Hoofdstuk 1.7 Grammatica

Welkom
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

proefwerken/ SO week
  • voor 5 dec moeten we drie cijfers hebben

1e : 1.7 grammatica + 1.8 spelling
2e : sollicitatiebrief (se week) 
3e : 2.5 woorden, 2.7 grammatica en 2.8 spelling

Slide 3 - Tekstslide

Hoofdstuk 1.7 Grammatica
In deze paragraaf leer je : 

  • Samengestelde zinnen maken
  • Hoofd- en bijzinnen gebruiken
  • Voegwoorden gebruiken

Slide 4 - Tekstslide

maken 
boek blz 70
opdracht 1
timer
5:00

Slide 5 - Tekstslide

antwoorden opdracht 1
a. Zoek
b. vullen ( vakkenvullen) is 
c. Doe
d. Werken , instrueert 
e. Geeft , schuilt
f.  sta, wacht  
Een persoonsvorm is een werkwoord. 

Iets dat je kunt doen.

lopen, fietsen etc.

Slide 6 - Tekstslide

Tijdproef 
Om een persoonsvorm( pv) te vinden kun je de tijdproef gebruiken. Je zet dan de zin in de verleden tijd. Het woord dat veranderd is de persoonsvorm.  

1a. Zoek jij een passend baantje?
       wordt dan : Zocht jij een passend baantje? 

Slide 7 - Tekstslide

Samengestelde zin 
Een samengestelde zin is een zin die eigenlijk uit twee zinnen bestaat en aan elkaar geplakt zijn met een voegwoord:  

De poes miauwt + Ze heeft honger. ---De poes miauwt want ze  heeft honger. .                    
Een samengestelde zin heeft dus ook meer persoonsvormen!

De  poes miauwt, want ze heeft honger en de brokjes zijn op

Slide 8 - Tekstslide

maken 
boek blz 71 
opdracht 3
timer
5:00

Slide 9 - Tekstslide

Dubbele zinsdeelstreep
Bij zinsontleden zet je een dubbele zinsdeelstreep tussen de twee zinnen van een samengestelde zin.

Gisteren| Miauwde | de poes | van de honger || en | vandaag | is | ze | op muizenjacht | gegaan.  

Slide 10 - Tekstslide

maken 
boek blz 71 opdracht 4
boek blz 72 opdracht 5 




Ik kom ze bij je nakijken! 
timer
5:00

Slide 11 - Tekstslide

Zet de zinsdeelstreepjes 
  1. Zoek de PV en onderstreep deze.
  2. Probeer nu stukjes van de zin voor de pv te zetten. 
  3. Lukt dit, dan heb je een zinsdeel gevonden.
  4. Zet daarachter een streepje 

Jan| loopt| op straat 
Loopt|  jan | op straat 
Op straat | loopt|  jan 

Slide 12 - Tekstslide

Zoek de pv
Zet de zinsdeelstreepjes



Slide 13 - Open vraag

Hoofdzin en bijzin 
Een samengestelde zin bestaat uit twee zinnen

hoofdzin + hoofdzin
hoofdzin + bijzin
bijzin + hoofdzin

Slide 14 - Tekstslide

Hoofdzin en bijzin
Een hoofdzin is een gewone zin: 
  • Het onderwerp en de persoonsvorm staan naast elkaar.
  • De persoonsvorm staat op de eerste of tweede plek in een zin. 

In de bijzin verandert de volgorde:  
  • het onderwerp en de persoonsvorm staan niet naast elkaar.
  • de persoonsvorm staat op de laatste of één na laatste plek van een zin. 

| De poes |  heeft | honger ||, omdat | de kater van de buren|  haar bakje | heeft |  leeggegeten.
     Ond,      |   PV                         || Voegw.|         Ond.                            |                         |   PV     | 

Slide 15 - Tekstslide

maken 
boek blz 73 opdracht 6 





Ik kom ze bij je nakijken! 
timer
5:00

Slide 16 - Tekstslide

Voegwoorden 
Als je van losse zinnen een samengestelde zin maakt, dan plak je deze aan elkaar met een voegwoord. 

  • Bij hoofdzin + hoofdzin staat het voegwoord in het midden.
  • Bij hoofdzin + bijzin staat het voegwoord in het midden .

voorbeeld : Timo kan goed voetballen en ik kan het ook goed 
                         
  • Bij een bijzin+ hoofdzin staat het voegwoord helemaal vooraan
voorbeeld : Als Timo in jouw team zit, win je altijd 


Slide 17 - Tekstslide

maken 
boek blz. 74 lezen woordsoorten voegwoorden
boek blz 75 maken opdracht *9 




Ik kom ze bij je nakijken! 
timer
10:00

Slide 18 - Tekstslide