Een stiftgedicht maken

Poëzieweek
Gedichten
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1,2

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Poëzieweek
Gedichten

Slide 1 - Tekstslide

Waarom poëzie?
  • Door te werken met poëzie kun je de basisvaardigheden lezen, schrijven, spreken en luisteren versterken.

  • Kinderen en jongeren leren door poëzie op een andere manier te kijken naar taal.

  •  Het stimuleert hun creativiteit.

  • Door gedichten te schrijven leren ze bovendien hun gedachten en gevoelens te verwoorden. 


Slide 2 - Tekstslide

Wat weet jij al van poëzie?

Slide 3 - Woordweb

Moet poëzie altijd rijmen?

Slide 4 - Woordweb

Kenmerken poëzie 
  • Op een andere manier naar taal kijken.

  • Vaak over een gebeurtenis of moment.

  • Andere vorm: kortere regels, ander leestekengebruik, vaak strofen, veel wit om regels heen

  • Gedachten en gevoelens zijn belangrijk: beeldspraak.

  • Soms komt er rijm in voor.



Slide 5 - Tekstslide

Poëzie buiten het boek

Poëzie is overal. Niet alleen in bundels, maar ook op 
posters en gebouwen vind je gedichten.

Kijk maar eens goed om je heen!

Slide 6 - Tekstslide

Straatpoëzie

Op de website straatpoezie.nl worden gedichten verzameld die te lezen zijn in de openbare ruimtes in Nederlands. 

Hier vind je waar bij jou in de buurt gedichten te vinden zijn.

Ga eens op onderzoek uit: welke gedichten zijn er volgens de website in de buurt te vinden?


Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Instagrampoëzie

Wie denkt dat jongeren geen poëzie lezen, heeft het mis. Ze volgen namelijk massaal dichters op Instagram.

Instagrampoëzie is erg toegankelijk, omdat de teksten direct begrepen moeten worden, waardoor lezers een minder hoge drempel ervaren. Daarnaast speelt vorm ook een rol bij deze vorm van poëzie. 

Instapoëzie biedt hierdoor een mooie kans om poëzie aan de belevingswereld van jongeren te verbinden.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Stiftgedichten

Een stiftgedicht is een gedicht dat gemaakt wordt door in een bestande tekst (bijvoorbeeld een krantenartikel of een bladzijde uit het boek), met een stift woorden of delen van woorden weg te strepen of te schrappen.

De overgebleven woorden vormen dan een nieuw gedicht, vaak met een heel andere betekenis dan de originele tekst.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Stiftgedichten

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Hoe maak je een stiftgedicht?



  • Je neemt een tekst uit een  krant, tijdschrift of boek.

  • Je leest de tekst en pikt er hier en daar woorden uit die bij elkaar gaan horen.

  • Zo verschijnt er uit de oorspronkelijke tekst jouw gedicht.

  • Je kunt nog verder gaan en proberen te spelen met de vorm die verschijnt, of eventueel de vorm als uitgangspunt nemen.

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Slide 23 - Video

Stap 1: voorbereiding


Kopieer een pagina uit een boek , krant of tijdschrift.
Kies voor een pagina zonder afbeeldingen.

Leg alvast viltstiften en (kleur)potloden klaar.

Slide 24 - Tekstslide

Stap 2: plan maken


Lees de pagina die je net 
gekopieerd hebt.

Onderstreep met potlood woorden
letters of zinnen die jou 
opvallen.

Slide 25 - Tekstslide

Stap 3: krassen



Kras alles weg 
wat je niet wilt gebruiken


of.....

Slide 26 - Tekstslide

Stap 3a: of tekenen

...


Maak een tekening in de tekst.

Kras weg wat je niet nodig hebt.

Maak duidelijk wat je wilt bewaren.

Slide 27 - Tekstslide

Stap 3b: of kleuren


Je kunt natuurlijk ook 
met kleur werken.

Kies je kleur met zorg;
gebruik niet teveel 
teveel verschillende 
kleuren.

Slide 28 - Tekstslide

Stap 4: inhoud controleren


Controleer je tekst; de woorden of letters
die je overgelaten hebt.

Staat er wat je bedoelde?

Pas het aan, als je dat nodig vindt.

Slide 29 - Tekstslide

Stap 5: uiterlijk controleren
Bekijk jouw stiftgedicht.

Ziet het er mooi uit?

Is er een afbeelding 
of patroon verschenen?

Is er nog wit wat weggekrast kan worden?

Wil je je stiftgedicht er nog mooier
uit laten zien?

Slide 30 - Tekstslide

Tips en trucs
  • Belangrijkste tip: iedereen kan het!
  • Probeer de tekst niet te lezen, maar 'scan' alleen de woorden die je aanspreken. Vaak gaat dat makkelijker als je de tekst van onder naar boven bekijkt.
  • Houd in je stiftgedicht onze Westerse leesvolgorde aan (van links naar rechts, van boven naar onder).
  • Met stippellijntjes of bolletjes kun je de lezer 'sturen'... zo wordt het duidelijker in welke volgorde de tekst gelezen moet worden.
  • Je kan ook woorden 'maken' door verschillende letters samen te voegen. Probeer die zoveel mogelijk op één lijn te houden, dat leest makkelijker.
  • Start met het omlijnen van de woorden en letters die je gedicht gaan vormen...stift daarna de rest pas weg.

Slide 31 - Tekstslide

Opdracht

Je gaat nu zelf een stiftgedicht maken. 

Alles wat je creëert aan tekst is goed. Bij dichten mag alles! Het mag rijmen, maar dat hoeft niet.

Het is bij het maken van een knipgedicht lastiger om een gedicht te maken dat rijmt, omdat je afhankelijk bent van de woorden die je vindt in je tijdschriften of kranten.

Succes!

Slide 32 - Tekstslide