3.5 rekenen HA en uitwerking sommen proefwerk H3

Welkom
Ga zitten, telefoon in je tas en de tas op de grond


Planning:
  1. Maken/bespreken van de opdracht Rekenen met concentraties
Uitgesteld ivm Corona
  1. Bespreken proefwerk 
  2. In bekijken van je proefwerk
  3. Aan de slag met het verslag
Pak pen, papier en je rekenmachine
Planning
Verslag: 18-2
Toets H3: 15-2
timer
5:00
Files
Magister
Word document proefwerk
Word document verslag
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScienceMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom
Ga zitten, telefoon in je tas en de tas op de grond


Planning:
  1. Maken/bespreken van de opdracht Rekenen met concentraties
Uitgesteld ivm Corona
  1. Bespreken proefwerk 
  2. In bekijken van je proefwerk
  3. Aan de slag met het verslag
Pak pen, papier en je rekenmachine
Planning
Verslag: 18-2
Toets H3: 15-2
timer
5:00
Files
Magister
Word document proefwerk
Word document verslag

Slide 1 - Tekstslide

Rekenen met concentraties 
30 gram zout opgelost in 200 ml water
Gevraagd concentratie in g/l 
ItsLearning. File: 
Rekenen met concentraties
Vraag 3
Bekend
juiste eenheid
hoeveelheid stof 
???
gram (g)
Hoeveelheid vloeistof 
1 (één)
liter (l)
G

Slide 2 - Tekstslide

Rekenen met concentraties 
Nodig: 2 liter suiker water met concentratie: 10 g/l.
Hoeveel suiker heb je nodig?
ItsLearning. File: 
Rekenen met concentraties
Vraag 4
wens
waarde
juiste eenheid
Hoeveelheid vloeistof 
liter (l)
Hoeveelheid stof
gram (g)
bekend: 2 liter water; conc is 10 g per liter
in 1 liter zit dus 10 g
in 2 liter zit dus 2/1=2 keer zoveel is 10*2=20 g

Slide 3 - Tekstslide

Rekenen met concentraties 
Je hebt 100 ml water met suiker. Oplossing is helder en
doorzichtig. Concentratie is 15 g/l.
a. Hoeveel suiker is in het water opgelost? Daarmee wordt bedoeld hoeveel gram zit in die 100 ml



ItsLearning. File: 
Rekenen met concentraties
Vraag verdunning

Slide 4 - Tekstslide

Rekenen met concentraties 
Je hebt 100 ml water met suiker. Oplossing is helder en
doorzichtig. Concentratie is 15 g/l.
a. Hoeveel suiker is in het water opgelost?
b. Je voegt 900 ml toe, wat is nu de concentratie?


ItsLearning. File: 
Rekenen met concentraties
Vraag verdunning

Slide 5 - Tekstslide

Bespreken proefwerk; aandachtspunten
Voor Science vaklessen en proefwerken heb je altijd bij je 
  • pen 
  • papier (liever een schrift)
  • rekenmachine
  • potlood en gum
  • liniaal of geodriehoek
Planning
Verslag: 18-2
Toets H3: 15-2

Slide 6 - Tekstslide

Opvallende zaken
Punten laten liggen bij:
  • Formules
  • Voor het werken met formules
  • Geluidsterkte: toe- of afnemen intensiteit (+/- 3 dB)
  • Geluidsterkte toe- of afnemen afstand tot bron
  • Vergeten van berekeningen en/of eenheden
  • Het oog!
  • Theorie

Word-document
1. doornemen
2. inzien proefwerk

Slide 7 - Tekstslide

Rekenen
a. De frequentie van een toon is 2000 Hz. 
Bereken de trillingstijd van deze toon
Gegeven:    f=2000 Hz                           Gevraagd:      T (s)                        
Formule: T=1/f
invullen geeft t=1/2000= 0.0005 Hz

Slide 8 - Tekstslide

Rekenen
a. De trillingstijd van een geluid is 0,2 seconde. 
Bereken de frequentie van deze trilling.
Gegeven:      T=0.2 s                          Gevraagd:            F (hz)                         Formule:
F=1/T invullen geeft =1/0.5 = 5 Hz

Slide 9 - Tekstslide

Rekenen
c. Ik woon 1700 meter van school. Ik doe er op de fiets 9 minuten over. Bereken mijn gemiddelde snelheid in meter per seconde.
Gegeven:   1700 m en 9 minuten   9 min is 9*60=540 s
Gevraagd:  gemiddelde snelheid
 Formule: V=s/t let een heden. s in meters en tijd in secondes
invullen 1700/540

Slide 10 - Tekstslide

8 Concert

Andy, Novak en Roger gaan naar een concert van Fred Sheran. Eén van de gitaristen produceert een geluid met een frequentie van 15000 Hz.
8. Bereken hoe vaak de snaren van de gitaar per minuut trillen
Gegeven:       freq= 15000 Hz
Gevraagd: trillen van snaar per minuut
Formule:??? wat betekent frequentie? Het aantal trillingen per seconde
15000 per seconden, dan weet je dat per minuut 60*15000 is
900.000 trillingen per minuut

Slide 11 - Tekstslide

Vraag 10
Stanislas is 150 meter van het podium verwijderd. Het geluid verplaatst zich met een snelheid van 300 meter per seconde.
Bereken de tijd die zit tussen het moment dat het geluid wordt gemaakt en dat Stanislas het hoort
Gegeven:  150 m afstand snelheid geluid is gegeven: 300 ms/ (340                                         Gevraagd:                                                                        Formule:

Slide 12 - Tekstslide

11 Vliegen
 Een verkeersvliegtuig heeft vier motoren. Op 100 meter afstand produceert één motor een geluidssterkte van 85 dB. 11 Bereken de geluidssterkte die alle motoren samen op deze afstand produceren.
Gegeven:                            Gevraagd:                                             Formule:



vraag 14 tekenen van 10 vliegtuigen dus

Slide 13 - Tekstslide

11 Vliegen vwo
 Een verkeersvliegtuig heeft vier motoren. Op 100 meter afstand produceert één motor een geluidssterkte van 85 dB. 
11 Bereken de geluidssterkte die je hoort als je op 25 meter van dit vliegtuig
Gegeven:                            Gevraagd:                                             Formule:



vraag 14 tekenen van 10 vliegtuigen dus

Slide 14 - Tekstslide

VWO afknellen snaar
Door de snaar ‘af te knellen’ kun je een korter deel laten trillen. Je kunt met behulp van een formule de lengte van het trillende deel omrekenen in de geproduceerde toonhoogte. f = 10000/l (waarbij l de lengte in meters is).
 De snaar is 90 cm lang. Bereken waar je je vinger op de snaar moet houden om een geluid van 15000 Hz te maken.
Gegeven: Gevraagd: Formule:

Slide 15 - Tekstslide

Beoordeling: 2 cijfers OBIT
Leren 1: Onthouden en Begrijpen (O en B) telt 2x
Onthouden van gegevens, herinneren, je hoeft het niet te snappen
Begrijpen: in eigen woorden vertellen wat het boek/docent heeft  verteld

Leren 2: Integreren en Toepassen (I en T) telt 1 x
Integreren: Verbinden van kennis, koppelen van gegevens, dit vraagt meerdere denkstappen
Toepassen: het gebruiken van kennis in een nieuw, onvoorspelbare situatie, waarbij de denkstappen niet gegeven zijn

Slide 16 - Tekstslide

Het verslag: indeling
7 Sep en Jay
 
8 Luc en  Luna
 
9 Joël en  Olivier
 
10 Leart en Thomas
 
11 Lyam en Willem
 

1 Eli en Rowin 
 
2 Femke en Huub
 
3 Tygo en Jordi 
 
4 Daan, Jaron en Floor
 
5 Nienke en  Jort
 
6 Pelle en Jassa
 

Ziekte Tygo en Jordi

Opties: zoals hiernaast
 of 
Eli en Jordi
Tygo en Rowin

Voorwaarde iedereen OK
Word-document
1. doornemen
2. aan de slag

Slide 17 - Tekstslide

Werken aan het verslag
Laatste 5-7 minuten: vragen stellen 
timer
1:00

Slide 18 - Tekstslide

Laatste 5 minuten: Vragen stellen
timer
5:00
Voor thuis:
Gebruik de chat

Slide 19 - Tekstslide