De futur simple --> om te zeggen dat iets nog gaat gebeuren.
Exemple: Je déménagerai en France.
Ik zal verhuizen naar Frankrijk.
Je vertaalt dus de futur simple door
"zullen" + een heel werkwoord.
In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
De futur simple --> om te zeggen dat iets nog gaat gebeuren.
Exemple: Je déménagerai en France.
Ik zal verhuizen naar Frankrijk.
Je vertaalt dus de futur simple door
"zullen" + een heel werkwoord.
Hoe maak je de futur simple? (ww op ER, IR en RE)
==> uitgangen van "avoir" achter het hele werkwoord te zetten.
(ai, as, a, ons, ez, ont)
Vous (zullen verhuizen) verhuizen= déménager
Vous déménagerez
Let op:
Bij de werkwoorden op RE vervalt de e:
J'(zal leren) leren = apprendre
J'apprendrai
Le futur simple
Bij sommige werkwoorden is de stam van de futur onregelmatig.
être = ser envoyer = enverr
avoir = aur falloir = faudr
faire = fer pleuvoir = pleuvr
aller = ir recevoir = recevr
pouvoir = pourr savoir = saur
vouloir = voudr tenir = tiendr
devoir = devr valoir = vaudr
venir = viendr voir = verr
Tu (zult doen) doen = faire (fer) is de stam
Tu feras
Nous (zullen hebben) hebben = avoir (aur) is de stam
Nous aurons
Elle (zal vertellen) vertellen = raconter (raconter) is de stam
Elle racontera
J' (zal leren) leren= apprendre (apprendr) is de stam
J'apprendrai
Wij gebruiken cookies om jouw gebruikerservaring te verbeteren en persoonlijke content aan te bieden. Door gebruik te maken van LessonUp ga je akkoord met ons cookiebeleid.