Homeostase

1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Homeostase
en alles wat erbij hoort

Slide 2 - Tekstslide

Inwendig en uitwendig milieu
Als wij in de biologie spreken over het inwendige milieu dan hebben we het over álles dat (normaliter) niet in aanraking komt met de buitenlucht.
Uitwendig milieu is alles wat (normaliter) wél in aanraking komt met de buiten lucht.

Slide 3 - Tekstslide

Longen zitten in je lichaam, maar horen bij het uitwendige milieu.
Hetzelfde geld voor het spijsverteringsstelsel

Slide 4 - Tekstslide

Het inwendige milieu heeft allerlei verschillende waardes, zoals zuurstof, temperatuur en nog veel meer

Hiernaast zie je een overzichtje van welke organen wat doen om die waardes gelijk te houden.

Slide 5 - Tekstslide

Homios
=                 Gelijk
Stasis
         stilstand
Homeostase is een evenwicht,
het is het gelijk houden van álle waardes in het inwendige milieu.

Slide 6 - Tekstslide

Homeostase in het lichaam is een dynamisch evenwicht, die waardes zijn nooit precies gelijk , maar schommelen om een gemiddelde heen.

Slide 7 - Tekstslide

Dat gemiddelde noem je een normwaarde

oftewel: normale waarde

Slide 8 - Tekstslide

Normwaardes voorbeelden:
Voorbeelden normwaardes:
Normwaarde temperatuur is 37 C
Normwaarde bloedsuiker is 4-6 mmol/L 
Normwaarde zuurstof is 100% verzadiging in het bloed

Slide 9 - Tekstslide

Feedback
Om die dynamische evenwichten in stand te houden gebruikt het lichaam "feedback".
Simpel gezegd: als een waarde te hoog is
Moet die waarde naar beneden

Slide 10 - Tekstslide

Dit is de lever.
De lever kan veel dingen, maar twee dingen zijn belangrijk voor nu. De lever kan:

- Glucose (suiker) omzetten in glycogeen (opslag versie)
- Glycogeen omzetten in glucose

Maar de lever doet niet zómaar, hij heeft daarvoor een bericht nodig.

Slide 11 - Tekstslide

Dit is insuline.
Insuline is een hormoon en kan berichten doorgeven aan de lever.

Dit is glucagon.
Glucagon is een hormoon en kan berichten doorgeven aan de lever.

Slide 12 - Tekstslide

Dit is de alvleesklier of Pancreas
De pancreas maakt insuline en glucagon aan.


Slide 13 - Tekstslide

Suiker
Insuline vertrekt naar de lever en verteld de lever dat hij glucose moet gaan omzetten in glycogeen.
Glycogeen kunnen we opslaan, daardoor daalt de bloedsuiker.

Slide 14 - Tekstslide

Suiker
Glucagon vertrekt naar de lever en verteld de lever dat hij de opslagen glycogeen moet gaan omzetten in glucose.
Hierdoor stijgt de bloedsuiker waarde.

Slide 15 - Tekstslide