutzuur: H+ (aq) + Cl (aq)
                                                        natronloog: Na+ (aq) + OH (aq)
2. Wat is het basische deeltje?                              OH (aq)
3. Schrijf de zuur-base-reactie op
                  H+ (aq) + OH (aq) → H2O (l)

Slide 11 - Tekstslide

Vb2: salpeterzuur en magnesiumoxide
1. Namen en formules:          
salpeterzuur oplossing : H+ (aq) + NO3 (aq)
 magnesiumoxide: MgO (s)

Slide 12 - Tekstslide

Vb2: salpeterzuur en magnesiumoxide
1. Namen en formules:          
salpeterzuur oplossing: H+ (aq) + NO3 (aq)
magnesiumoxide: MgO (s) 

2. Wat is het basische deeltje?                        O2–  in MgO

Slide 13 - Tekstslide

Vb2: salpeterzuur en magnesiumoxide
1. Namen en formules: salpeterzuur: H+ (aq) + NO3 (aq)
                                               magnesiumoxide: MgO (s) 

2. Wat is het basische deeltje?                        O2–  in MgO
3. Schrijf de zuur-base-reactie op
                  H+ (aq) + MgO (s) → Mg2+ (aq) + H2O (l)
              2 H+ (aq) + MgO (s) → Mg2+ (aq) + H2O (l)

Slide 14 - Tekstslide

Nu jullie: zoutzuur en ammonia
1. Namen en formules: 

2. Wat is het basische deeltje? 
3. Schrijf de zuur-base-reactie op
          

Slide 15 - Tekstslide

Nu jullie: zwavelzuur en koperhydroxide
1. Namen en formules: 

2. Wat is het basische deeltje? 
3. Schrijf de zuur-base-reactie op
          

Slide 16 - Tekstslide

Nu jullie: zoutzuur en calciumcarbonaat
1. Namen en formules: 

2. Wat is het basische deeltje? 
3. Schrijf de zuur-base-reactie op
          

Slide 17 - Tekstslide


Waar zou je zuurbase-reacties voor kunnen gebruiken?

Slide 18 - Tekstslide

Zure groenten kunnen aluminium aantasten (rabarber: oxaalzuur)
Zure grond kun je minder zuur maken met kalk

Slide 19 - Tekstslide

In een zwembad moet de pH tussen de 7,2 en 7,6 liggen
Kalkaanslag kun je verwijderen d.m.v. een zuurbasereactie

Slide 20 - Tekstslide

Deze les:
  • Een zuurbase-reactie is een reactie tussen H+ en een base
  • In de praktijk kun je hiermee de pH veranderen en kalkaanslag verwijderen
  • Ken deze vier reacties

Slide 21 - Tekstslide