Bespreking Plato H4.3e

 Plato, Gorgias H4.3e
Bespreking
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
Klassieke TalenMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

 Plato, Gorgias H4.3e
Bespreking

Slide 1 - Tekstslide

r.1-2 in de bijzin ἅ .... εἶναι zit een AcI
A
waar
B
niet waar

Slide 2 - Quizvraag

ἅ ..... εἶναι
AcI afhankelijk van πιστεύω
A:  ἅ
I: εἶναι

Slide 3 - Tekstslide

r.1 ἀκηκοὼς is een participium
A
praesens
B
aoristus
C
perfectum
D
futurum

Slide 4 - Quizvraag

Maak de vertaling van r. 1-2 (t/m εἶναι) volledig:
Dit is, Callicles, waarvan ik, nadat ik .............., geloof ............

Slide 5 - Open vraag

Ook in r.2 zit een AcI. Wat is de A?
A
τούτων τῶν λόγων
B
τοιόνδε
C
τι
D
τοιόνδε τι

Slide 6 - Quizvraag

regel 2
En uit die woorden maak ik op dat ongeveer het volgende volgt /
ik concludeer dat uit die woorden ongeveer het volgende volgt

Slide 7 - Tekstslide

r.3 de vertaling 'volgens mij' voor
ὡς ἐμοί δοκεῖ is
A
goed
B
fout

Slide 8 - Quizvraag

r. 3 het onderwerp van τυγχάνει ὤν is
A
ὁ θάνατος
B
οὐδὲν ἄλλο
C
διάλυσις
D
niet uitgedrukt, zit in de pv.

Slide 9 - Quizvraag

r.3-4 maak de vertaling volledig:
De dood is nu in feite, volgens mij, niets anders dan .......

Slide 10 - Open vraag

r.5 διαλυθῆτον is een dualisvorm en betekent 'zij worden gescheiden'. Wie zijn zij? Antwoord in het Nederlands

Slide 11 - Open vraag

r. 5-6 ἑκάτερον αὐτοῖν betekent
A
wie van hen beiden
B
elk van hen beiden
C
geen van hen beiden
D
beiden

Slide 12 - Quizvraag

r.6 αὑτοῦ betekent
A
van hem
B
zelf
C
zijn eigen
D
hem

Slide 13 - Quizvraag

αὑτοῦ
= ἑαυτοῦ
van hemzelf -> zijn eigen

Slide 14 - Tekstslide

r.6 ἥνπερ is een
A
voegwoord
B
betrekkelijk voornaamwoord

Slide 15 - Quizvraag

ἥνπερ
betrekkelijk voornaamwoord: ὅσπερ
precies (degene) die, precies (datgene) wat

Slide 16 - Tekstslide

r. 5-6 maak de vertaling volledig: Wanneer zij dus van elkaar gescheiden worden, heeft .............om en nabij ..............., die hij ook precies had, ...................

Slide 17 - Open vraag

r.7 volgens de aantekeningen moet je bij τό τε σῶμα ἔχον aanvullen. Hoe vertaal je ἔχον?
A
hebbende
B
met
C
voorzien van
D
terwijl het heeft

Slide 18 - Quizvraag

r.7-8 (tot en met πάντα)
Het lichaam met zijn eigen natuur en verzorging(en) en aandoeningen, allemaal duidelijk.

Slide 19 - Tekstslide

r.9 ζῶντος zegt iets over
A
τινος
B
τὸ σῶμα
C
φύσει
D
τροφῇ

Slide 20 - Quizvraag

r.9 ἀμφοτέρα is een acc. van betrekking. Wat is een goede vertaling?
A
allebei
B
voor beiden
C
in beide opzichten
D
beiden

Slide 21 - Quizvraag

r9-10 t/m ζῶντος maak de vertaling volledig:
Bijvoorbeeld als van iemand ..............

Slide 22 - Open vraag

r.9 ἀποθάνῃ is
A
3e ev indic praes act
B
3e ev indic aor act
C
3e ev coni aor act
D
3e ev coni praes act

Slide 23 - Quizvraag

r.9 ἀποθάνῃ is dus een coniunctivus aoristus. Is het een
A
futuralis
B
generalis

Slide 24 - Quizvraag

r.9-10 t/m μέγας
dan is van hem ook het lijk, wanneer hij is / zal zijn gestorven, groot

Slide 25 - Tekstslide

καὶ εἰ παχύς, παχὺς καὶ ἀποθανόντος is zeer elliptisch (er is veel weggelaten dus). Als je de aantekeningen bekeken hebt en weet dat παχύς 'dik' betekent én goed naar de vorige zin kijkt kun je dit stukje wel vertalen: en als iemand ...........

Slide 26 - Open vraag

r.10 καὶ τἆλλα οὕτως
'en de rest net zo'
Noem voorbeelden van ΄de rest΄

Slide 27 - Woordweb

r. 10-11
Een als hij / iemand verder / dan weer de gewoonte had zijn haar lang te dragen, dan heeft zijn lijk ook lang haar

Slide 28 - Tekstslide