Ketting - Klas 1 - Thema fiets - Les 3 - Yuverta stijl

Techniek


Thema fiets
les 3 fietsketting

1 / 51
volgende
Slide 1: Tekstslide
TechniekMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 1,2

In deze les zitten 51 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 180 min

Onderdelen in deze les

Techniek


Thema fiets
les 3 fietsketting

Slide 1 - Tekstslide

Wat weet je al over het onderwerp?

Slide 2 - Woordweb

Inleiding
Doelstellingen
Competenties
  1. Fietsketting inleiding
  2. Opbouw van een ketting
  3. Verbindingsschakel
  4. Zelf een ketting repareren en reinigen
  5. Onderhoud fietsketting
  6. Zelf een ketting schoonmaken
  7. Kettingspanning 
  8. Filmpje (2X)
Praktijkopdracht
Zelfbeoordeling competenties
Toegepast rekenen
Huiswerkopdracht
Begrippenlijst
Inhoudsopgave

Slide 3 - Tekstslide


In deze les krijg je kennis over de fietsketting. Je weet wat de juiste kettingspanning is en hoe je een ketting moet onderhouden. 

Dit doe je niet alleen, maar samen met een klasgenoot.
Je moet dus ook leren samenwerken en samen naar oplossingen proberen te zoeken.
Het samenwerken of oplossingen zoeken zijn competenties.
Jullie gaan dus niet alleen jullie kennis vergroten met deze les, jullie gaan ook werken aan (het verbeteren van jullie) competenties.

Lees eerst de les goed door en maak vervolgens de theorieles. 
Maak daarna pas de praktijkles. 

Bij deze les horen ook toegepaste rekenvragen. Met deze rekenvragen krijg je inzicht wat het kost als je de werkzaamheden door een ander zal laten uitvoeren of wat het je bespaart als je het zelf kan.

Inleiding

Slide 4 - Tekstslide



Tijdens deze les ga je het volgende leren:
- Je leert over het overbrengen van krachten
- Je leert over de opbouw van een fietsketting
- Je leert wat een verbindingsschakel is
- Je leert over het onderhouden van een fietsketting
- Je leert wat over de kettingspanning

Doelstellingen

Slide 5 - Tekstslide

Competenties
Aan deze competenties ga je werken:
• K 2.3 Hoe goed kan je samenwerken 
• K 2.9 Hoe zet je materialen en middelen in 
• K 2.16 Instructies en procedures opvolgen 
 

Slide 6 - Tekstslide

Als je wilt gaan fietsen moeten de krachten van je benen worden overgebracht naar het achterwiel. Dit kan op verschillende manieren, denk aan een tandwieloverbrenging, riemoverbrenging of een kettingoverbrenging. Bij een fiets maken we meestal gebruik van een kettingoverbrenging. Doordat je met je benen op de trappers duwt gaan deze draaien. Aan de trappers zit een groot tandwiel vast. Hierover rolt de ketting en deze is verbonden met het kleine tandwiel op het achterwiel. Hierdoor gaat het achterwiel draaien en kom je in beweging.  
1. Fietsketting inleiding
tandwieloverbrenging
riemoverbrenging
kettingoverbrenging

Slide 7 - Tekstslide

De fietsketting bestaat uit allemaal verschillende onderdelen. 

Het is belangrijk dat deze allemaal goed in elkaar passen en soepel over het tandwiel draait. 

Dit zodat de onderdelen niet te snel slijten en we de onderdelen niet te snel hoeven te vervangen. 
2. Opbouw van een
    ketting

Slide 8 - Tekstslide

Sleep het juiste nummer naar de juiste naam
(klik op foto om te vergroten)
Buitenplaat
Binnenplaat
Bus
Pen
Rol

Slide 9 - Sleepvraag

Tussen de beiden uiteinden van een ketting zit een verbindingsschakel ook wel sluitschakel genoemd. Het type sluitschakel kan per type fietsketting verschillen. Dit hangt af of je de fiets gebruikt voor hoge snelheden, in de natuur of voor recreatie.





De sluitschakel bestaat uit de volgende onderdelen.
1. Plaat met twee pennen
2. Plaat
3. Borgveer (ook wel visje genoemd)

3. Verbindingsschakel

Slide 10 - Tekstslide

Het is belangrijk dat het visje goed gemonteerd zit op de ketting. De ronde kant moet wijzen naar de richting waarnaar toe je gaat fietsen. 

Doordat je met je benen kracht op de pendalen zet wordt deze kracht overgebracht op de ketting. 

Als het visje niet goed gemonteerd zit kan deze weer van de ketting af springen waardoor de ketting openbreekt.
3. Verbindingsschakel

Slide 11 - Tekstslide

Pak het kunststofbakje "fietsketting" uit het magazijn.
Je gaat oefenen hoe je een ketting kunt repareren en later ook schoonmaken.








4. Zelf een ketting               repareren en reinigen
Wat heb je hiervoor nodig:
Kunststof bakje ketting
Sluitschakel
Ketting
Kettingwasstraat
Hier zit in:
Schroevendraaier

Slide 12 - Tekstslide

Voer de volgende stappen uit:

1. Pak beide stukjes fietsketting uit het kunststofbakje
Monteer zelf nu de verbindingsschakel tussen beide stukjes ketting door:
 2. Doe eerst de plaat met twee pennen door de gaten
 3. Leg dan de plaat op het uiteinde van de pennen.
 4. Om te zorgen dat de plaat er niet af kan zet je het visje erop, zorg ervoor dat
     deze in de groefjes van de pennen zit.
 5. Laat het contoleren door je docent.








4. Zelf een ketting               repareren en reinigen

Slide 13 - Tekstslide

Omdat je de fietsketting regelmatig zwaarbelast heeft deze ook onderhoud nodig. 

Dit onderhoud hangt ook weer af of je een open kettingaandrijving hebt of één met een gesloten kettingkast. 

Een fiets met een open kettingkast moet je ook regelmatig schoonmaken met een kettingwasstraat. 

Daarna moet je de ketting smeren. Doe dit niet met gewone olie want dat kan gaan spetteren en op je kleding komen, of er blijft allemaal extra vuil plakken aan de ketting. 
Smeer de ketting dus met speciale kettingolie. Dit is nodig om de ketting soepel te houden en om te voorkomen dat het gaat roesten.








5. Onderhoud fietsketting

Slide 14 - Tekstslide

voer de volgende stappen uit:
1. Pak de ketting wasstraat.
2. Open de wasstraat en leg de ketting erin.
3. Op school oefenen we dit droog. Je kan natuurlijk wel voorstellen als we er
    vloeistof in doen dat het een smeerboel wordt.
4. Sluit de wasstraat en trek aan 1 kant van de ketting. Daarna aan de andere
    kant van de ketting
5. Herhaal dit een aantal keren.
6. Haal de ketting uit de wasstraat.
7. Demonteer de verbindingsschakel weer. Gebruik om het visje er af te halen
    een schroevendraaier. Let op dat je niet in je vingers prikt.
8. Ruim alles netjes op en zet het kunststofbakje weer op zijn plek terug.








6. Zelf een ketting
    schoonmaken

Slide 15 - Tekstslide

Naast het schoonmaken en smeren van je ketting is het ook belangrijk dat deze op de juiste spanning blijft. Door het gebruik van de ketting slijt deze en komen er kleine ruimtes tussen de onderdelen van de ketting. Hierdoor wordt de ketting langer en gaat deze slapper hangen. Het is dan belangrijk dat je de ketting weer spant. Dit gaan we tijdens de praktijkles doen. 

Als je de ketting niet op tijd gaat spannen kan deze extra slijten of van de tandwielen aflopen.
Zie op de volgde slides 2 handige filmpjes over ketting spannen.

Bekijk de filmpjes op de volgende slides






7. Kettingspanning

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Slide 18 - Video

Bij een fiets maken we vaak gebruik van een kettingoverbrenging. WAAR /
NIET WAAR?
A
waar
B
niet waar

Slide 19 - Quizvraag

De ketting brengt de kracht over op het achterwiel. WAAR / NIETWAAR?
A
waar
B
nietwaar

Slide 20 - Quizvraag

Het visje moet WEL / NIET met de dichte kant in de fietsrichting gemonteerd worden?
A
wel
B
niet

Slide 21 - Quizvraag

Een openfietsketting mag je WEL / NIET met gewone olie smeren?
A
wel
B
niet

Slide 22 - Quizvraag

Om een fietsketting soepel te houden smeren we deze in met kettingolie
WAAR / NIETWAAR?
A
waar
B
nietwaar

Slide 23 - Quizvraag

Als de ketting niet goed op de tandwielen past kunnen de tandwielen extra
slijten. WAAR / NIET WAAR?
A
waar
B
niet waar

Slide 24 - Quizvraag

Het is belangrijk dat de fietsketting WEL / NIET de juiste spanning heeft?
A
wel
B
NIET

Slide 25 - Quizvraag

Jij ziet van een klasgenoot dat de ketting van zijn fiets er af licht. Wat kan je hem vertellen over de oorzaak?

Slide 26 - Open vraag

Als je klasgenoot niet naar jou wilt luisteren, wat kan er uiteindelijk nog meer met de ketting gebeuren als hij / zij deze er gewoon weer omheen legt?

Slide 27 - Open vraag

Wat heb je nodig voor de praktijkles:



                                                                           Een rek            Practicumbord van fiets ketting   Plaats het rek op de werkbank en en hang het practicum bord er in.




Praktijkopdracht
Fietsketting
steeksleutel maat 14 / 15
ringsleutel maat 14 / 15
steeksleutel 10 / 11
kunststofbakje ketting

Slide 28 - Tekstslide

Demonteren van de fietsketting

Uit te voeren stappen:
1. Draai de linker en rechter wielmoer los met steeksleutel 15
    houdt eventueel de andere kant vast met ringsleutel nummer 15.
    De moeren mogen blijven zitten.
2. Draai met steeksleutel nummer 10 de kettingspanners los. Laat
    deze aan de as hangen.

Fietsketting
Praktijkopdracht
links
rechts

Slide 29 - Tekstslide

Demonteren van de fietsketting

Uit te voeren stappen:
3 Het fietswiel komt nu naar voren.
4 Haal de ketting van de tandwielen af.
5 Maak de verbindingsschakel los.
6 Haal de ketting door de kettingwasstraat

Fietsketting
Praktijkopdracht

Slide 30 - Tekstslide

Monteren van de fietsketting

Uit te voeren stappen:
1. Zet de verbindingsschakel weer in de ketting.
2. Leg de ketting weer om de tandwielen. Eerst om de grote
    dan om het kleine tandwiel.
3. Zet de kettingspanners weer goed op het fietsframe.
4. Zet het achterwiel recht in het fietsframe.
5. Draai de kettingspanners vast met ringsleutel nummer 10
Fietsketting
Praktijkopdracht

Slide 31 - Tekstslide

Fietsketting spannen
Uit te voeren stappen:
1. Draai je te veel aan de linkerkant aan de kettingspanner, dan gaat ook het          achterwiel naar links draaien. Andersom naar rechts kan natuurlijk ook                gebeuren. 
2. Draai als het wiel rechtstaat beide kettingspanners even veel aan.
3. Zorg dat de ketting ongeveer 1cm kan bewegen omhoog en
    omlaag.
4. Draai de wielmoeren vast met ringsleutel nummer 15.
5. Controleer nogmaals of de ketting goed is gespannen en het wiel
    er recht in staat.
6. Laat je docent controleren.
Fietsketting
Praktijkopdracht

Slide 32 - Tekstslide

Opruimen

Uit te voeren stappen:
1. Ruim alle gereedschappen en het
     practicumbord weer netjes op.
2. Laat je werkplek schoon achter 
Fietsketting
Praktijkopdracht

Slide 33 - Tekstslide

Wat kan er gebeuren als je achterwiel scheef in je fietsframe staat?

Slide 34 - Open vraag

Wat kan er gebeuren met je ketting als je deze te strak spant?

Slide 35 - Open vraag

Zelfbeoordeling van de competenties:
K.2.3 Hoe goed kan je samen werken
Wat vond je goed gaan?
Wat kan je nog verbeteren?

Slide 36 - Open vraag

Zelfbeoordeling van de competenties:
K.2.9 Hoe zet je materialen en middelen in
Waarom heb je deze materialen gebruikt?
Op welke veiligheids punten moet je letten bij deze materialen en
middelen?

Slide 37 - Open vraag

Zelfbeoordeling van de competenties:
K.2.16 Instructies en procedures opvolgen
Welke werkzaamheden heb je uitgevoerd in de les?
Op welke voorschriften moet je letten?

Slide 38 - Open vraag

Toegepast rekenen
Laat bij je antwoord altijd de berekening zien

Slide 39 - Tekstslide

Rekenvraag fietsketting
Nu heb jij geleerd je eigen ketting weer om het tandwiel te leggen. Stel dat je dit nog niet kon en naar de fietsenmaker had moeten gaan. Wat had je dan aan de fietsenmaker moeten betalen?
De fietsenmaker rekent arbeidskosten en materiaalkosten. 
Over die kosten moet jij ook 21% btw betalen. 
Tip reken eerst 1% uit.

Reken uit wat jij zou moet gaan betalen aan de fietsenmaker?
• De fietsenmaker werkt anderhalf uur aan jouw ketting, hij kost €40 per/uur.
• Nieuwe ketting € 17,50
• Sluitschakel € 1,50
• Ketting smeren € 2,0
. Btw = 21%
Toegepast rekenen

Slide 40 - Tekstslide

Reken uit wat jij zou moet gaan betalen aan de fietsenmaker?
stap 1 arbeidskosten
stap 2 materiaalkosten
stap 3 Btw ( top reken eerst 1% uit)
stap 4 wat moet je aan de fietsenmaker totaal betalen

Slide 41 - Open vraag

Sleep de afbeelding naar de juiste naam. Klik op de afbeelding om te vergroten.
Je houdt vier woorden over.
Huiswerkopdracht 1 
Velg
Platbektang
Kettingwasstraat
Borgveer
Punttang
Spanner
Sluitschakel
Steeksleutel
Kettingspanner
Wiel
Ringsleutel
Tandwiel
Ketting

Slide 42 - Sleepvraag

Sleep de afbeelding naar de juiste naam. Klik op de afbeelding om te vergroten.
Je houdt vier woorden over.
Huiswerkopdracht 2 
Tandwiel
Kruiskopschroevendraaier
Ketting olie 
Smeerolie
Klem
Platte schroevendraaier
Moer
Steek-ring sleutel
Dopmoer
Rondbektang
Borgmoer
Doek
Bout

Slide 43 - Sleepvraag

A
Achterwiel
Het ronddraaiende wiel achter op een fiets.
As
Dit is een rondstuk metaal wat ronddraait. bijvoorbeeld midden in een wiel of trapas.
B
Beweging
Dat iets van plaats verschuift.
C
D
Demonteren
Het losmaken van de onderdelen.
Draaien
Om een hoek draaien bijvoorbeeld 360 graden.
E
F
Fiets
Een hulpmiddel om sneller te kunnen verplaatsen.
Fietsframe
De ronde buizen van een fiets
Fietsketting
Overbrengingen
Begrippenlijst

Slide 44 - Tekstslide

G
Groefjes
Dit zijn gleuven in materieel
H
I
J
K
Kettingkast
Een bescherming tegen ronddraaiende delen
Kettingspanner
Een oog om de ketting mee strak te zetten.
Kettingwasstraat
Een bakje waarin je de ketting kan schoonmaken.
Krachten
Dat je ergens op duwt om te laten bewegen.
L
Begrippenlijst

Slide 45 - Tekstslide

M
Monteren
Het vast maken van onderdelen.
N
O
Olie
Een middel om iets soepel te houden.
Onderdelen
Dit zijn allemaal bijvoorbeeld delen van een fiets, wiel, stuur, ketting, enz.
Onderhoud
Zorgen dat je de fiets zonder storingen kan blijven gebruiken.
Opbouw
Hoe iets in elkaar zit gemaakt.
Oorzaak
Waardoor iets bijvoorbeeld kapot is gegaan.
Overbrenging
Dat je iets verplaatst naar een ander kant. Of overgeeft aan een ander onderdeel.
P
Passen
Dat het goed op elkaar aansluit.
Begrippenlijst

Slide 46 - Tekstslide

Q
R
Recreatie
Plezier maken in een natuurlijke omgeving.
Riem
Een stook leer of kunststof om krachten mee over te brengen.
Ringsleutel
Gereedschap om moeren mee los te draaien.
Ruimtes
Speling / opening tussen onderdelen.
S
Steeksleutel
Gereedschap om moeren mee los te draaien.
Slapper
Dat iets door gaat hangen of losser gaat zitten.
Begrippenlijst

Slide 47 - Tekstslide

S
Slapper
Dat iets door gaat hangen of losser gaat zitten.
Slijten
Door gebruik wordt het minder van kwaliteit.
Sluitschakel
Een verbinding tussen twee losse stukken / onderdelen.
Smeerboel
Behoorlijk vieze boel.
Smeren
Zorgen dat een onderdeel soepel blijft.
Soepel
Dat iets gemakkelijk kan bewegen.
Spetteren
Dat overal druppels terecht komt bijvoorbeeld olie of water.
Begrippenlijst

Slide 48 - Tekstslide

S
Spanning
Dat iets bijvoorbeeld onder druk staat. Kan ook hierdoor gaan breken.
Spanningzoeker
Meet instrument /gereedschap.
T
Tandwiel
Rond draaiende wielen met tanden.
Trappers
Pendalen van een fiets. Hier staan je voeten op.
U
V
Verbindingsschakel
Een verbinding tussen twee losse stukken / onderdelen
Verbonden
Dat iets vast zit.
Begrippenlijst

Slide 49 - Tekstslide

V
Vervangen
Dat je een oud onderdeel vervangt door een nieuwe.
Visje
Boorgveertje.
Vloeistof
Denk bijvoorbeeld aan water of olie.
W
Wielmoer
Hiermee zet je een wiel vast mee aan het fietsframe.
X
Y
Z
Zwaarbelast
Je geeft te veel druk op een voorwerk waardoor het waarschijnlijk is gebroken.
Begrippenlijst

Slide 50 - Tekstslide

Techniek
Controleer of je alle vragen en opdrachten heb gemaakt thema fiets les 3 fietsketting

lever dan je opdrachten digitaal in

Slide 51 - Tekstslide