Opstellen van reactievergelijkingen les 1 klas 3

Ff opfrissen
Wat hebben we vorige les besproken:

  • Moleculen en atomen
  • atoomsoorten
  • verbinding
  • moleculaire stof
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Ff opfrissen
Wat hebben we vorige les besproken:

  • Moleculen en atomen
  • atoomsoorten
  • verbinding
  • moleculaire stof

Slide 1 - Tekstslide

Nieuwe stof
Na deze les kunnen jullie:

  • Een reactieschema omzetten in een reactievergelijking
  • Een reactie kloppend maken
  • weet je wat een index en een coefficient is
  • kan je het aantal atomen bepalen door te rekenen

Slide 2 - Tekstslide

Deze molecuulformules moet je leren

Slide 3 - Tekstslide

ezelsbruggetje
Claartje Fietst In Haar Onderbroek Naar Brabant
Cl2, F2, I2, H2, O2, N2, Br2
De andere elementen zijn gewoon alleen.
Dus ijzer is Fe en calcium Ca.

Slide 4 - Tekstslide

Indexcijfer
Staat achter een atoom in een molecuulformule
Geeft aan hoeveel atomen er aanwezig zijn van het atoom


CO2
De 2 staat achter de O, dus er zijn 2 zuurstofatomen aanwezig in CO2

Slide 5 - Tekstslide

Hoeveel zuurstof atomen zijn er in
H3PO4
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 6 - Quizvraag

Hoeveel fosfor atomen zijn er in
H3PO4
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 7 - Quizvraag

Coefficient
Staat voor een atoom of molecuul in een molecuulformule
Geeft aan hoeveel atomen/moleculen er aanwezig zijn


4 CO2
Dit betekent dat er 4 moleculen zijn van CO2  
Je hebt dus ook 4 C-atomen.
En hoeveel O-atomen?

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

O
C
O

Slide 10 - Tekstslide

Reactie schema
Een reactie schematisch uitgeschreven in woorden:

Beginstoffen (g,s,l,aq) -> Reactieproduct(en) (g,s,l,aq)

Slide 11 - Tekstslide

Reactieschema
Bij de ontleding van methaan(g) ontstaan koolstof(s) en waterstof(g)

Beginstof -> Reactieproducten

Methaan (g) -> Koolstof (s) + Waterstof (g)

Slide 12 - Tekstslide

Reactievergelijking
Stappenplan:
  1. Schrijf een reactieschema in woorden
  2. Vervang de woorden met de molecuulformules
  3. Kloppend maken

Slide 13 - Tekstslide

Voorbeeld reactievergelijking
Ontleding van methaan, hierbij ontstaan koolstof en waterstof
  1. Methaan (g) -> Koolstof (s) + Waterstof (g)
  2. CH4 (g) -> C (s) + H2 (g)
  3. Kloppend maken!

Slide 14 - Tekstslide

Kloppend maken
Bij een reactie verdwijnen er geen atomen, maar ze maken andere verbindingen.

Vierkant -> Kiert + Van

Hier verdwijnen de letters niet, maar ze maken wel nieuwe woorden

Slide 15 - Tekstslide

Kloppend maken

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Kloppend maken
  • Bij kloppend maken tel je de atomen die voor de pijl en na de pijl aanwezig zijn.
  • Is dat niet gelijk? Dan moet je het aanpassen met een coëfficiënt zodat het wel gelijk wordt

Slide 19 - Tekstslide

Even oefenen
H2O (l)  ->   H2 (g)  +   O2 (g)
Hoeveel H voor de pijl? 
Hoeveel H na de pijl? 
Hoeveel O voor de pijl?
Hoeveel O na de pijl?
Is het gelijk?
Deze maken we kloppend op het bord

Slide 20 - Tekstslide

Zelfstandig werken
  • Wat: maak opgaven van 4.3, 1 t/m 8b
  • Hoe: zachtjes overleggen
  • Hulp: Docent
  • Tijd: tot 5 minuten voor het einde v/d les
  • Huiswerk: opdracht 1 t/m 8b van 4.3 

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide