2H5_lesweek 29
1 / 55
Lesduur is: 15 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Met welke stappen lees jij een Franse leestekst?
Slide 7 - Woordweb
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Wat is het onderwerp van de tekst?
A
Bijzondere stranden
B
Kleurrijke stranden
C
Stranden voor huisdieren
Slide 21 - Quizvraag
Slide 22 - Tekstslide
In welke twee landen zijn de foto's genomen?
A
De Bahamas en de Malediven
B
De Bahamas en Tenerife
C
Frankrijk en Tenerife
Slide 23 - Quizvraag
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Tekstslide
Slide 26 - Tekstslide
Slide 27 - Tekstslide
Wat staat er op de favoriete vakantiefoto van Mila?
Slide 28 - Open vraag
Slide 29 - Tekstslide
Hoe ziet Paris Plage eruit?
Noem 3 dingen.
Noem 3 dingen.
Slide 30 - Open vraag
Slide 31 - Tekstslide
Hoe komt het dat het strand op de Malediven 's avonds schittert?
Slide 32 - Open vraag
Slide 33 - Tekstslide
Waarom droeg Charlie slippers op het strand op Tenerife?
Slide 34 - Open vraag
Slide 35 - Tekstslide
Welke 2 jongeren hebben tijdens hun vakantie een vreemde taal gesproken?
Slide 36 - Open vraag
Slide 37 - Tekstslide
Slide 38 - Tekstslide
Slide 39 - Tekstslide
Slide 40 - Tekstslide
Slide 41 - Tekstslide
Slide 42 - Tekstslide
''assis'' betekent (zie tekst)
A
assisteren
B
zitten
C
volledig
Slide 43 - Quizvraag
Wat zegt Alain over zijn reis?
A
Hij vond het een leuke ervaring om zo lang te vliegen
B
Het was het enige echt minpuntje van de vakantie
C
Hij was blij dat hij tijdens de reis wat afleiding had
Slide 44 - Quizvraag
Wat is waar over Alain?
A
Hij is toch wel blij dat hij in Frankrijk woont
B
Hij had graag in een appartement in New York gewoond
C
Hij vindt de flatgebouwen in New York indrukwekkend
Slide 45 - Quizvraag
Slide 46 - Tekstslide
Slide 47 - Tekstslide
''Ça nous a pris'' betekent (zie tekst)
A
we namen iets
B
het kostte ons
C
de prijs was
Slide 48 - Quizvraag
''j'en avais marre'' betekent (zie tekst)
A
ik vond het geweldig
B
ik voel me niet goed meer
C
ik had er genoeg van
Slide 49 - Quizvraag
«Je suis hyper jalouse»
Waarom zegt Lisa dat?
Waarom zegt Lisa dat?
A
Omdat haar vakantie minder indrukwekkend was.
B
Omdat ze heel graag nog eens naar Amerika wil.
C
Omdat zij ook met de het vliegtuig had willen reizen.
Slide 50 - Quizvraag
Wat is waar over Lisa’s vakantie?
A
Ze gaat de volgende keer liever met iemand anders weg
B
Ze.was blij dat ze niet zo ver hoefden te reizen
C
Ze zou een volgende keer een andere bestemming kiezen
Slide 51 - Quizvraag
Waarom zegt Lisa:
«C’était une bonne fin de vacances»?
«C’était une bonne fin de vacances»?
A
Omdat ze blij was toen ze weer naar huis mocht
B
Omdat ze de hele vakantie lang had willen surfen
C
Omdat ze eindelijk naar het strand mocht gaan
Slide 52 - Quizvraag
Slide 53 - Tekstslide
Alain en Lisa zijn allebei met hun ouders weggeweest
A
vrai
B
faux
Slide 54 - Quizvraag
Alain en Lisa zijn allebei in het buitenland geweest
A
vrai
B
faux
