§4.5 Politieke ontwikkelingen na 1980

§4.5 Politieke ontwikkelingen na 1980
Luiz Inácio Lula da Silva- Huidge President Brazilië
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 24 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

§4.5 Politieke ontwikkelingen na 1980
Luiz Inácio Lula da Silva- Huidge President Brazilië

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesplanning
1. Spullen pakken
2. Herhalen §4.4
3. Bespreken §4.5
4. Huiswerk maken

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
  • Beschrijven wat het neoliberale beleid inhoudt en verklaren waarom landen dit gingen voeren;
  • Uitleggen waardoor burgers na het jaar 2000 meer invloed kregen op de politiek in Zuid-Amerika;
  • Verklaren waarom politieke polarisatie en corruptie in veel Zuid-Amerikaanse landen nog steeds groot is;
  • Beschrijven hoe de buitenlandse relaties van Zuid-Amerika de laatste decennia veranderd. 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tijdlijn uitbreiden!

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eind jaren 80
Militaire dictaturen storten in.

Gevolgd door neoliberalisme 
Minder invloed overheid, meer invloed voor bedrijven dus meer economische vrijheid.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Neoliberalisme
Kenmerken:
  1. Privatisering
  2. Bezuinigen op overheidsuitgaven.
  3. Deregulering
  4. Bedrijfsleven krijgt meer macht.

Slide 6 - Tekstslide

Neoliberalisme streeft naar minder overheidsinvloed op de economie.
Kenmerken zijn:

Privatisering – Overheidsbedrijven worden verkocht aan privébedrijven. De eigendom van bedrijven en diensten overgaat van overheid naar de particuliere sector. 

Bezuinigingen – Minder geld naar overheidsdiensten zoals zorg en onderwijs.

Deregulering – Minder regels voor bedrijven.

Meer macht voor bedrijven – Bedrijven krijgen grotere invloed op de economie en samenleving.

De grafiek laat economische ontwikkelingen zien in verschillende regio's (zoals Zuid-Europa en Latijns-Amerika) en hoe het neoliberalisme daarin mogelijk een rol speelde, bijvoorbeeld in de stijging of daling van economische activiteit.
Gevolg neoliberalisme

Sociale ongelijheid neemt toe -> Rijken profiteren, armen blijven achter

Komen meer linkse regeringen aan de macht -->     Bottom-up democratisering + Sociale participatie
Proteste in Peru tegen neoliberalisme

Slide 7 - Tekstslide

Sociale ongelijkheid neemt toe – Rijke mensen en bedrijven profiteren meer, terwijl arme mensen achterblijven.

Meer linkse regeringen aan de macht – Omdat veel mensen ontevreden zijn, stemmen ze op partijen die tegen neoliberalisme zijn.

De foto laat een protest in Peru zien, waar mensen zich verzetten tegen de negatieve gevolgen van neoliberalisme.
Wat? Waar? Waarom daar?

Door het neoliberalisme nam de sociale en regionale ongelijkheid enorm toe.

Reacties van burgers leidden tot:
  • Bottom-up democratisering
  • Sociale participatie

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat? Waar? Waarom daar?

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Politieke polarisatie
Tegenstellingen tussen politieke groepen worden steeds groter. 

Sociale ongelijkheid gezorgd voor 'roze golf'.
(linkse overheid)

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Good governance
Een transparante manier over hoe een organisatie bestuurd en beheerd wordt.

- Navolgen van regels




Slide 11 - Tekstslide


"Good governance" in het Nederlands betekent "goed bestuur". Het verwijst naar de wijze waarop een organisatie (bijvoorbeeld een bedrijf, overheid of andere instelling) wordt bestuurd en beheerd. Goed bestuur omvat verschillende principes en praktijken die ervoor zorgen dat de organisatie efficiënt, verantwoordelijk en transparant functioneert
Z-A is kwetsbaar
Waarom?
Economische afhankelijkheid export grondstoffen.

Economische crisis:
Dalen prijs grondstoffen.

Gevolg?
Sociale onrust


Protest van mijnwerkers tegen het beleid van Evo Morales in Bolivia.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Exportpakket Brazilië

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Paragraaf 4.5 af

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Let op: veel examenvragen gaan over protesten, bottom-up democratisering en good governance



Volgende slides geven achtergrondinformatie

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Video: Protesten in Chili

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
  • Beschrijven wat het neoliberale beleid inhoudt en verklaren waarom landen dit gingen voeren;
  • Uitleggen waardoor burgers na het jaar 2000 meer invloed kregen op de politiek in Zuid-Amerika;
  • Verklaren waarom politieke polarisatie en corruptie in veel Zuid-Amerikaanse landen nog steeds groot is;
  • Beschrijven hoe de buitenlandse relaties van Zuid-Amerika de laatste decennia veranderd. 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vandaag
Filmpje kijken van 4.4 

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Na 1980:
Van top down naar bottom up
economische crisis
dictatoriale regiem onder druk
start
democrati-sering
politiek beleid
neoliberalisme

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verschil
Vanaf tijd populisme werd rol overheid groter.

Nationalisering bedrijven


Na 1985
neoliberalisme

- privatisering bedrijven

- minder regels voor bedrijven

- bezuinigen voor lagere staatsschuld

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gevolg van neoliberaal beleid
Toename sociale ongelijkheid.


Arme bevolking wordt ontevreden
Richten vakbonden op.

Verandering samenleving 'van onderaf' (=vanuit de bevolking zelf) 
->  bottom-up democratisering


armen armer, rijken rijker
-> bevolkingsparticipatie
Gewone burgers bemoeien zich actief met het bestuur van hun land

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gevolg van neoliberaal beleid
Toename sociale ongelijkheid.


Arme bevolking wordt ontevreden
Richten vakbonden op.

Verandering samenleving 'van onderaf' (=vanuit de bevolking zelf) 
->  bottom-up democratisering


armen armer, rijken rijker
-> bevolkingsparticipatie
Gewone burgers bemoeien zich actief met het bestuur van hun land

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies