4. driehoeksverhouding 11/3

• Intercedent
• MBO
• Studiejaar 2

module  driehoeksverhouding

Agenda (10:25 - 11:50)

• Herhaling driehoeksverhouding
• module driehoeksverhouding: verschil arbeidsbemiddeling en terbeschikkingstelling, WAADI en collegiale in-en uitleen. 

Leerdoelen

1. De student kan de driehoeksverhouding binnen de uitzendbranche uitleggen
2. De student kan het verschil uitleggen tussen arbeidsbemiddeling en terbeschikkingstelling
3. De student kan uitleggen wat de WAADI inhoudt en wat de zes belangrijkste bepalingen zijn in de WAADI
4. De student kan uitleggen wat wordt bedoeld met collegiale in- en uitleen

Module driehoeksverhouding

Uit welke 3 partijen bestaat de driehoeksverhouding in de uitzendbranche? Teken de 3 partijen in schrijf op wat de onderlinge verhouding is?

Opdracht 

Geef in duo's (ingedeeld via Teams break out rooms) antwoord 

op de volgende vragen. Schrijf de antwoorden op. 

1. Wat is het verschil tussen arbeidsbemiddeling en ter beschikkingstelling? Geef van allebei een voorbeeld.
2. Waar staat WAADI voor en wat houdt de WAADI in? Gebruik in je antwoord de 6 belangrijkste artikelen van de WAADI. Geef bij elk van de 6 belangrijkste artikelen een fout voorbeeld (dus wat niet mag). 
3. Wat wordt bedoeld met collegiale in- en uitleen? En wat is het verschil met de WAADI?
4. Heb je in je stage te maken gehad met bovenstaande? Ja? Kan je daar iets over vertellen aan je medestudenten?

collegiale in- en uitleen is zonder winstoogmerk. Wel winstoogmerk (bijvoorbeeld uitzendbureau)? Dan aanmelden bij KvK en val je onder de WAADI. 

PAUZE

klassikaal bespreken

WAADI

Wet arbeidskrachten Door Intermediairs (WAADI) - bevat regels waaraan ter beschikking stellende bedrijven zich moeten houden. Alleen van toepassing als er een vergoeding ontvangen wordt. 

1. Gebod: gelijke behandeling
2. Gebod: informatie veiligheid
3. Verbod: tegenprestatie vragen
4. Verbod: belemmeringsverbod
5. Verbod: ter beschikking stellen bij arbeidsconflict
6. Verbod: ter beschikking stellen zonder registratie

Collegiale in- en uitleen

De coronacrisis heeft ook consequenties voor de personeelsbezetting van handels- en productiebedrijven. Heb je tijdelijk uitval van werk, dan treed je in overleg met je personeel en geef je aan dat je gebruik wil maken van de optie van collegiale uitleen. Je zoekt een collega-bedrijf waar tekorten zijn en komt met elkaar tot een overeenkomst.

Bij voorkeur is dit een bedrijf in de buurt met overeenkomende werkzaamheden en een vergelijkbare cultuur en werkomgeving. Bij het vinden van bedrijven kun je ook het platform Compose gebruiken. Het is allereerst van belang dat de werknemer in kwestie instemt met de uitlening en dat je de afspraken met de inlener goed vastlegt in een overeenkomst voor collegiale in- en uitleen. In sommige gevallen zijn afspraken over uit- en inlenen in de cao vastgelegd; handig om dat van te voren na te gaan. Zolang het elkaar helpen zonder winstoogmerk plaatsvindt, gelden de onderstaande regels.

NOW en collegiale uitleen

De tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid (NOW) is een regeling waarbij werkgevers die een omzetdaling van minstens 20 procent hebben, gedeeltelijk worden gecompenseerd voor de loonkosten. In onze Q&A over de NOW vind je veelgestelde vragen en antwoorden over de NOW 1.0, NOW 2.0 en NOW 3.0. Onder de NOW-regeling is collegiale uitleen toegestaan als dat gebeurt bij wijze van hulpbetoon zonder winstoogmerk (tegen maximaal de loonkosten en een kleine opslag). Let er dus op dat je geen kosten voor de uitleen in rekening brengt, omdat dit gevolgen kan hebben voor het recht op en de hoogte van de NOW-subsidie. Het omzetverlies is namelijk bepalend voor het recht op en de hoogte van de subsidie. Door het in rekening brengen van kosten voor de uitleen, genereer je extra omzet. Dit kan leiden tot een daling van de omzet onder de 20 procent, waardoor geen aanspraak meer bestaat op de NOW-regeling.

Wat vonden we van deze les?

Leerdoelen behaald?

• De student kan de grootste uitzend-/bemiddelingsbureaus noemen in de uitzendbranche.
• De student kan de achtergrond van de flexbranche in kaart brengen door de belangrijke partijen te benoemen en uit te leggen