H3 kwadratische functies
1 / 14
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Los op:
(x−5)(x+3)=−16
A
5en−3
B
1en0
C
−3en−5
D
1
Slide 2 - Quizvraag
los op
−x2+x=2
A
−7en0
B
0
C
7en0
D
k.n
Slide 3 - Quizvraag
Formule: 4x^2+7x+6
Om de y-waarde van top van de parabool te berekenen, moet je
Om de y-waarde van top van de parabool te berekenen, moet je
A
de y waarde aflezen in de grafiek
B
de y waarde invullen in de formule
C
de x waarde invullen in de formule
D
de x waarde aflezen in de grafiek
Slide 4 - Quizvraag
welke formule hoort bij
de blauwe grafiek?
de blauwe grafiek?
A
f(x)=x2−3
B
f(x)=x2+3
C
f(x)=−x2−3
D
f(x)=−2x2+3
Slide 5 - Quizvraag
welke formule hoort bij
de groene grafiek?
de groene grafiek?
A
f(x)=x2−3
B
f(x)=x2+3
C
f(x)=−x2−3
D
f(x)=−2x2+3
Slide 6 - Quizvraag
kun je het (nog)?
schrijf onderstaande formule met haakjes
schrijf onderstaande formule met haakjes
y=x2+2x−15
Slide 7 - Open vraag
kun je het (nog)?
schrijf onderstaande formule met haakjes
schrijf onderstaande formule met haakjes
y=2x2−6x
Slide 8 - Open vraag
wat zijn de oplossingen van onderstaande vergelijking:
x2−3x+6=4
Slide 9 - Open vraag
wat weet je van
kwadratische formules?
kwadratische formules?
Slide 10 - Woordweb
welke formule hoort bij
de blauwe grafiek?
de blauwe grafiek?
A
f(x)=x2−3
B
f(x)=x2+3
C
f(x)=−x2−3
D
f(x)=−2x2+3
Slide 11 - Quizvraag
welke formule hoort bij
de groene grafiek?
de groene grafiek?
A
f(x)=x2−3
B
f(x)=x2+3
C
f(x)=−x2−3
D
f(x)=−2x2+3
Slide 12 - Quizvraag
wat weet je van de grafiek van
de functie:
de functie:
h(x)=−3x2+2
Slide 13 - Open vraag
a=3
b=0c=3
uitgangspunt is kwadratische formule.
welke combinaties kun je maken?
a=−0,5
c=0
'brede' parabool
'smalle' parabool
bergparabool
dalparabool
gaat door (0,0)
T(0, 3)
