hst 2 paragraaf 3 en 4 "Reactievergelijking opstellen en massa en massaverhouding""

hst 2.3 en 2.4 "reactievergelijkingen opstellen en massa en massaverhoudingen"
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

hst 2.3 en 2.4 "reactievergelijkingen opstellen en massa en massaverhoudingen"

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt een reactieschema opstellen.
  • Je kunt de toestandsaanduiding toewijzen aan de beginstoffen en de reactieproducten. 
  • Je kunt uit een reactieschema een reactievergelijking opstellen. 
  • Je kunt een reactievergelijking kloppend maken.
  • Je kunt berekeningen maken bij een reactievergelijking op basis van de massaverhouding waarin de stoffen bij de reactie betrokken zijn.

Slide 2 - Tekstslide

Vandaag
Huiswerkcontrole en absentie
herhaling vorige paragrafen
Leerdoelen bespreken
Filmpje van Miranda Onstenk
Uitleg over hst 2 paragraaf 3
Zelf oefenen met reactievergelijkingen maken
Lezen hst 2 paragraaf 3
Filmpje over paragraaf 4
Uitleg met een stukje herhaling
2 manieren van uitleg voor massaverhoudingen
2 open vragen
Huiswerk voor maandag hst 2 paragraaf 3 en 4 maken


Slide 3 - Tekstslide

Wat is een verbranding?

Slide 4 - Woordweb

Noem de drie ontledingsreacties

Slide 5 - Woordweb

Slide 6 - Video

Geheugen opfrissen: Atomen
  • Atoomsymbolen: Ken je ze al?
  • Molecuulformules
  • Index en coëfficient



Claartje Fietst In Haar Onderbroek Naar Brabant

2CH4
3H2O

Slide 7 - Tekstslide

boekhoudmethode = reactievergelijking kloppend maken
  1.  beide kanten van pijl zelfde atoomsoorten en van elk  evenveel
  2. alleen  coefficient(=aantal moleculen) mag veranderen
  3. een molecuul dat uit  1 atoomsoort altijd als laatste
  4.  O, Br2,  enz  levert altijd een even getal. Dus aan andere kant pijl oneven aantal van deze atomen? Dan alvast even maken
  5. begin (in principe) met  molecuul waar het grootste aantal atomen inzit.
  6. atomen die in verschillende moleculen zitten mag je niet zomaar bij elkaar optellen. zie werkbord verder

Slide 8 - Tekstslide

Reactievergelijkingen
  • Wat is ook alweer een chemische reactie?
  • Chemische reactie: De atomen blijven gelijk, maar worden opnieuw gerangschikt
  • Reactieschema en reactievergelijking

Slide 9 - Tekstslide

Reactievergelijking opstellen
  1. Geef het reactieschema in woorden
  2. Denk om de toestandsaanduidingen!
  3. Vervang de namen door molecuulformules
  4. Maak het aantal atomen kloppend door de coëfficient te veranderen


Slide 10 - Tekstslide

Kloppend maken: hoe?
Voorbeeld 1: De ontleding van water tot waterstof en zuurstof



H2O
->
H2
+
O2

Slide 11 - Tekstslide

Vind je het nog lastig?
Kijk dan de volgende filmpjes

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Slide 14 - Video

Zelf oefenen werkt het beste
Op internet zijn veel oefeningen te vinden (Google maar op "oefenen reactievergelijking kloppend maken). Hieronder staan er een paar die je online kunt doen. Er is er niet een beter dan de andere, ze werken alleen anders. Kies er een die je het makkelijkst vindt om te begrijpen.

Slide 15 - Tekstslide

Reactievergelijkingen
  • Het aantal deeltjes voor de pijl is gelijk aan het aantal deeltjes na de pijl
  • De massa van alle deeltjes voor de pijl is gelijk aan de massa van alle deeltjes na de pijl

Slide 16 - Tekstslide

wet van behoud van massa

aluminium (s)   +  zuurstof (g)   --> aluminiumoxide (s)

9  g              +             ?          =                  17 g

?           +           80 kg           =            170 kg

Slide 17 - Tekstslide

wet van behoud van massa

waterstofchloride (g) + ammoniak (g) ->  salmiak (s)

3,6  mg        +      1,7  mg    ->     ......
7,2  kg     +   ............  kg     ->    10,6  kg

Slide 18 - Tekstslide

stoffen reageren met elkaar in een constante massaverhouding

koolstof (s)   +   zuurstof (g).     ->   koolstofdioxide (g)
3   g           :              8  g       ->                                         


Voor elke soort reactie is de massaverhouding anders!!!!!

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

aluminium (s)   + zuurstof (g)  -> aluminiumoxide (s)
9 g                  8 g                                             
Hoeveel gram aluminiumoxide ontstaat er?
Hoeveel gram aluminium reageert er met 25 g zuurstof?

aluminium         9              ?     
zuurstof          8            25

Slide 21 - Tekstslide

                           ijzer   +    zuurstof -> ijzeroxide
massaverhouding         3,1      :       1                                                       


Hoeveel zuurstof reageert er met 26 gram ijzer?
Hoeveel gram ijzeroxide ontstaat er dan?




Slide 22 - Tekstslide

Na deze slide komt nog een uitleg om de massa verhouding te berekenen

Slide 23 - Tekstslide

Bereken van de molecuulmassa

Voor de berekening van de molecuulmassa hebben we een Binas nodig. Welke tabel?




Tabel 33 (of 34)

Slide 24 - Tekstslide

Bepaal de massa van Aluminiumoxide

Aluminiumoxide wordt gebruikt om Aluminium te maken.

Wat is de formule van Aluminiumoxide (gebruik Tabel 34)


Al2O3

Slide 25 - Tekstslide

Bepaal de massa van Aluminiumoxide

Door middel van elektrische energie wordt aluminiumoxide omgezet in aluminium en zuurstof.

Wat voor soort reactie is dit?


Noteer het reactieschema.

Electrolyse,  dit is een soort van ontledingsreactie.
Aluminiumoxide --> Aluminium en zuurstof

Slide 26 - Tekstslide

Bepaal de massa van Aluminiumoxide

Welke stof ontstaat er bij de positieve elektrode?



Welke stof ontstaat er bij de negatieve elektrode?

Zuurstof
Aluminium

Slide 27 - Tekstslide

Bepaal de massa van Aluminiumoxide

Schrijf de reactievergelijking op (kloppende reactievergelijking)




Bereken de molecuulmassa van alle drie de deeltjes.

2Al2O3 -> 4Al + 3O2

Al = 27u

O2 = 2 x 16 = 32u

Al2O3 = 92u

Slide 28 - Tekstslide

Berekenening

Bereken hoeveel kg Aluminium ik kan krijgen uit  40,8 kg Aluminiumoxide.

(Dus de gegeven stof is Aluminiumoxide en de gevraagde stof is Aluminium)


Antwoord
20,8 kg.

Slide 29 - Tekstslide

Massaverhouding
  1. Stel de reactievergelijking op en maak kloppend (RV)
  2. Geef de molecuulmassa in u (MV = massaverhouding)
  3. Vervang u door de gevraagde eenheid, bijv gram
  4. Gegeven/gevraagd: maak een verhoudingstabel




Slide 30 - Tekstslide

Bereken hoeveel kg ijzer uit 100 kg ijzererts (FeO) gehaald kan worden. Bij de ontleding ontstaat alleen ijzer en zuurstofgas,

Slide 31 - Open vraag

Bereken hoeveel kilo houtskool gewonnen kan worden uit 10 kg hout. Er ontstaat alleen (houts)kool (C) en water. De formule van Hout is
C8H16O8

Slide 32 - Open vraag

Slide 33 - Video

lezen 
Hst 2 paragraaf 3

Slide 34 - Tekstslide

Huiswerk
dinsdag 21 sept
maken hst 2 paragraaf 3 en 4

Slide 35 - Tekstslide