HBR/Zorg

HBR/ZORG
De Italiaanse keuken

Jouw restaurant
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnHoreca Bakkerij en RecreatieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1,2

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

HBR/ZORG
De Italiaanse keuken

Jouw restaurant

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
Je ontwerpt een logo voor jouw nieuwe Italiaans restaurant
Je bedenkt een huisstijl (kleuren die overal in terugkomen)
Je maakt een flyer voor de opening met een actie
Je maakt een filmpje voor op social media 
INDIVIDUEEL





Slide 2 - Tekstslide

Waar denk je aan bij een
Italiaans restaurant?

Slide 3 - Woordweb

kenmerken van de keuken zijn:
- seizoensgebonden groente, als tomaat, courgette en aubergine en fruit van goede kwaliteit
- verse kruiden als basilicum, oregano, rozemarijn
- olijfolie
- slanke vleessoorten als kip en kalfsvlees
- pasta, pizza en risotto

Slide 4 - Tekstslide

eetgewoonten
 ontbijt: capuccino en cornetto(croissant)
tussendoor:  cappucino met brioche staand in een barretje
lunch: 13.00 tot 15.00 uur een lichte warme maaltijd in een restaurant
avondmaaltijd: pas na 20.00 uur en uitgebreid met verschillende gangen


Slide 5 - Tekstslide

Voor de Italiaanse keuken worden de volgende gangen onderscheiden:

Aperitivo, (aperitief) een alcoholisch drankje voorafgaand aan de maaltijd.
Antipasto, betekent voorafgaand aan de maaltijd, is een hapje vooraf. Dit kan een warm of koud gerecht zijn. Bijvoorbeeld een kleine salade.
Primo, eerste gang. Een klein warm gerecht. Bijvoorbeeld pasta, soep of risotto.
Secondo, hoofdmaaltijd. Vaak gebakken vis of vlees.
Contorno, bijgerecht dat bij de Secondo wordt geserveerd. Vaak salade of gekookte groenten.
Formaggio e frutta, het eerste nagerecht. Dit is een kaasplankje en/of fruit.
Dolce, iets zoets zoals taart, cake, tiramisu of gelato.
Caffè, een kop koffie.
Digestivo, een klein glas sterke drank. Bijvoorbeeld likeur, grappa of limoncello. Dit om de gerechten die zwaar op de maag liggen wat te verzachten.

Slide 6 - Tekstslide

Welke groenten worden er vaak gebruikt in de italiaanse keuken?

Slide 7 - Open vraag

Wat bestellen Italianen als ze een "dolce" gaan eten?
A
een cappucino
B
een bordje vleeswaren
C
een salade
D
een dessert

Slide 8 - Quizvraag

Hoe wordt spaghetti bolognese gegeten?
A
met een vork en lepel
B
met mes en vork
C
alleen met een lepel
D
alleen met een vork

Slide 9 - Quizvraag

Ontwerp een logo voor jouw Italiaanse restaurant
Kies een naam voor jouw restaurant
Zet ook een adres en telefoonnummer in je logo
Hou het eenvoudig maar wel herkenbaar
(Je kunt dit ontwerpen in bijv. Word of Canva)

Slide 10 - Tekstslide

FLYER ONTWERPEN
Het moet gelijk duidelijk zijn waar het over gaat
Naam+adres+telefoonnummer+logo moet op de flyer
Een leuke openingsactie

Slide 11 - Tekstslide

Voorbeeld

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Ontwerp een menukaart volgens de Italiaanse gangen (Canva, Word enz)
Aperitivo, (aperitief) een alcoholisch drankje voorafgaand aan de maaltijd.
Antipasto, betekent voorafgaand aan de maaltijd, is een hapje vooraf. Dit kan een warm of koud gerecht zijn. Bijvoorbeeld een kleine salade.
Primo, eerste gang. Een klein warm gerecht. Bijvoorbeeld pasta, soep of risotto.
Secondo, hoofdmaaltijd. Vaak gebakken vis of vlees.
Contorno, bijgerecht dat bij de Secondo wordt geserveerd. Vaak salade of gekookte groenten.
Formaggio e frutta, het eerste nagerecht. Dit is een kaasplankje en/of fruit.
Dolce, iets zoets zoals taart, cake, tiramisu of gelato.
Caffè, een kop koffie.
Digestivo, een klein glas sterke drank. Bijvoorbeeld likeur, grappa of limoncello. Dit om de gerechten die zwaar op de maag liggen wat te verzachten.

Slide 14 - Tekstslide

Reclamefilmpje
Maak een reclamefilmpje voor jouw nieuwe Italiaanse restaurant. Doe dit ook in Italiaanse sfeer.
Wees creatief!
Tweetal: Iedereen maakt een eigen filmpje. De ander filmt jou.

Slide 15 - Tekstslide

PRESENTEREN
LOGO
FLYER
FILMPJE

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Waar komt de pizza vandaan?
A
Rome
B
Florence
C
Napels
D
Pisa

Slide 18 - Quizvraag

Hoe heet de eerste pizza
A
Pizza Salami
B
Pizza Hawai
C
Pizza quatro stagioni
D
Pizza Margherita

Slide 19 - Quizvraag

Hoe kwam de eerste pizza aan zijn naam?
A
De vrouw van de kok heette Magherita
B
De pizza is vernoemd naar koningin Margherita
C
Margherita betekent pizza met tomaat
D
De eerste pizza is geen pizza Margherita

Slide 20 - Quizvraag

Logo op je pizzadoos

In een volgende les teken of schilder je jouw logo op je pizzadoos en gaan we een pizza bakken.

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

TOETJE MAKEN
Bedenk een toetjes van het huis
en maak er een recept van.

Slide 24 - Tekstslide

Bedenk een pizza van het huis
Wees origineel 
Maak voor jezelf het recept
Schrijf de benodigdheden op  

Slide 25 - Tekstslide

Bak je huispizza
Volg het recept stap voor stap en lees goed
Zorg dat je pizza er verzorgd uitziet
Men. van Heest. men van Heinsberg en men. Hoff komen jullei pizza's beoordelen en proeven

Slide 26 - Tekstslide

Beoordeling door
meneer Van Heest
meneer Van Heinsberg
meneer Hoff

Slide 27 - Tekstslide