klas 2 les 2 wk 46 schooljaar 2021/22
1 / 26
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
het meervoud van
die Kamera
die Kamera
A
die Kameren
B
die Kameras
Slide 5 - Quizvraag
Het meervoud van
der Schrank
A
die Schranke
B
die Schränke
Slide 6 - Quizvraag
Meervoud van der Fluss
A
die Flussen
B
die Flüsse
C
die Flusse
D
die Flusses
Slide 7 - Quizvraag
meervoud van
der Spieler
is:
der Spieler
is:
A
die Spielern
B
die Spieler
C
die Spielers
D
die Spielere
Slide 8 - Quizvraag
Wat is de meervoud van ''de voetgangers''
A
Der Fußgänger
B
Die Fußgänger
C
Das Fußgänger
Slide 9 - Quizvraag
Meervoud altijd
A
der
B
die
C
das
D
?
Slide 10 - Quizvraag
het meervoud van
der Beruf
der Beruf
A
die Berufe
B
die Berüfe
Slide 11 - Quizvraag
wat is het meervoud van:
der Maler
der Maler
A
die Malers
B
die Maler
Slide 12 - Quizvraag
Wat is het meervoud van:
die Freundin
die Freundin
A
die Freundins
B
die Freundinen
C
die Freundinnen
Slide 13 - Quizvraag
het meervoud van
der Rucksack
A
die Rucksacken
B
die Rucksäcke
Slide 14 - Quizvraag
Het meervoud van der Gegenstand
A
die Gegenstanden
B
die Gegenstand
C
die Gegenstände
D
die Gegenstands
Slide 15 - Quizvraag
het meervoud van 'de taal' =
A
die Sprache
B
die Sprachen
Slide 16 - Quizvraag
Het meervoud van
der Laden
der Laden
A
die Laden
B
die Läden
Slide 17 - Quizvraag
Het meervoud van "der Klang":
A
die Klange
B
die Klangen
C
die Klänge
D
die Klanges
Slide 18 - Quizvraag
Sleep de woorden naar het juiste lidwoord.
der
die
das
Mann
Frau
Kuh
Pferd
Mädchen
Kind
Umgebung
Gesundheit
Herbst
März
Mittwoch
Bäckerin
Tanz
Lehrerin
Freundschaft
Schule
Slide 19 - Sleepvraag
Hose
Kombiniere die Artikel (lidwoorden) mit den Nomen (zelfst. nw)
Pullover
Jacke
Rock
T-Shirt
Hemd
der
die
das
der
die
das
Slide 20 - Sleepvraag
Zet het zelfstandig naamwoord bij het juiste bepaald lidwoord
die
der
das
Essen
Pferd
Tier
Jungen
Vater
Mutter
Mann
Frau
Kind
Junge
Schule
Mädchen
Haus
Lehrer
Lehrerin
Slide 21 - Sleepvraag
Lidwoorden: Welk lidwoord hoort bij welk geslacht?
Sleep de blauwe woorden naar de rode.
mannelijk
vrouwelijk
onzijdig
meervoud
die
die
das
der
