Intro + par. 1.1 Verleden, heden en toekomst

WELKOM BIJ GESCHIEDENIS
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 25 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

WELKOM BIJ GESCHIEDENIS

Slide 1 - Tekstslide

Even voorstellen... 
Mevr. van Dodewaard (DDGS)
Beschikbaar op ma, di en do. 
ddgs@cvo-portus.nl

  • Reizen
  • Hiken
  • Muziek
  • Films en series kijken



Slide 2 - Tekstslide

Regels 
  • Binnenkomen = gelijk beginnen!
  • Materiaal en huiswerk!!!!
  • Wanneer ik of de ander praat, ben je stil. 
  • Geen eten en drinken tijdens de les. 
  • Te laat? Te laat briefje!
  • Vingers opstekken!

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen:
1. Wat zijn primaire en secundaire bronnen?
2. Welke soorten bronnen zijn er?
3. Welke soorten bronnen hebben we uit de pre-historie?
4. Wat betekent bruikbaarheid van bronnen?
5. Geef de betekenis van het woord verklaring

Zelfstandig en in stilte
Eerder klaar? Lees "Scheppingverhalen" op blz. 11
timer
5:00
1. Wat is geschiedenis?
2. Wat zijn bronnen?
3. Waarom we sommige vragen over vroeger moeilijk kunnen beantwoorden?
4. Hoe werd de tijd ingedeeld?

Slide 4 - Tekstslide

Planning
28/08 Intro + par. 1.1 Verleden, heden en toekomst
31/08 Par. 1.1 Verleden, heden en toekomst
4/09 Par. 1.1 Verleden, heden en toekomst
7/09 Par. 1.2 De eerste mensen
11/09 Par. 1.2 De eerste mensen 
14/09 OEFEN SO
18/09 SO par. 1.1 en 1.2
21/09 Par. 1.3 Geen vaste woonplaats
25/09 Par. 1.3 Geen vaste woonplaats
28/09 Par. 1.4 Leven van de landbouw
2/10 Par. Leven van de landbouw
Toetsweek periode 1
H1 par. 1.3 en 1.4 + 
H2 par. 2.1, 2.2 en 2.4 + historische vaardigheden 

Slide 5 - Tekstslide

Programma
1. Huiswerk bespreken
2. Uitleg par. 1.1
3. Opdrachten maken en bespreken
4. Leerdoelen antwoorden
5. Afsluiten

Slide 6 - Tekstslide

Wat is geschiedenis?

"Dat wat is geschied (gebeurd)"

"Een discussie zonder einde" = Het is heel moeilijk om erachter te komen wat precies is gebeurd.

Je weet het nooit zeker hoe mensen vroegen dachten en leefden. 

Slide 7 - Tekstslide

Wat is geschiedenis?
Er bestaat niet één verhaal over het verleden waarmee iedereen het eens is. Dat heeft te maken met drie problemen:

  1. Niet iedereen heeft beschikking over dezelfde bronnen en informatie.
  2. Niet iedereen vindt dezelfde dingen belangrijk.
  3. De ene is positief over een verhaal, de andere negatief. 

Slide 8 - Tekstslide

Een manier van denken en onderzoeken

  • Geschiedenis is een vak wat onderzoekt hoe mensen vroeger leefden. 
  • Mensen die over het verleden schrijven, halen hun kennis uit bronnen
  • Bronnen geven ons informatie over het verleden.
  • Bronnen zijn alles waardoor je iets over het verleden te weten kunt komen, bijvoorbeeld een krant, een website, een schilderij of verhalen van je opa en oma.
  • Bronnen mag je nooit "zo maar geloven".
Weetje: 

Een andere woord voor geschiedenis is "historie", uit het Grieks afkomstig en betekent onderzoek.

Slide 9 - Tekstslide

Vorige les...
De Grot van Lascaux
De cro-magnonmensen lieten hun sporen in de grot achter.
Een archeoloog (iemand die opgravingen doet en bestudeert) onderzocht de grot. 
De grot werd een bron van informatie over het verleden. 

Slide 10 - Tekstslide

Welke informatie kunnen wij uit het grot van Lascaux er achterhalen?
De makers konden goed tekenen, schilderingen werden in donkere en moeilijke ruimtes gemaakt, welke kleurstoffen ze gebruikten...

Slide 11 - Tekstslide

Wat heb je aan geschiedenis?
  • Ieders leven wordt sterk beïnvloed door wat vroeger is gebeurd. 
  • Aan het verleden ontleen je je "identiteit" = wie je bent.
  • Zonder geschiedenis kan je niet begrijpen wat er in de wereld gebeurd. 
  • Geschiedenis leert je afvragen of iets waar is of echt gebeurd.
  • Geschiedenis leert je af te vragen waarom iemand een bepaalde mening heeft.
  • Geschiedenis laat je nadenken over wat goed of slecht is om te doen.

Slide 12 - Tekstslide

De tien tijdvakken.

Slide 13 - Tekstslide

De tijd indelen
  • Er zijn verschillende jaartellingen. 
  • In het Westen gebruiken we de christelijke jaartelling, vanaf de geboorte van Christus. Het jaar waarin wij dachten dat hij geboren is kreeg het nummer 1, bijv. 1 vóór Christus = 1 v.C. , 200 v.C...
  • Het jaar 0 bestaat niet. 
  • Wij leven in de 21ste eeuw. 

Slide 14 - Tekstslide

De tijd indelen
5 perioden:
  1. prehistorie
  2. oudheid
  3. middeleeuwen
  4. vroegmoderne tijd
  5. moderne tijd

Slide 15 - Tekstslide

De tijd indelen
Wat is een tijdbalk?

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Er zijn diverse soorten bronnen
Ongeschreven: 
- mondelinge: verhaal of intervieuw
 - visueel: zoals afbeeldingen, bouwwerken, landschap en objecten
audiovisuel: audio en beeld

Geschreven: schriftelijke (teksten in boeken, archiefdocumenten of op internet, ook met cijfers)

Bronnen gebruik je op diverse manieren. 

Slide 18 - Tekstslide

De Prehistorie
Homo sapiens

Prehistorie: vóór de uitvinding van het schrift.

Alleen ongeschreven bronnen.

Slide 19 - Tekstslide

Griekse vaas, ongeschreven
Dagboek van Anne Frank, geschreven
Voorbeelden van primaire bronnen

Slide 20 - Tekstslide

Verklaringen
Waarom ziet de wereld van vandaag er zo uit? 
Zoek in het verleden naar verklaringen!

Slide 21 - Tekstslide

Hoe weet je wanneer je een bron kunt gebruiken?
Als je de bronnen hebt gevonden, wat doe je dan?
  • je bekijkt of leest de bronnen
  • je vraagt je af: 'helpt deze bron mij bij het beantwoorden van mijn vraag voor mijn onderzoek?' BRUIKBAARHEID
  • Bij NEE: weg met die bron!
    Bij JA: vraag je dan af: 'welke informatie uit de bron is nuttig?'
    En: 'kan ik deze bron ook vertrouwen?' 
betrouwbaarheid van bronnen
Kun je de bron geloven? Let op 3 dingen: wanneer is de bron gemaakt, hoe is de maker aan zijn informatie gekomen & wat is de bedoeling van de maker?

Slide 22 - Tekstslide

Opdracht, daarna inleveren
1. Gebruik je eigen tijdbalk. Maak nu een indeling of legenda op basis van:
  • primaire en secundaire bronnen
  • mondeling, schriftelijk, visueel of audiovisueel 

2. Geef antwoord op de vragen: 
  • In welke opzichten zijn de bronnen van jouw tijdbalk betrouwbaar?
  • Stel, je doet onderzoek naar je eigen leven. Welke bronnen zijn het meest bruikbaar en welke niet? Geef dat aan in je eigen tijdbalk. 


timer
10:00

Slide 23 - Tekstslide

Leerdoelen:
Wat zijn primaire en secundaire bronnen?
2. Welke soorten bronnen zijn er?
3. Welke soorten bronnen hebben we uit de pre-historie?
4. Wat betekent bruikbaarheid van bronnen?
5. Geef de betekenis van het woord verklaring.

timer
6:00
4. Wat heb je aan kennis van het verleden?
5. Hoe wordt de geschiedenis ingedeeld en welke jaartelling gebruiken we?

Slide 24 - Tekstslide

Afsluiten

Slide 25 - Tekstslide