Grammatica les 2 | vrijdag

Doel + programma
  • Huiswerk bespreken: opdracht 2 
  • Uitleg beknopte bijzin + samentrekking
  • Afsluiten

Doelen: 
Jullie kunnen verkeerd aansluitende beknopte bijzinnen herkennen en verbeteren.
Jullie kunnen foutieve samentrekkingen herkennen en verbeteren.
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Doel + programma
  • Huiswerk bespreken: opdracht 2 
  • Uitleg beknopte bijzin + samentrekking
  • Afsluiten

Doelen: 
Jullie kunnen verkeerd aansluitende beknopte bijzinnen herkennen en verbeteren.
Jullie kunnen foutieve samentrekkingen herkennen en verbeteren.

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

'Gisteren vond ik het boek dat ik zo lang geleden ben kwijtgeraakt.'

Wat is hier de bijvoeglijke bijzin?

Slide 2 - Open vraag

En aan welk woord herken je dit?
Huiswerk bespreken
Opdracht 2 - blz. 211


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zin 4
  • Wie (diegene die) zich hebben opgegeven voor ons zomerkamp = bijv. bijzin
  • (Diegene) sturen wij binnenkort een informatiebrief = hoofdzin
  • Zodat zij weten wat ze kunnen verwachten = bijzin
  • wat ze kunnen verwachten = bijvoeglijke bijzin

  • 'Wat ze kunnen verwachten' is te vervangen door 1 woord:  
  • Zodat zij dat weten.

Slide 4 - Tekstslide

1. Persoonsvormen tellen
2. Zoek voegwoorden/betr. vnw/bijwoorden
3. Kijk naar de plaats van de pv en het ond
4. Kijk of de bijzin te vervangen is door 1 woord.
Beknopte bijzin
Een beknopte bijzin is een bijzin die korter is opgeschreven, deel van hz.
  • Het onderwerp en/of de persoonsvorm ontbreken
  • Er is een deelwoord (vt, ovt) of 'te' + infinitief

'Juichend kwam de atleet over de eindstreep.'
Terwijl hij juichte kwam de atleet over de eindstreep.
'Na goed geleerd te hebben, maakte hij de toets.'
Hij had goed geleerd en maakte de toets.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verkeerd aansluitende beknopte bijzin
= wanneer het denkbeeldige onderwerp niet hetzelfde is als het onderwerp in de hoofdzin.

Vb: Wachtend op het perron bleek de trein al vertrokken.
De trein wacht niet op het perron, het juiste onderwerp mist.

Terwijl Liza wachtte op het perron, bleek de trein al vertrokken.

Slide 6 - Tekstslide

Om hem te verbeteren, voeg je dus een kloppend onderwerp toe.
Verkeerd aansluitende beknopte bijzin
Vb: Wachtend op het perron bleek de trein al vertrokken.

Terwijl Liza wachtte op het perron, bleek de trein al vertrokken.

Bij het verbeteren voeg je dus een kloppend onderwerp toe. Vaak kun je beginnen met woorden als: toen, terwijl, nadat ..

Slide 7 - Tekstslide

Om hem te verbeteren, voeg je dus een kloppend onderwerp toe.
'Na een enquête gehouden te hebben onder meer dan 1000 jongeren., kwam deze game als populairste naar voren.'

Wat is hier de beknopte bijzin?

Slide 8 - Open vraag

Is deze verkeerd aansluitend?
'Na een enquête gehouden te hebben onder meer dan 1000 jongeren., kwam deze game als populairste naar voren.'

Hoe verbeter je deze beknopte bijzin?

Slide 9 - Open vraag

Is deze verkeerd aansluitend?
'Eenmaal aangekomen bij het laatste hoofdstuk kon Lasse het niet laten het boek uit te lezen.'

Wat is hier de beknopte bijzin?

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

'Eenmaal aangekomen bij het laatste hoofdstuk kon Lasse het niet laten het boek uit te lezen.'

Is dit een verkeerd aansluitende of kloppende beknopte bijzin?
A
Verkeerd aansluitend
B
Kloppend

Slide 11 - Quizvraag

Het onderwerp is in beide zinnen: Lasse
Samentrekking
'Jesper houdt van dancemuziek en Thijs houdt ook van dancemuziek'.

Bij twee gelijkwaardige hoofdzinnen (nevenschikking), haalt men vaak eerder genoemde woorden weg in de tweede zin, om herhaling te voorkomen = samentrekking.
Vaak is dit het onderwerp, maar soms ook een werkwoord of meer delen.

'Jesper houdt van dancemuziek en Thijs ook.'

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Foutieve samentrekking verbeteren
'Axel bracht Bente zaterdag thuis en de rest van de dag op de bank door.'

1. Kijk wat is weggelaten in de tweede hoofdzin;
2. Ga de drie regels langs;
3. Bracht betekent in beide zinnen niet hetzelfde: dit woord mag dus niet weggelaten worden.

'Axel bracht Bente zaterdag thuis en bracht de rest van de dag op de bank door.'

Slide 14 - Tekstslide

1. Axel bracht 
'Marine heeft hoofdpijn en een blessure aan haar pols opgelopen.'

Hoe verbeter je deze foutieve samentrekking?

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

'Ik heb straks buiten gymles en daarom een dikke joggingbroek in mijn tas gestopt.'


A
Dit is een goede samentrekking
B
Dit is een foutieve samentrekking

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

'Ik heb straks buiten gymles en daarom een dikke joggingbroek in mijn tas gestopt.'

Welk woord moet terug in de tweede zin? (blz. 166)

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiten
Huiswerk voor maandag: opdracht 6 + 7 van Grammatica blok 5.

Denk ook aan boekopdracht 4 en de missende opdrachten. 
Volgende week vrijdag op papier mee!

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies