examen lezen en luisteren

Centraal examen lezen & luisteren
Sleutelwoorden, verbanden en leesstrategieën.

Laatste tips voor het examen!
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Centraal examen lezen & luisteren
Sleutelwoorden, verbanden en leesstrategieën.

Laatste tips voor het examen!

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel van deze LessonUp:
- ik weet de verschillende leesstrategieën
- ik herken het leesdoel van een tekst
- ik herken sleutelwoorden en verbanden
- ik weet hoe ik mij goed kan voorbereiden op het examen


Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sleutelwoorden > belangrijk!!
  • opsomming
  • tegenstelling
  • oorzaak- gevolg
  • argumenten/ meningen
  • instructie

Weet je een betekenis niet?! 
Is niet erg > zoek het op! > woordenboek (zelf meenemen)

Slide 3 - Tekstslide

woordenboek moet je zelf meenemen
Verbanden
Geven de samenhang van de tekst aan.
Kan onder anderen: tijd, een opsomming, oorzaak-gevolg, tegenstelling zijn.
Daarmee weet je het verband en dit kan het verschil maken in hoe de tekst wordt bedoeld. 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leesstrategieën
1. Bekijken de hele tekst > titel, plaatjes, kopjes
2. Lezen titel, inleiding, eerste en laatste zin alinea
3. Tekst nauwkeurig helemaal doorlezen
4. Vraag + alle antwoorden lezen -> Het antwoord staat in de tekst


Luisterstrategie: Lees eerst de vragen en antwoorden > luisteren

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het onderwerp
= in het kort waar de tekst over gaat
A
waar
B
niet waar

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Recept

Tekstdoel = instructie geven
A
waar
B
niet waar

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Folder/ reclametekst

Tekstdoel = overtuigen
A
waar
B
niet waar

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ingezonden brief

Tekstdoel = overtuigen
A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tussenkopjes

Gaan over inhoud van de alinea
Handig bij zoekend lezen
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdgedachte
= belangrijkste uitspraak in 1 zin.
A
waar
B
niet waar

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het onderwerp staat in de middelste of laatste laatste alinea.
A
waar
B
niet waar

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als de hoofdgedachte niet letterlijk in de tekst staat, moet je die zelf uit de tekst halen
(omschrijving in 1 zin)
A
waar
B
niet waar

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kort samenvatten waar de tekst over gaat = een functie van een inleiding
A
waar
B
niet waar

Slide 14 - Quizvraag

Dit is vaak wel het geval
Een waarschuwing geven
= soms de functie van het slot.
A
waar
B
niet waar

Slide 15 - Quizvraag

Wanneer er een waarschuwing in staat
‘Ook’, ‘en’, ‘verder’

= een opsomming.
A
waar
B
niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een gevolg komt na de oorzaak.
(tekst)
A
waar
B
niet waar

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

“Maar”
= tegenstelling
A
waar
B
niet waar

Slide 18 - Quizvraag

Voorbeeld:
Ik heb een baan maar jij niet
Aan feitelijke argumenten heb je niet veel.
A
waar
B
niet waar

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een tegenstelling, voorwaarde, samenvatting, oorzaak en gevolg =

voorbeelden van tekstverbanden.
A
waar
B
niet waar

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij luisterfragmenten speel je het fragment gelijk af zonder eerst de vraag te lezen.
A
waar
B
niet waar

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

"Als hij hard werkt, kan hij zijn vakantie naar Costa Rica in een keer betalen." Het tekstverband in deze zin is: een voorwaarde.
A
waar
B
niet waar

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Concentratie is het belangrijkste bij het Centraal Examen.

Op tijd slapen is dus belangrijk.

A
waar
B
niet waar

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Beeldspraak is letterlijk taalgebruik.

A
waar
B
niet waar

Slide 24 - Quizvraag

Voorbeeld beeldspraak

Ik ben een duizendpoot > ik heb veel verschillende kwaliteiten
Leesstrategieën
1. Bekijken de hele tekst > titel, plaatjes, kopjes
2. Lezen titel, inleiding, eerste en laatste zin alinea
3. Tekst nauwkeurig helemaal doorlezen
4. Vraag + alle antwoorden lezen -> Het antwoord staat in de         tekst



Luisterstrategie: Lees eerst de vragen en antwoorden > luisteren

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samenvattend:
- Pas de strategieën toe tijdens het leesexamen
- Het goede antwoord staat altijd in de tekst (synoniemen)
- Weet je het antwoord echt niet? Gok tussen de 2 beste opties.


- Zelf oefenen met CE lezen & luisteren op Facet

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefenen:
Stap 1.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefenen:
Stap 2.

Slide 28 - Tekstslide

Je kunt ook per opdracht het examen oefenen.  Wanneer je een opdracht af hebt, klik je door tot inleveren en daarna krijg je het resultaat te zien van de opdracht die jij hebt gemaakt.