Fictieboost | directe en indirecte rede
1 / 13
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Mevrouw Jansen vroeg aan een voorbijganger of hij hier bekend was.
A
directe rede
B
indirecte rede
Slide 2 - Quizvraag
‘Je moet even een boodschap voor me doen’, zei vader.
A
directe rede
B
indirecte rede
Slide 3 - Quizvraag
Wat betekent 'fictie'?
Slide 4 - Open vraag
Spel het woord dat je hoort.
Slide 5 - Open vraag
Typ de volgende zin met de juiste hoofdletters en leestekens: zit jij in de tweede klas vroeg klaas
Slide 6 - Open vraag
Typ de volgende zin met de juiste hoofdletters en leestekens: ik vroeg welk boek vind je het mooist
Slide 7 - Open vraag
Noteer het woord dat je hoort.
Slide 8 - Open vraag
Typ de volgende zin met de juiste hoofdletters en leestekens: hij antwoordde mijn favoriete boek is boy7 van mirjam mous
Slide 9 - Open vraag
Typ de volgende zin met de juiste hoofdletters en leestekens: een supporter die zich misdraagt zei de voorzitter is niet meer welkom
Slide 10 - Open vraag
Verander deze zin naar de indirecte rede: Toen zei ze tegen me: 'Ik wil je nooit meer zien.'
Slide 11 - Open vraag
Wat betekent chronologisch?
Slide 12 - Open vraag
Hoe heet deze schrijfster?
