Overstroom ik?

1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeBasisschoolGroep 4,5

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Woordweb

Waarom willen we ons eigenlijk voorbereiden?

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Waarom kwam er pas laat hulp in zeeland?
A
Omdat de mensen geen telefoon hadden.
B
Omdat de telefoons niet werkten.
C
Alle paarden waren verdronken.

Slide 5 - Quizvraag

Waarvoor zijn er dijken aangelegd?
A
Omdat ze bij Nederland horen.
B
Omdat ze er mooi uitzien.
C
Omdat ze het land tegen het water beschermen.
D
Omdat je er over kan wandelen.

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Wat doet dit?

Slide 9 - Woordweb

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Wat is de afkorting van:
Normaal Amsterdams peil?

Slide 12 - Open vraag

Hoe kunnen wij ons voorbereiden?

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Link

Als Spijkenisse onder water komt te staan. Hoe hoog komt het water?
A
0 meter
B
2 meter
C
4 meter
D
6 meter

Slide 15 - Quizvraag

Kan je gebruik maken van stroom als spijkenisse onderwater staat?
A
Ja
B
Nee

Slide 16 - Quizvraag

Op welke manier krijg je te horen wat je kan doen en wat je moet doen?
A
Telefoon
B
Luchtalarm
C
Agenten
D
Radio

Slide 17 - Quizvraag

Bereid je voor

Slide 18 - Tekstslide

Waarom is het belangrijk om een noodvoorraad aan te leggen?
A
Omdat boodschappen doen leuk is
B
Omdat je niet naar de winkels kan
C
Omdat je dan geen internet meer nodig hebt

Slide 19 - Quizvraag

Wat is GEEN geschikt voedsel voor in een noodvoorraad?
A
Lang houdbaar eten
B
Eten dat niet opgewarmd hoeft te worden
C
Verse vis uit de supermarkt
D
Flessen water

Slide 20 - Quizvraag

Wat hoort bij de voorbereiding op je gezondheid tijdens een overstroming?
A
Een badjas meenemen
B
Voldoende medicijnen en een EHBO-pakket
C
Een spelcomputer
D
Een zaklamp

Slide 21 - Quizvraag

Wat hoort NIET in een noodpakket volgens de tekst?
A
Powerbank
B
Contant geld
C
IJsklontjes
D
Warme kleding

Slide 22 - Quizvraag

Thuis blijven

Slide 23 - Tekstslide

Hoe laat je hulpdiensten weten waar je bent als je op een droge plek zit?
A
Door te klappen
B
Door te zwaaien met een paraplu
C
Door een wit laken uit het raam te hangen
D
Door je voordeur open te zetten

Slide 24 - Quizvraag

Hoe kun je verlichting regelen als de stroom uitvalt?
A
Door vuurwerk af te steken
B
Met een zaklamp of kaarsen
C
Door je telefoon aan te zetten
D
Door het raam open te zetten

Slide 25 - Quizvraag

Waarom is het slim om waardevolle spullen hoog te zetten?
A
Dan zijn ze minder snel nat
B
Dan kun je ze beter zien
C
Dan vallen ze sneller op bij hulpdiensten
D
Dan zijn ze makkelijker te verstoppen

Slide 26 - Quizvraag

Vertrekken

Slide 27 - Tekstslide

Wat moet je meenemen als je besluit te vertrekken bij een overstroming?
A
Alleen je telefoon
B
Alleen een paraplu
C
Alleen kleding en schoenen
D
Water, voedsel, medicijnen, dekens en brandstof

Slide 28 - Quizvraag

Waarom moet je voldoende brandstof meenemen als je vertrekt?
A
Omdat je anders gratis moet tanken
B
Omdat je dan harder kunt rijden
C
Omdat tankstations mogelijk gesloten of leeg zijn
D
Omdat je de auto warm wilt houden

Slide 29 - Quizvraag

Wat is belangrijk bij slecht weer op de weg?
A
Je kunt al grip verliezen bij 15 cm water op de weg
B
Je ramen openzetten
C
Zoveel mogelijk mensen meenemen
D
Rijden zonder lichten

Slide 30 - Quizvraag