1.8.1 Stappenplan zinsdelen benoemen

Hoofdstuk 1



Grammatica zinsdelen 

1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 1



Grammatica zinsdelen 

Slide 1 - Tekstslide

Stappenplan zinsontleding
Een stappenplan gebruik je om tot een goed eindresultaat te komen.
Vandaag gaan we het ook hebben over een stappenplan.
Een stappenplan om zinnen te ontleden.
We beginnen met grammatica zinsdelen H1.

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoel
Aan het eind van deze les kan je met behulp van een stappenplan zinsdelen benoemen. Je weet in welke volgorde een zin ontleed moet worden en hoe de verschillende delen heten.

Slide 3 - Tekstslide

Wat weet je nog?
Welke zinsdelen ken je nog?
Hoe vind je die zinsdelen dan?
Hoe verdeel je ook alweer een zin in zinsdelen?

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Persoonsvorm (PV)

De persoonsvorm is een werkwoord in de zin.

Je vindt de PV door de zin vragend te maken; het eerste werkwoord is dan de PV!

Slide 6 - Tekstslide

Onderwerp (Ond)

Het onderwerp geeft aan wie of wat iets doet in de zin.


Ond=wie/wat + PV + overige werkwoorden ?

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Werkwoordelijk Gezegde (WWG)
Het werkwoordelijk gezegde bestaat uit ALLE werkwoorden in een zin.
Dus OOK de persoonsvorm!

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Lijdend Voorwerp (LV)


LV=wie/wat + Ond + WWG ?

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Meewerkend Voorwerp (MV)


MV= aan/voor wie + Ond + WWG + LV ?

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Bijwoordelijke Bepaling (BwB)

Geeft antwoord op vragen als waar? Waarheen? Waarover? Waarom? Waardoor? Wanneer?


Ook wel  'Het 'vuilnisbakje' van de zin'  genoemd!

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Wat is nu dus het stappenplan om zinsdelen te benoemen?

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide