Kleurcodering voor schoonmaaktaken

Kleurcodering voor schoonmaaktaken
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Kleurcodering voor schoonmaaktaken

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je uitleggen met welke kleur je een schoonmaaktaak moet doen op A1 niveau.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over het gebruik van kleur bij schoonmaaktaken?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Inleiding
Kleurcodering wordt gebruikt om specifieke schoonmaaktaken te identificeren en te organiseren.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rood
Rood wordt gebruikt voor het schoonmaken van sanitair, zoals toiletten en wastafels.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Blauw
Blauw wordt gebruikt voor het schoonmaken van ramen en spiegels.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Groen
Groen wordt gebruikt voor het schoonmaken van vloeren en oppervlakken.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geel
Geel wordt gebruikt voor het schoonmaken van keukenoppervlakken en apparaten.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oranje
Oranje wordt gebruikt voor het schoonmaken van gemeenschappelijke ruimtes, zoals gangen en wachtkamers.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samenvatting
Kleurcodering helpt bij het organiseren en identificeren van schoonmaaktaken.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.