Gesprekken met ... (2)

Gesprekken met .... (2)
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnHBOStudiejaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Gesprekken met .... (2)

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vandaag 
  • Terugblik;
  • aandachtig luisteren & oefening;
  • fragment Schuldig;​
  • do's & don'ts / belemmerende factoren;
  • empathisch luisteren;
  • oefening.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 De vier aspecten van de boodschap*?
Het is half elf ’s avonds. Je zit lekker op de bank tv te kijken. Je geliefde naast je gaat helemaal op in een spannende film. Bij een derde glas wijn bedenk je dat je morgen lekker gaat uitslapen en dat het daarom handig is de kliko alvast op de stoep te zetten. Terloops zeg je: “Zeg schat, morgen wordt het vuilnis toch opgehaald?”

Slide 3 - Tekstslide

Zakelijk aspect?
Expressief aspect?
Relationeel aspect?
Appellerend aspect?
Wat versta je onder aandachtig luisteren?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Oefening 1* (2 min.)
  • Ga naar Teams > break-outrooms in tweetallen (A & B)
A vertelt een verhaaltje. Na een paar zinnen 'geeft' A een woord uit dat verhaaltje aan B. B gaat verder met dat woord en geeft na een paar zinnen een woord aan A, die dáár weer mee door gaat.

A zegt: 'Ik ging met de caravan op vakantie en tijdens de eerste stop bij München.. en ik geef 'München' aan B'. B kan dan verder gaan met: 'In München hebben ze bierfeesten, dan kun je heerlijk bier drinken... ik geef 'drinken' aan A'. Enzovoort.

Slide 5 - Tekstslide

Niet evalueren, ga gelijk door naar oefening 2.
Oefening 2* - vervolg (2 min.)
  • Ga naar Teams > break-outrooms in tweetallen (A & B)
We draaien het om, maar wel iets anders: B begint en A 'pikt' een woord uit B's verhaal en gaat daarmee door, waarna B een woord uit het verhaal van A pikt.

B zegt: Ik poets mijn tanden altijd onder de douche'. A onderbreekt en pikt bijv 'altijd': 'Altijd vind ik een veel te absoluut begrip', waarna B onderbreekt en zegt: 'Begrip, begrijpen, begripvol dat zijn woorden die mij bijzonder ergeren', enzovoort".

Slide 6 - Tekstslide

Vraag aan de groep welk verschil ze hebben gemerkt tussen de eerste en de tweede ronde.
Er zijn twee soorten verschillen:
1. Verschil in luisterhouding: in de eerste ronde moet je luisteren en afwachten, omdat je niet weet wanneer en op welke manier je verder mag/zult gaan. Je hebt
daarmee een open luisterhouding. In de tweede ronde luister je vooral om te pikken: je zoekt naar woorden die je aanspreken en waar jij op door kunt gaan. En je onderbreekt. Hier luister je selectief en volg je je eigen agenda.
2. Verschil in sfeer: in de eerste ronde is de sfeer positief, terwijl die in de tweede ronde eerder grimmig en verbeten wordt; je baalt dat je je verhaal niet kunt afmaken en ontstaat snel iets van 'overtroeven'.
Huiswerkopdracht 'Schuldig'
  • Hoe reageert Patrick op Dennis' opmerking “Het kan altijd beter”. 
  • Wat verraadt Patricks reactie?
  • Luistert Patrick naar Dennis met de intentie om te luisteren?
  • Hoe zou je het gesprek tussen Dennis en Patrick typeren
  • Wat wordt er uitgewisseld (koetjes en kalfjes, meningen, gevoelens, feiten)?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Communicatie - do's & don'ts
Do
Don't
Niet interrumperen
Ineens grapjes maken
Zinnen niet afmaken
Huilen
Naar buiten staren
Ik-boodschap geven
Open vragen stellen
Zeggen dat je ergens over na moet denken

Slide 8 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Belemmerende factoren
Wat gaat er mis? Hoe kan het beter?

- Klik -

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 Empathisch luisteren*?

Slide 10 - Tekstslide

Wat is empathisch luisteren ook alweer?
NODIG:
500 gram pastinaak
2 (groenten)bouillonblokjes
2 tenen knoflook
1 ui
1 laurierblaadje
1 klontje roomboter
2 eetlepel groene pesto
2 eetlepels olijfolie
peper, zout
Een recept*
Snij het uitje en de knoflook fijn. Verhit de roomboter in een ruime pan en fruit de ui en knoflook aan tot deze glazig zijn. Schil de pastinaak en snij deze in kleine stukjes; voeg toe aan de knoflook en ui en bak even mee. Doe de bouillonblokjes, het blaadje laurier en1 liter water in de pan. Breng het geheel aan de kook, zet het vuur lager en laat dit nu ongeveer 20-25 minuten rustig koken. Verwijder het laurierblaadje en pureer de soep glad met een staafmixer. Breng op smaak met peper en zout. Meng de pesto samen met de olijfolie tot een lobbige olie en druppel dit vlak voor je de soep gaat serveren erover. 

Slide 11 - Tekstslide

Stuur via de persoonlijke chat een paar studenten een emotie door (liefde, angst, vreugde, woede, verdriet, verrassing/verbazing, schaamte, walging/afschuw).
Laat ze het recept voorlezen met de bijbehorende emotie. Rest van de groep moet raden om welke emotie het gaat (via chat).


Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies


Noteer een gevoelsreflectie die je aan Jordie zou willen teruggeven*.

Slide 13 - Open vraag

Gevoelsreflectie: je geeft terug wat je bij de cliënt opmerkt aan gevoelens. 
Je voelt je...
Je voelt je zo, omdat ....

Heeft effect dat cliënt zich erkend en geaccepteerd voelt in wie hij is en wie hij wil zijn.

Wat raakt jou in het verhaal van Jordie?

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Oefening 2 - in drietallen* (5 min.)
  • We gaan terug naar Teams en sluiten LessonUp af. In de chat staan een aantal casussen klaar. 
  • Kies een casus uit en bepaal wie cliënt, wie hulpverlener en wie observator is. Bel elkaar via de persoonlijke chat op. 
  • Tijdens het gesprek tussen cliënt en hulpverlener probeert de laatste  zo goed mogelijk aandachtig en empathisch te luisteren.
  • Observator houdt in de gaten welke gesprekstechnieken gebruikt worden. 


Slide 15 - Tekstslide

NB Casussen staan in map bestanden kanaal groep.
In chat van Teams verder: resultaten van oefening 2 ophalen. Wat werkt/waarom werkt dat?
Was het lastig om je emoties de baas te blijven?

Afsluiting: geef mij terug wat je van deze les vond. Doe dat op een manier die voorbij gaat aan relatiegericht communicatie. Let op: je mag niet vloeken, schelden of andere grove bewoordingen gebruiken.