Introductie verzekeren

HF5 introductie(verzekeren)
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

HF5 introductie(verzekeren)

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Link

Verzekeren

Slide 3 - Woordweb

Als ik 18 jaar ben moet ik mezelf sowieso gaan verzekeren.....
Ja
Nee
Misschien?

Slide 4 - Poll

Slide 5 - Video

Schrijf op in je schrift:
Welke soort schade er is ontstaan en een schatting van het schade bedrag

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het einde van de les
Kun je de overeenkomsten en verschillen beschrijven tussen schadeverzekeringen en sommenverzekeringen

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Slide 14 - Video

Verzekering
Bij een verzekering verplicht de verzekeraar zich om tegen ontvangst van een premie de verzekerde schadeloos te stellen wegens
een verlies, schade, of gemis van verwacht voordeel door een onzeker voorval. 

Slide 15 - Tekstslide

Schadeverzekering
Verzekering waarbij de uitkering door de verzekeraar afhankelijk is van de geleden schade.

Slide 16 - Tekstslide

Let op!
De uitkering is nooit meer dan het schadebedrag
en
 tegen natuurrampen kun je niet verzekeren!

Slide 17 - Tekstslide

Sommenverzekering
 Een sommenverzekering wordt afgesloten op het leven of de gezondheid van een persoon. De verzekering keert een vooraf afgesproken bedrag uit als het verzekerde voorval zich voordoet, ongeacht de werkelijk geleden schade.

Slide 18 - Tekstslide

Polis
Akte waarin de
verzekeringsovereenkomst wordt opgenomen. 

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Aan de slag
Maken 5.1 + 5.2(allebei t/m g)
Lees de theorie nog op blz 66 en 67
Klaar? Nakijken bij docent
Niet af? Huiswerk!


Slide 22 - Tekstslide

Vandaag
1 Herhaling vorige les
2 Bespreken 5,1 
3 Berekenen schaderegelingen

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Schadeverzekering
Sommenverzekering
Compagnonsverzekering
Lijfrenteverzekering
Levensverzekering
Pensioenverzekering
Zorgverzekering
Brandverzekering
Kredietverzekering
Bedrijfsschadeverzekering

Slide 25 - Sleepvraag

Een levensverzekering is een voorbeeld van een...
A
Schadeverzekering
B
Sommenverzekering

Slide 26 - Quizvraag

Welke verzekering is een sommenverzekering?
A
Brandverzekering
B
Kredietverzekering
C
Compangnon-verzekering
D
Bedrijfsschade verzekering

Slide 27 - Quizvraag

Een autoverzekering is?
A
vrijwillige verzekering
B
niet in alle provincies verplicht
C
een sommenverzekering
D
een schadeverzekering

Slide 28 - Quizvraag

Een zorgverzekering is geen schadeverzekering
A
Juist
B
Onjuist

Slide 29 - Quizvraag

Een levensverzekering is een voorbeeld van een...
A
Schadeverzekering
B
Sommenverzekering

Slide 30 - Quizvraag

Een reisverzekering is een voorbeeld van een schadeverzekering
A
Juist
B
Onjuist

Slide 31 - Quizvraag

Maak de volgende zin af:
Een schadeverzekering...
A
vergoedt de schade bij het optreden van een verzekerd risico
B
keert een bepaald bedrag uit bij het bereiken van een bepaalde leeftijd
C
keert een bepaald bedrag uit bij overlijden
D
keert een bepaald bedrag uit op een vooraf afgesproken moment

Slide 32 - Quizvraag

Bij schadeberekeningen zijn er 3 bedragen nodig:
1. het schadebedrag, dat is de waarde van de goederen die verloren zijn gegaan
2. de gezonde waarde, dit is de waarde van alle verzekerde goederen op het moment juist voordat de schade ontstaat
3. de verzekerde som, dit is de waarde waarvoor alle goederen verzekerd zijn.

Slide 33 - Tekstslide

Berekening: schaderegeling
1.verzekeringsbreuk:=Verzekerde som/ gezonde waarde
2. schade uitkering:= verzekerde som/ gezonde waarde x schadebedrag

Slide 34 - Tekstslide

voorbeeld 1
Pim Bogaerts heeft de goederen in zijn gehuurd magazijn op 1 januari tegen brand verzekerd voor 100.000. Deze goederen heeft Pim in november en december ingekocht voor 100.000. IN het magazijn van Pim breekt op 8 januari 2018 brand uit en goederen met een waarde van 60.000 gaan door de brand verloren. Op het moment van de brand is de voorraad goederen gelijk aan die op 1 januari.

Slide 35 - Tekstslide

Gevraagd
A bepaal het schadebedrag
B Bepaal de gezonde waarde van alle goederen
C Bepaal de verzekerde som van alle goederen
D Bereken de verzekeringsbreuk
E Bereken de schade- uitkering.

Slide 36 - Tekstslide

Uitwerkingen
A 60.000
B 100.000
C 100.000

Slide 37 - Tekstslide

wat is de verzekeringsbreuk?
Wat is de schade- uitkering?

Slide 38 - Open vraag

Voorbeeld 2 (oververzekering)
Hoewel de goederen in het magazijn op 1 januari een inkoopprijs hebben van 100.000, heeft Pim de verzekerde som in zijn verzekeringspolis vastgesteld op 120.000. Omdat hij denkt dat de voorraad gaat toenemen.

Slide 39 - Tekstslide

gevraagd
Hoe groot is in deze situatie de schade uitkering?

Slide 40 - Tekstslide

Wat is de verzekeringsbreuk?
Hoeveel krijgt Pim uitgekeerd?

Slide 41 - Open vraag

voorbeeld 3 onderverzekering
Pim heeft een brandverzekering afgesloten op 1 januari en de verzekerde som vastgezet op 120.000. Inkoopprijs is toegenomen met 150.000. Door een brand gaat een deel van de voorraad verloren van 60.000. 

Slide 42 - Tekstslide

Gevraagd
Bereken de schade uitkering

Slide 43 - Tekstslide

Bereken bij deze gewijzigde omstandigheden de schade- uitkering

Slide 44 - Open vraag

Slide 45 - Tekstslide