Voedingsleer III - Les 1 Allergie

Voedingsleer II & III - Les 1
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
VoedingsleerMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Voedingsleer II & III - Les 1

Slide 1 - Tekstslide

Lesplanning
  • Doornemen weekplanning
  • Leerdoelen
  • Uitleg
  • Aan de slag! 

Slide 2 - Tekstslide

Weekplanning technologie
  1. Allergieën en intoleranties
  2. Allergieën en intoleranties - in de praktijk
  3. Eetstoornissen
  4. Eiwitbehoefte
  5. Medische voeding
  6. Anaerobe en aerobe systeem
  7. Voedingsbehoefte bij het sporten
  8. Toets

Slide 3 - Tekstslide

Weekplanning voorlichting
  1. Allergieën en intoleranties
  2. Allergieën en intoleranties - in de praktijk
  3. Eetstoornissen
  4.  Eiwitbehoefte
  5. Medische voeding
  6. Aerobe systeem vs anaerobe systeem (energiesystemen)
  7. Voedingsbehoefte tijdens het sporten
  8. Toets

Slide 4 - Tekstslide

Zijn er nog onderwerpen
die jullie missen
in de planning?

Slide 5 - Woordweb

Leerdoelen
Jij:
● Kunt het verschil uitleggen tussen een allergie en intolerantie
● Kunt uitleggen op welke manier een allergeen in het lichaam voor een reactie zorgt
● Kunt uitleggen op welke manier het lichaam reageert bij een intolerantie
● Kunt aangeven op welke manier je lichaam reageert op lactose, gluten en noten

Slide 6 - Tekstslide

Welke allergieën kennen
jullie allemaal?

Slide 7 - Woordweb

Verschillende soorten 
  1. Contactallergie
  2. Inhalatieallergie
  3. Voedselallergie 

Slide 8 - Tekstslide

Heeft een van jullie een
intolerantie of allergie?
Of je naasten?

Slide 9 - Woordweb

Mevrouw Nijhuis: 

  • Allergisch voor pistache en cashewnoten
  • Allergietabletten
  • EPI pen

Slide 10 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen een intolerantie en een allergie?

Slide 11 - Woordweb

Intolerantie

  • Niet-allergische reactie 
  • Afweersysteem speelt geen of onbelangrijke rol 
  • Bijvoorbeeld tekort aan bepaald enzym of stoffen die al in voeding aanwezig zijn 
  • Triggers
Allergie 

  • Heel heftige reactie op bepaalde eiwitten 
  • Eiwitten worden allergenen genoemd 
  • Antistoffen worden gevormd en er komt histamine vrij 
  • Histamine: allergische klachten

Slide 12 - Tekstslide

3

Slide 13 - Video

01:01
Wat zou er worden bedoeld met sensitisatie?

Slide 14 - Open vraag

01:52
Wat wordt er bedoeld met degranuleren?

Slide 15 - Open vraag

02:15
Wat is een
anafylactische shock?

Slide 16 - Woordweb

Opdracht
Jullie hebben net het filmpje gezien over het optreden van een allergische reactie.

  • Maak voor jezelf een overzichtelijke samenvatting hierover.
  • Geef ook weer welke symptomen er kunnen optreden
       bij een allergisch reactie
timer
7:00

Slide 17 - Tekstslide

Opdracht
Zoek uit op welke manieren mensen kunnen worden getest op allergieën.
a. Geef de verschillende vormen weer.
b. Beschrijf welke test wordt gebruikt voor welke type allergeen.
c. Beschrijf kort op welke manier de test werkt.
timer
10:00

Slide 18 - Tekstslide

Leerdoelen
Jij:
● Kunt het verschil uitleggen tussen een allergie en intolerantie
● Kunt uitleggen op welke manier een allergeen in het lichaam voor een reactie zorgt
● Kunt uitleggen op welke manier het lichaam reageert bij een intolerantie
● Kunt aangeven op welke manier je lichaam reageert op lactose, gluten en noten

Slide 19 - Tekstslide