7.4C Bezits-s

Bezits-s
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 4

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Bezits-s

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je al?
Kies bij de volgende vragen de juiste vorm.

Slide 3 - Tekstslide

Gebruik de bezits-s: de fiets van Piet
A
Piet's fiets
B
Piets fiets

Slide 4 - Quizvraag

Gebruik de bezits-s: de sokken van Anne
A
Anne's sokken
B
Annes sokken

Slide 5 - Quizvraag

Gebruik de bezits-s: de schoenen van Demi
A
Demi's schoenen
B
Demis schoenen

Slide 6 - Quizvraag

Gebruik de bezit-s: de jas van Bas
A
Bas jas
B
Bas's jas
C
Bas' jas
D
Bass jas

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Gebruik de bezits-s: de broek van Jack
A
Jacks broek
B
Jack's broek

Slide 15 - Quizvraag

Gebruik de bezits-s: de broodtrommel van Levi
A
Levis broodtrommel
B
Levi's broodtrommel

Slide 16 - Quizvraag

Gebruik de bezits-s: het huis van oma.
A
Omas huis
B
Oma's huis

Slide 17 - Quizvraag

Oefenen!
Gebruik bij de volgende woorden de bezits-s.

Slide 18 - Tekstslide

De telefoon van Jan

Slide 19 - Open vraag

De beker van Eva

Slide 20 - Open vraag

Het paleis van Beatrix

Slide 21 - Open vraag

De grond van Jan Brinkman

Slide 22 - Open vraag

De kamer van Evy

Slide 23 - Open vraag

De kooi van Coco

Slide 24 - Open vraag

De rugzak van Joyce

Slide 25 - Open vraag

De verjaardag van mijn oom

Slide 26 - Open vraag

Het schrift van Joy

Slide 27 - Open vraag

De taart van Elles

Slide 28 - Open vraag

De blauwe stoel van Dani

Slide 29 - Open vraag

Het meer van het Monster van Loch Ness

Slide 30 - Open vraag

Het feestje van Manu

Slide 31 - Open vraag

Vandaag leerde je
Hoe je de bezitsvorm juist kunt maken door gebruik te maken van +s, +'s of +'

Maak nu 7.4

Slide 32 - Tekstslide