HAVO 3 par 4.3 hoe verkoop ik mijn idee

Paragraaf 4.3
Hoe verkoop ik mijn idee? (les 1)
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Paragraaf 4.3
Hoe verkoop ik mijn idee? (les 1)

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel deze les
  • wat is marketing
  • wat is een marktaandeel en hoe bereken je het

Slide 2 - Tekstslide

Herhalen 4.2
  • wat is een ondernemingsplan en wat staat er in 
  • wat is marktonderzoek
  • wat is een financieel plan en uit welke vier delen bestaat dit

Slide 3 - Tekstslide

Financieel plan
Wat staat er in een financieel plan:
  • investeringsbegroting --- hoeveel geld heb je nodig om te starten
  • financieringsbegroting -- hoe ga je het betalen (eigen geld of een lening)
  • exploitatiebegroting ----- wat zijn je verwachte verkopen en kosten
  • liquiditeitsbegroting ----- wat zijn de inkomsten en uitgaven
Met een financieel plan kan je zien of je bedrijfsidee haalbaar is 

Slide 4 - Tekstslide

Lesdoel 
Wat is marketing

Slide 5 - Tekstslide

Marketing
Marketing heeft betrekking op alle activiteiten die een bedrijf uitvoert om de verkoop van producten of diensten te stimuleren.

Slide 6 - Tekstslide

Lesdoel 
Wat is een marktaandeel en hoe bereken je het

Slide 7 - Tekstslide

Eerst.....wat is afzet en wat is omzet?

Slide 8 - Open vraag

Berekening marktaandeel

Slide 9 - Tekstslide

Marktaandeel berekenen


Je kunt het marktaandeel berekenen door de formule:

GeheelDeel100
%

Slide 10 - Tekstslide

Voorbeeld marktaandeel
In Den Haag heb je een aantal bakkers en die verkopen allemaal croissantjes. Samen  verkopen ze  1 miljoen croissantjes per jaar.
Bakker Segaar verkoopt in datzelfde jaar 150.000 croissantjes.

Wat is het marktaandeel van Bakker Segaar?

Slide 11 - Tekstslide

Voorbeeld marktaandeel
Totaal aan croissantjes = 1.000.000 (1 miljoen) (= geheel
Bakker Segaar = 150.000 croissantjes (= deel)

Formule =   

(150.000 : 1000.000 ) x 100 = 15% 
Bakker Segaar verkoopt dus 15% van alle croissantjes in DH
GeheelDeel100

Slide 12 - Tekstslide

aan de slag
  • Lees paragraaf 4.3 blz 106 en 107 goed door
  • Maak
    - uit je boek de vragen 25, 26, 27, 28, 29 en 30

Slide 13 - Tekstslide

Lesdoel deze les
  • wat is marketing (herhalen)
  • wat is een marktaandeel en hoe bereken je het (herhalen)

  • wat is marketingmix
  • hoe wordt een consument beïnvloed
  • wat is prijspolitiek

Slide 14 - Tekstslide

Lesdoel 
Wat is marketingmix

Slide 15 - Tekstslide

Marketing
mix


De 6 P's

Slide 16 - Tekstslide

Lesdoel 
Hoe wordt een consument beïnvloed

Slide 17 - Tekstslide

Ideële reclame
commerciële reclame

Slide 18 - Tekstslide

Commerciële reclame
Het doel van commerciële reclame:
  1. Gericht op het verkopen van producten en diensten.
  2. Klanten lokken.

Slide 19 - Tekstslide

Ideële reclame
Ideële reclame. gericht op het doorgeven van een belangeloze boodschap

Veel ideële reclame wordt verzorgd door SIRE (Stichting Ideële REclame).

Slide 20 - Tekstslide

Lesdoel 
Wat is prijspolitiek

Slide 21 - Tekstslide

Prijspolitiek
  • Hoge prijzen -> luxe uitstraling.   
  • Lage prijzen -> goedkope uitstraling
  • Psychologische prijzen ->  4,00 of 3,99 
  • Afroomprijzen-> bij introductie een hoge prijs -> veel winst      en later wordt het product / dienst goedkoper
  • Penetratieprijzen -> bij introductie  een scherpe prijs -> direct groot marktaandeel 

Slide 22 - Tekstslide

Samenvatting
  • wat is marketing
  • wat is een marktaandeel en hoe bereken je het
  • wat is marketingmix
  • hoe wordt een consument beïnvloed
  • wat is prijspolitiek

Slide 23 - Tekstslide

aan de slag
  • Lees paragraaf 4.3  goed door
  • Maak
    - uit je boek de vragen 25 t/m 41
    - de Lesson Up vragen verderop in deze les

Slide 24 - Tekstslide

Oefenen
Maak de vragen hierna
Pak je boek er bij voor de uitleg

Slide 25 - Tekstslide

Wat is marketing?
A
Alle activiteiten die een bedrijf onderneemt om niet te voldoen aan de wensen van de klanten
B
Een marktkraam opzetten
C
Alle activiteiten die een bedrijf onderneemt om te voldoen aan de wensen van de klanten
D
Prijs op verschillende manieren gebruiken om je product te verkopen

Slide 26 - Quizvraag

De marketing mix bestaat uit
Leerdoel 22
A
3 P's
B
4 P's
C
5 P's
D
6 P's

Slide 27 - Quizvraag

Uit welke P's bestaat de marketingmix.
A
Product, Plaats, Prijs, Promotie, PowerPoint, Presentatie
B
Product, Plaats, Prijs, Promotie, Personeel
C
Product, Plaats, Prijs, Promotie, Personeel, Presentatie
D
Product, Plaats, Prijs, Producent, Personeel, Promotie

Slide 28 - Quizvraag

Welke P heeft niets te maken met marketing?
A
Plaats
B
Product
C
Personeel
D
Professioneel

Slide 29 - Quizvraag

Hoe bereken je het marktaandeel?
A
Afzet : totale afzet v/d markt X 100%
B
Omzet : totale omzet v/d markt X 100%
C
Beide formules zijn juist
D
Beide formules zijn onjuist

Slide 30 - Quizvraag

Een marktaandeel is
A
het deel van de totale markt van alle producten die te koop zijn
B
de afzet van een bedrijf als percentage van de totale afzet van dat product
C
het stukje van de markt waar jij je kraam mag zetten

Slide 31 - Quizvraag

Marktaandeel bereken je door ......
A
omzet bedrijf/omzet totale markt x 100%
B
omzet totale markt/ omzet bedrijf

Slide 32 - Quizvraag

Koppel de plaatjes aan de juiste begrippen
Commerciële beïnvloeding
Sociale beïnvloeding

Slide 33 - Sleepvraag

Sociale beinvloeding
Commerciele beinvloeding
Vooral vrienden en familie
Reclame

Slide 34 - Sleepvraag

Sociale beïnvloeding 
Commerciële beïnvloeding 

Slide 35 - Sleepvraag

Stelling I: In verband met Valentijnsdag is er een groot aanbod van rode rozen. Er geldt een speciale prijs van € 1,99 per stuk. Dit noem je psychologische prijsstelling.
Stelling II : De warme kaasbroodjes zijn in de aanbieding bij Deen. De actie is drie halen, twee betalen. Dit is een voorbeeld van prijspolitiek.

A
Stelling I is juist, stelling II is onjuist
B
Stelling I is onjuist, stelling II is juist
C
Stelling I en II zijn juist
D
Stelling I en II zijn onjuist

Slide 36 - Quizvraag

Een TV bij Mediamarkt kost € 999. Dit is een voorbeeld van
A
penetratieprijs
B
afroomprijs
C
psychologische prijs

Slide 37 - Quizvraag

Een voorbeeld van penetratieprijs politiek is
A
een product voor een hoge prijs op de markt brengen en later de prijs verlagen
B
een product voor een lage prijs op de markt brengen om snel een marktaandeel te veroveren
C
een product voor € 3,99 verkopen in plaats van voor € 4,-

Slide 38 - Quizvraag