H.2.3 Ontleding en chemische synthese

Ontleding en chemische synthese

Hoofdstuk 2.3
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Ontleding en chemische synthese

Hoofdstuk 2.3

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Ik weet wat chemische reacties zijn
  • Ik ken de verschillende ontledingsreacties
  • Ik weet wat een vormingsreactie is
  • Ik weet wat een verbrandingsreactie is en wat hiervoor nodig is

Slide 2 - Tekstslide

Reactievergelijkingen
Om een reactie schematisch weer te geven maken we gebruik van reactievergelijkingen. Hierbij staan de beginstoffen vóór de pijl en de reactieproducten na de pijl.

Regels:
  1. Er komen nooit atomen bij en er verdwijnen ook nooit atomen.
  2. Je mag alleen het coëfficiënt aanpassen. Dit is een heel getal!
  3. De coëfficiënten moeten ze klein mogelijk zijn.

Slide 3 - Tekstslide

Reactievergelijkingen
Maak onderstaande reactievergelijking kloppend:

                    ..Fe2O3 (g)+ ..CO(g) --> ..Fe(s) + ..CO2(g)

Slide 4 - Tekstslide

Ontledingsreacties
  • Bij een ontledingsreactie wordt een stof "in stukjes gebroken"
  • Eén beginstof, meerdere reactieproducten
Er zijn drie soorten ontledingsreacties:
  1. Thermolyse: ontleding d.m.v. warmte
  2. Elektrolyse: ontleding d.m.v. elektriciteit
  3. Fotolyse: ontleding d.m.v. licht
Bijvoorbeeld:

Water --> waterstof + zuurstof

Slide 5 - Tekstslide

Thermolyse
  1. De minimale temperatuur die nodig is om een verbinding te ontleden heet; ontledingstemperatuur.
  2. Bij stoffen waar kool vrij komt bij de reactie zonder zuurstof zijn het organische stoffen.

Slide 6 - Tekstslide

Fotolyse
  1. Fotolyse is een ontledingsreactie door middel van licht. Lichtgevoelige stoffen worden om deze reden in het donker bewaard.
  2. Bruine flesjes gemaakt van glas voor medicijnen worden gebruikt omdat ze licht tegen gaan.

Slide 7 - Tekstslide

Elektrolyse
  1. De minimale temperatuur die nodig is om een verbinding te ontleden heet; ontledingstemperatuur.
  2. Bij stoffen waar kool vrij komt bij de reactie zonder zuurstof zijn het organische stoffen.

Slide 8 - Tekstslide

De kleur van gordijnen vervaagt vaak na lange tijd. Leg uit wat voor soort reactie dit is.

Slide 9 - Open vraag

Synthesereacties
  1. Bij synthesereacties hebben we een beginstof en een gewenste reactieproduct. Naast een reactieproduct zijn er bijproducten. Voor de werkzame stof in aspirine wordt er ook een synthetische reactie uitgevoerd.

Slide 10 - Tekstslide

Synthetische reactie aspirine

Slide 11 - Tekstslide

Vormingsreactie
  • Bij een vormingsreactie wordt een stof gevormd uit meerdere stoffen
  • Meerdere beginstoffen, één eindproduct
Bijvoorbeeld:

waterstof + zuurstof --> water

Slide 12 - Tekstslide

Verbrandingsreacties
  • Bij een verbrandingsreactie heb je nodig: brandstof, zuurstof en temperatuur. Het is dus altijd een reactie met zuurstof!
  • Mist één van de drie, dan kan er geen verbrandingsreactie plaatsvinden
  • Afhankelijk van de atoomsoorten in de                           brandstof ontstaan er verschillende      verbrandingsproducten.

Slide 13 - Tekstslide

Verbrandingsreacties
  • De verbrandingsproducten zijn afhankelijk van de atoomsoorten in de brandstof
  • In tabel 1 (blz. 93/83) kun je de verbrandingsproducten vinden. Deze leer je uit je hoofd!
  • In methaan (CH4) zitten C'tjes en H'tjes. De verbrandingsproducten zijn dan CO2 en H2O

Slide 14 - Tekstslide

Welke stoffen ontstaan bij de verbranding van

H2S

Slide 15 - Open vraag

Aantoningsreacties
  • Een aantoningsreactie is een reactie waarmee je een bepaalde stof kan aantonen
  • Zuurstof: gloeiende houtspaander
  • Waterstof: aansteken geeft "plofje"
  • Koolstofdioxide: helder kalkwater wordt troebel
  • Zwaveldioxide: geel joodwater ontkleurt
  • Water: wit kopersulfaat wordt blauw

Slide 16 - Tekstslide

Aantoningsreacties
  • Koolstofdioxide: helder kalkwater wordt troebel
https://www.youtube.com/watch?v=xyTEJsx1O5s

  • Zwaveldioxide: geel joodwater ontkleurt
https://www.youtube.com/watch?v=e-3BkaeenX4

  • Water: wit kopersulfaat wordt blauw
https://www.youtube.com/watch?v=UQtMb10287A

Slide 17 - Tekstslide

Bij een verbrandingsreactie komen stoffen vrij die joodwater ontkleurt en kalkwater troebel maakt. Welke atoomsoorten zou deze stof minimaal bevatten?

Slide 18 - Open vraag

Reactievergelijkingen
Stappenplan voor het opstellen van een reactievergelijking:
  1. Schrijf alle stoffen op als molecuulformule (vergeet de fase niet!) en kijk welke stof(fen) vóór en welke stof(fen) na de reactiepijl moeten staan.
  2. Kijk hoeveel atomen je van elke atoomsoort vóór en na de pijl hebt.
  3. Maak de hoeveelheden gelijk door coëfficiënten vóór de molecuulformules te zetten.



Oefening baart kunst!

Slide 19 - Tekstslide

Reactievergelijkingen
Voorbeeld 1:

Bij de ontleding van methaangas (CH4) ontstaat vast koolstof en waterstofgas. Geef de kloppende reactievergelijking.

Slide 20 - Tekstslide

Reactievergelijkingen
Voorbeeld 2:

Bij de verbranding van methaangas (CH4) ontstaat koolstofdioxide en waterstof. Geef de kloppende reactievergelijking.

Slide 21 - Tekstslide

Reactievergelijkingen
Probeer het nu zelf!

Geef de kloppende reactievergelijking van de ontleding van vast zinkoxide (ZnO).
timer
3:00

Slide 22 - Tekstslide

Reactievergelijkingen
Probeer het nu zelf!

Geef de kloppende reactievergelijking van de ontleding van vast zinkoxide (ZnO). Hierbij ontstaat een vaste stof en een gas.


2 ZnO(s) --> 2 Zn (s) + O2 (g)

Slide 23 - Tekstslide

Reactievergelijkingen
Probeer het nu zelf!

Geef de kloppende reactievergelijking van de verbranding van etheengas (C2H4). Hierbij ontstaat koolstofdioxide en water.
timer
3:00

Slide 24 - Tekstslide

Reactievergelijkingen
Probeer het nu zelf!

Geef de kloppende reactievergelijking van de verbranding van etheengas (C2H4). Hierbij ontstaat koolstofdioxide en water.


C2H4 (g) + 3 O2 (g) --> 2 CO2 (g) + 2 H2O (l)

Slide 25 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Ik weet wat chemische reacties zijn
  • Ik weet wat een verbrandingsreactie is en wat hiervoor nodig is
  • Ik ken de verschillende ontledingsreacties
  • Ik ken de verschillende aantoningsreacties
  • Ik weet wat een vormingsreactie is

Slide 26 - Tekstslide