2.1 Periodiek Systeem (2)

2.1 Periodiek systeem
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

2.1 Periodiek systeem

Slide 1 - Tekstslide

Deze les
  • 2.1 Periodiek Systeem

  • Aan de slag!

Slide 2 - Tekstslide

Het periodiek systeem

Slide 3 - Tekstslide

3 Speciale Groepen
Groep 1: Alkalimetalen


Groep 17: Halogenen

Groep 18: Edelgassen

Deze namen van deze drie groepen moet je uit je hoofd kennen!

Slide 4 - Tekstslide

Massagetal
Atoomnummer: aantal protonen
Massagetal: protonen+neutronen

Voorbeeld 
Atoomnummer Helium: 2
dus 2 protonen

Massagetal Helium: 4
dus 2 protonen + 2 neutronen



Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

 Deeltjesmodellen
Atoommodel van Rutherford     en      Atoommodel van Bohr

Slide 7 - Tekstslide

2.1 Isotopen en notatie
Isotoop = atoom met ander massagetal/aantal neutronen

Slide 8 - Tekstslide

Welk getal is het atoomnummer?
A
29
B
63,546
C
2
D
18

Slide 9 - Quizvraag

Wat is het atoomnummer van deze stof?
A
2 (Helium)
B
4 (Beryllium)
C
6 (Koolstof)
D
8 (Zuurstof)

Slide 10 - Quizvraag

Wat is het atoomnummer van Calcium
A
19
B
20
C
39
D
40

Slide 11 - Quizvraag

Het atoomnummer is het aantal...
A
protonen van een atoom
B
neutronen van een atoom
C
elektronen van een atoom
D
protonen en elektronen van een atoom

Slide 12 - Quizvraag

Wat is het atoomnummer van arseen?
A
18
B
39,948
C
33
D
74,922

Slide 13 - Quizvraag

Het atoomnummer is het zelfde als...
timer
0:20
A
Aantal elektronen
B
Aantal neutronen
C
Aantal protonen
D
Aantal neutronen + protronen

Slide 14 - Quizvraag

Wat is het atoomnummer van Plutonium
A
78
B
84
C
91
D
94

Slide 15 - Quizvraag


Wat is het atoomnummer?
A
4
B
5
C
6
D
7

Slide 16 - Quizvraag

Wat is het massagetal van natrium?
A
11
B
23
C
12
D
34

Slide 17 - Quizvraag

Geef het atoomnummer
en het massagetal van dit atoom.
A
6 6
B
6 12
C
12 12
D
12 18

Slide 18 - Quizvraag

protonen + neutronen = massagetal
A
waar
B
niet waar

Slide 19 - Quizvraag


Een goudatoom met massagetal 197 heeft:
A
79 protonen 79 elektronen 197 neutronen
B
79 protonen 118 elektronen 197 neutronen
C
79 protonen 79 elektronen 118 neutronen
D
197 protonen 197 elektronen 79 neutronen

Slide 20 - Quizvraag


Wat is het massagetal?
A
10
B
12
C
14
D
16

Slide 21 - Quizvraag


Een kryptonatoom met massagetal 84 heeft:
A
36 neutronen 84 protonen 84 elektronen
B
48 neutronen 36 protonen 48 elektronen
C
84 neutronen 36 protonen 36 elektronen
D
48 neutronen 36 protonen 36 elektronen

Slide 22 - Quizvraag

Wat zijn de verschillen tussen Pb met massagetal 206 en Pb met massagetal 208?
A
Verschillend aantal protenen
B
verschillend aantal neutronen
C
verschillend aantal elektronen
D
Er zijn geen verschillen

Slide 23 - Quizvraag

Het massagetal is:
A
Het aantal protonen + neutronen in de kern
B
Het aantal protonen + neutronen in de schillen
C
Het aantal neutronen in de schillen
D
Het aantal elektronen in de schillen

Slide 24 - Quizvraag

Wat is de lading van een elektron?
A
0
B
1-
C
1+
D
2+

Slide 25 - Quizvraag

Hoeveel elektronen heeft Ca?
A
18
B
40
C
10
D
20

Slide 26 - Quizvraag

Hoeveel elektronen heeft het koperatoom?
A
29
B
63
C
34

Slide 27 - Quizvraag

Hoeveel elektronen heeft Au
A
197
B
118
C
79
D
97

Slide 28 - Quizvraag

Elektronen zijn negatief geladen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 29 - Quizvraag

Aan de slag!
1) Maak opdr. oefenstencil 5,6,8,11, 13, 16







Slide 30 - Tekstslide