Unit 2: Ceciel

Unit 2: In Holland staat een huis
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsISK

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Unit 2: In Holland staat een huis

Slide 1 - Tekstslide

In Holland staat een huis
This unit is about living in a house in the Netherlands. In this unit students will learn about the types of houses there are, a large vocabulary to describe houses, rooms and furniture, and parts of the house, like doors, windows, cellars, attics, etc. Students will also develop a sense of orientation. Where does this house stand, in which street, where is this street, in which city/village etc. How do I get there? Exploring their surroundings.

Slide 2 - Tekstslide

The statement of inquiry:

Where am I, what do I see around me and how to ask for directions.  
In order to understand, I will explore time, place and space. 

Slide 3 - Tekstslide

10 januari
Bezoek bibliotheek
Lezen
Unit: In Holland staat een huis
Adres opzeggen

Slide 4 - Tekstslide

17 januari
Voornaamwoorden: weet je ze nog?
Video: huizen
De ruimtes (spaces) in je huis
Presentaties afmaken

Slide 5 - Tekstslide

Beschrijf je huis
Beschrijf je huis, welke ruimtes zijn er te vinden? Maak een lijst met alle ruimtes en schrijf de vertaling erachter. (Describe your house, which spaces are there? List the spaces with the Dutch translation behind it.)

Tuin  -   Garden
Gang  -  Entrance
........
........

Slide 6 - Tekstslide

Dinsdag 28 januari
* Assembly A3.01

* Luisteroefening

* Presentaties

Slide 7 - Tekstslide

Vrijdag 31 januari
Formative luisteren
Mentimeter
Boeken ruilen

Slide 8 - Tekstslide

Dinsdag 5 februari
* Woordenlijst maken

* Lezen

* video 

* learning game

Slide 9 - Tekstslide

Wat is typisch aan Nederlandse huizen?

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

https://youtu.be/DMJCLL9C8z4

Slide 12 - Tekstslide

Vandaag
*VAN STEEN TOT HUIS - wat is klaar?
* Welke woorden in het huis ken je nu?
* Waar is jouw huis?

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Waar is jouw huis?
1. Waar is jouw huis?
2. Waar is de school?
3. Hoe ga jij naar school?
4. Huiswerk-opdracht voor vrijdag: de weg van huis naar school.

Slide 15 - Tekstslide

Waar is je huis?
1. Waar is jouw huis?
2. Waar is de school?
3. Hoe lang duurt de weg van jouw huis naar school?
4. Hoe ga jij naar school?
5. Huiswerk-opdracht voor vrijdag: de weg van huis naar school.

Slide 16 - Tekstslide

25 februari

Slide 17 - Tekstslide

Opdracht:
1. Ontwerp een heel bijzonder huis

2. Leg uit waarom jouw huis bijzonder is. Je maakt dus een presentatie voor de klas.

Slide 18 - Tekstslide

de keuken
de woonkamer
de slaapkamer
de badkamer
het toilet
de studeerkamer
de garage
de zolder
de kelder

Slide 19 - Tekstslide