Zenuwstelsel - Autonoom zenuwstelsel

Zenuwstelsel - Autonoom zenuwstelsel
1 / 8
volgende
Slide 1: Tekstslide
uiterlijke verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 8 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Zenuwstelsel - Autonoom zenuwstelsel

Slide 1 - Tekstslide

Uit welke 2 zenuwstelsels is het autonome zenuwstelsel in te delen?
A
Parasympatisch en sympatisch
B
Vegetatief en perifeer
C
Vegetatief en animaal
D
Animaal en centraal

Slide 2 - Quizvraag

Na het avondeten zit je op de bank en kijk je rustig naar de TV. Welke onderdeel van het autonome zs is met name in werking?
A
Sympathisch zenuwstelsel
B
Zowel parasympatisch als sympatisch
C
Parasympatisch
D
Het animale zenuwstelsel is vooral actief

Slide 3 - Quizvraag

Door welke verschillende fases gaat je lichaam wanneer het een onbekende prikkel moet verwerken?
A
Signaleringsfase, rustfase, herstelfase
B
Alarmfase, aanpassingsfase, rust- en herstelfase
C
Alarmfase, rustfase herstelfase
D
Aanpassingsfase, rustfase, herstelfase

Slide 4 - Quizvraag

Welk van de volgende levensverrichtingen is in hoge mate van actie wanneer het parasympatische zenuwstelsel actief is?
A
Vertering
B
Hartslag
C
Ademhaling
D
Bloeddruk

Slide 5 - Quizvraag

Welk van de volgende uitspraken over het sympatische zenuwstelsel is juist?
A
Het sympatische zenuwstelsel is vooral actief in rust
B
Het sympatische zenuwstelsel bevordert de verbranding in de cellen (dissimilatie)
C
Het sympatische zenuwstelsel zorgt ervoor dat energie wordt opgeslagen in de cellen
D
De belangrijkste hersenzenuw van het sympatische zenuwstelsel is de zwervende zenuw

Slide 6 - Quizvraag

Welke neurotransmitter komt vrij bij het de prikkeloverdracht bij het parasympatisch zenuwstelsel
A
Adrenaline
B
Acethylcoline

Slide 7 - Quizvraag

Welke vragen heb je nog omtrent het zenuwstelsel?

Slide 8 - Open vraag