Laatste les: De bouwstenen van de Muziek - TEST

• Muzieklab
• Deeltijds kunstonderwijs

TEST: De bouwstenen van de Muziek

De vijf muzikale parameters of 'bouwstenen' zijn:

1. Tempo

2. Dynamiek

3. Klankkleur

4. Articulatie

5. Vorm 

Deze parameters bepalen hoe muziek klinkt en hoe het georganiseerd is. Ze beïnvloeden de manier waarop een muziekstuk wordt waargenomen en ervaren. 

1. TEMPO

De snelheid van de muziek, vaak aangeduid in beats per minute (BPM) of met Italiaanse termen als adagio (langzaam), andante (wandeltempo), allegro (snel) en presto (zeer snel) etc.

Ook tempoveranderingen horen hierbij, zoals accelerando (versnellen) en ritenuto (vertragen).  

2. Dynamiek

• De variatie in geluidssterkte: Van zacht (piano) tot hard (forte) etc. 
• De overgangen daartussen - harder worden, (crescendo), zachter worden (decrescendo), plotseling (terrassendynamiek) of geleidelijk (overgangsdynamiek). 

3. Klankkleur

De unieke klank van een instrument of stem, waardoor je verschillende instrumenten van elkaar kunt onderscheiden, zelfs als ze dezelfde toonhoogte en toonduur hebben.

Voorbeeld: Een viool en een piano spelen allebei een 'a', maar hun klankkleur is totaal anders. De viool heeft een warm, strijkend geluid, terwijl de piano een percussief, getokkelde klank heeft.

4. Articulatie

De manier waarop tonen worden gespeeld of gezongen, zoals: 

• staccato (kort en afgebroken) of legato (vloeiend). 
• Strijken of Pizzicato
• met accenten of zonder accenten

5. Vorm 

De structuur en organisatie van een muziekstuk, zoals de volgorde van melodieën, herhalingen en contrasten:

• Intro - Verse (couplet) - Pre-Chorus - Chorus (refrein) - Bridge (brug) etc.
• Vormschema in letters: A-A',     A-B-A,     A-B-C,     A-B-A-C-A etc.

En nou een klein testje...

Sleep het begrip naar de woorden die erbij horen

Langzaam - Snel

Zacht - Hard

Dynamiek

Tempo

Sleep de woorden naar waar ze bij horen: tempo of dynamiek

DYNAMIEK

TEMPO

Allegro

Slow

BPM

Piano

Mf

Ritenuto

Accelerando

Fade out

Accelerando betekent versnellen en hoort bij de parameter

1. toonhoogte
2. toonduur
3. tempo
4. dynamiek

Een ander woord voor 'dynamiek'

1. Klankkleur
2. Geluidsterkte
3. Toonhoogte
4. Sfeer van de muziek

Welk soort dynamiek hoor je in dit fragment?

1. Overgangsdynamiek
2. Crescendo en decrescendo
3. Terrassendynamiek

Welk teken gebruik je als wil dat de muziek steeds zachter klinkt?

1. <
2. pp
3. ff
4. >

DE PIANO SPEELT .....

1. LEGATO
2. STACCATO

Zet in volgorde van langzaam naar snel

1. allegro-andante-adagio
2. adagio-allegro-andante
3. andante allegro-adagio
4. adagio-andante-allegro

HET TEMPO IS...

1. ANDANTE
2. ADAGIO
3. ALLEGRO

HET TEMPO IS .....

1. ADAGIO
2. ANDANTE
3. ALLEGRO

Hoe heet het teken onder de noten?

1. Adagio
2. Crescendo
3. Decrescendo
4. Forte

Fast

Slow

Allegro

Slow

BPM =  80

BPM =  140

Welk woord past bij de volgende omschrijving?

De snelheid waarmee je iets doet of waarmee iets gebeurt.

1. Tempo
2. Ritme
3. Genre
4. Couplet

Geef enkele voorbeelden van articulatie in muziek;

Geef enkele voorbeelden van tempo aanduidingen;

Vergelijk het motief met variatie 2.

Wat wordt gevarieerd?

1. de toonhoogte
2. het ritme
3. het tempo
4. ritme en toonhoogte

Ik vond deze les leuk/interessant

😒🙁😐🙂😃