Les 3 - Capitulo 2 Brugklas

Bienvenidos a la clase de español
Hoy es jueves, 28 de marzo
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1-4

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Bienvenidos a la clase de español
Hoy es jueves, 28 de marzo

Slide 1 - Tekstslide

La regla
Respect:
Mag niet meer naar de wc gaan tijdens de les.
Als iemand praat is de rest stil
Ik steek me vinger op als ik iets wil zeggen
We maken elkaar niet belachelijk

Slide 2 - Tekstslide

¿Qué vamos a hacer hoy?
  • Huiswerk: voorzetsels
  • De persoonlijke voornaamwoorden herhalen
  • Het werkwoord SER herhalen 
  • Het werkwoord ESTAR leren
  • Het werkwoord ser en estar oefenen
  • Blooket

Slide 3 - Tekstslide

¿Cuáles son las metas de hoy?

Ik weet de voorzetsels in het Spaans
Ik weet hoe ik een werkwoord moet vervoegen bij meerdere mensen/ dingen in een zin
Ik kan het werkwoord ESTAR in het Spaans vervoegen

Slide 4 - Tekstslide

Korte pauze
Dónde está el/la __________?

El/La ______ está ________ de el/la _______.

Slide 5 - Tekstslide

¿Qué vamos a hacer?
Wat? Libro de ejercicio maak opdr. 10 van blz. 37 en 38
Hoe? Klassikaal
Hulp: Libro de ejercicio blz. 55
Tijd: 10 minutos
Uitkomst: Ik kan de voorzetsels in het Spaans
Klaar? Libro de ejercicio blz. 38 opdr. 11

Slide 6 - Tekstslide

Wat betekent...?


SER = iets/ iemand zijn

ESTAR = ergens zijn

Slide 7 - Tekstslide

Korte pauze
Werkwoorden vervoegen
yo= yo
tú = tú
él = naam van man / zelfst.nw enkelvoud
ella = naam van vrouw / zelfst.nw enkelvoud
nosotros = naam/namen y yo
vosotros = naam/namen y tú
ellos = twee namen van mannen / zelfst.nw meervoud
ellas = twee namen van vrouwen / zelfst.nw meervoud

Slide 8 - Tekstslide

Korte pauze
Werkwoorden vervoegen
yo                        1. Yo (ser) ________ holandés.
tú                        2. Tú (ser) ________ doctor.
él                         3. Diego (ser) ______ explorador.
ella                      4. Dora (ser)______ exploradora.
usted                  5. Mi abuelo (ser) _______ español.
nosotros             6. Marcos y yo (ser) _______ familia.
vosotros              7. Luisa y tú (ser) ________ primos.
ellos                     8. Diego y Dora (ser) ________ amigos
ellas                     9. Luisa y Dora (ser) _______ mujeres.

Slide 9 - Tekstslide

Korte pauze

Slide 10 - Tekstslide

¿Qué vamos a hacer?
Wat? Libro de ejercicio maak opdr. 12B, 13C en 14
            van blz. 39 t/m 40
Hoe? in duo's
Hulp: Tu libro de texto en la pag. 16, bron J en blz. 21 bron D
Tijd: 12 minutos
Uitkomst: Ik kan het werkwoord ESTAR vervoegen
Klaar? Leer de frases clave blz. 24 bron J

Slide 11 - Tekstslide

Korte pauze
Oefenen

play.blooket.com

Slide 12 - Tekstslide

Korte pauze
Los deberes

Overhoring:
Libro de texto: Leer het werkwoord ESTAR uit je hoofd. Blz. 21 - bron D

Maken:
Libro de ejercicio: Maak opdr. 12 en 14 van blz. 39 en 40


Slide 13 - Tekstslide

¿Cuáles eran las metas de hoy?


  • Ik weet minimaal 8 woorden van de vocabulario
  • Ik weet hoe ik een werkwoord moet vervoegen bij meerdere mensen/ dingen in een zin
  • Ik kan het werkwoord ESTAR in het Spaans vervoegen

Slide 14 - Tekstslide

Korte pauze
Una pausa
timer
3:00

Slide 15 - Tekstslide