rapporten

RAPPORTEN
Bladzijde 69 tot en met 72
Doelen: 
* Waarom rapporteren;
* mondeling en schriftelijk rapporteren;
* hoe rapporteer je?
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
ANT2+MBOStudiejaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

RAPPORTEN
Bladzijde 69 tot en met 72
Doelen: 
* Waarom rapporteren;
* mondeling en schriftelijk rapporteren;
* hoe rapporteer je?

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

RAPPORTEREN
= melden van gebeurtenissen op je werk of over iets wat je gezien hebt.

Slide 3 - Tekstslide

Waarom rapporteer je?
1. Om informatie aan anderen tegen over een bepaald onderwerp;
2. Om een gebeurtenis aan anderen door te geven;
3. om instructie aan anderen te geven.

Slide 4 - Tekstslide

 Mondeling rapporteren
Voordelen mondeling rapporteren:
1. Je kunt snel informatie doorgeven;
2. Jij of de ander kan hier gelijk iets mee doen;
3. Als de ander het niet begrijpt kan hij/zij meteen vragen stellen.

Nadelen mondeling rapporteren:
a. praat vaak te lang door;
b. gesprekken worden niet vastgelegd en kun je dus niet nalezen.

Slide 5 - Tekstslide

Schriftelijk rapporten
Voordelen:
1. Nauwkeurig kunt opstellen;
2. Eerst nadenken over wat je gaat opschrijven;
3. Je kunt het nalezen;
4. Je bereikt meerdere mensen;
5. de ander kan er ook over nadenken;
6. De ander kan er rustig op reageren.


Slide 6 - Tekstslide

Schriftelijk rapporteren
Nadelen:
a. Het kost meer tijd;
b. Je krijgt ook niet meteen een reactie van de ander(en)

Slide 7 - Tekstslide

Rebecca werkt in een buurthuis. Ze vindt een telefoon in de zaal.
Deze legt ze bij de gevonden voorwerpen. Rapporteert Rebecca mondeling of schriftelijk dit naar haar collega's ?
A
Mondeling
B
Schriftelijk

Slide 8 - Quizvraag

Femke werkt op een basisschool als assistent. Zij ziet dat er 2 lijmpistolen stuk zijn. Zij rapporteert dit mondeling of schriftelijk aan de facilitaire dienst?
A
Mondeling
B
Schriftelijk

Slide 9 - Quizvraag

Hassan werkt op een revalidatieafdeling en ziet dat Jill heel veel pijn heeft. Hij rapporteert dit aan een verzorgende.
A
Mondeling
B
Schriftelijk

Slide 10 - Quizvraag

Hoe rapporteer je?
a. Zakelijk, je maakt geen grappen;
b. Wees duidelijk, zeg waar het om gaat;
c. Zorg voor volledige informatie;
d. geef beknopte informatie, kort samen gevat;
e. Zorg dat je objectief bent, feiten geen meningen


Slide 11 - Tekstslide

"Jos Gelders, kamer 201, is gevallen op dinsdag 13 april. hierbij heeft hij zijn arm bezeerd. Hij heeft de hele avond hierover geklaagd. Schriftelijke rapportage van een helpende is........
A
Zakelijk
B
Feitelijk
C
Mening
D
Objectief

Slide 12 - Quizvraag

"Mario! Je neemt mijn dienst zo over hé? Er komt straks een mooie meid die haar telefoon heeft laten liggen. Je kunt gelijk haar nummer vragen.
Deze mondelinge rapportage is:
A
Beknopt
B
Niet duidelijk
C
Niet zakelijk
D
Duidelijk

Slide 13 - Quizvraag

"Vanochtend tijdens het fruiteten wilde Nienke niks eten. Ik denk dat ze koorts heeft, maar ik heb het niet kunnen meten, omdat het te druk was. Haar hoofd voelde warm en ik heb moeder gebeld.
Deze mondelinge rapportage is.......
A
Duidelijk
B
Beknopt
C
Zakelijk
D
Onduidelijk

Slide 14 - Quizvraag

Mevrouw moet vaak naar het toilet.
Deze schriftelijke rapportage is.......
A
Objectief
B
Subjectief

Slide 15 - Quizvraag

LOGBOEK
= een boek waarin gebeurtenissen worden bijgehouden.
Daarnaast maakt men in de instellingen ook gebruik van formulieren (communicatieformulieren)

Slide 16 - Tekstslide

EINDE
Zijn er nog vragen?

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide