voorbereiding toets unité 3

Bonjour!
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Bonjour!

Slide 1 - Tekstslide

Doel van vandaag
oefenen voor de toets

Slide 2 - Tekstslide

Vul de juiste vorm van 'aller' in.
Ils ...... en ville.
A
vont
B
vas
C
va
D
vais

Slide 3 - Quizvraag

Vul de juiste vorm van 'aller' in.
Nous ..... manger.
A
vont
B
va
C
allons
D
allez

Slide 4 - Quizvraag

Vul de juiste vorm van 'aller' in.
Tu ..... au cinéma?
A
vont
B
vas
C
vais
D
va

Slide 5 - Quizvraag

Vul de juiste vorm van 'aller' in.
Elle ..... à la maison.

Slide 6 - Open vraag

Vul de juiste vorm van 'aller' in.
Je ..... faire du tennis.

Slide 7 - Open vraag

tu (être)
A
as
B
es
C
est
D
a

Slide 8 - Quizvraag

Ils (être)
A
sont
B
est
C
sommes
D
être

Slide 9 - Quizvraag

Kies de juiste vorm van être:
Elle ... à l'école.
A
suis
B
es
C
est

Slide 10 - Quizvraag

Vous (être)

Slide 11 - Open vraag

J'.... un frère
A
ai
B
a
C
as
D
ont

Slide 12 - Quizvraag

Nous ..... une voiture et un vélo
A
a
B
ont
C
avez
D
avons

Slide 13 - Quizvraag

Tu .... une sœur?
A
ont
B
a
C
as
D
avons

Slide 14 - Quizvraag

Vous ..... une grande chambre?
A
ai
B
avez
C
avons
D
as

Slide 15 - Quizvraag

La ville .... beaucoup de magasins
A
avons
B
a
C
est
D
ont

Slide 16 - Quizvraag

Welke vorm klopt
je (donner)
A
donnes
B
donnons
C
done
D
donne

Slide 17 - Quizvraag

Welke vorm is juist?
nous (chanter)
A
chantons
B
chantez
C
chantent
D
chantes

Slide 18 - Quizvraag

WELKE KLEUREN ZIE JE VAN LINKS NAAR RECHTS?

Slide 19 - Tekstslide

WELKE KLEUREN ZIE JE VAN L NAAR R? IN HET FRANS SVP!

Slide 20 - Open vraag



La ceinture est (blauw)
A
bleu
B
bleus
C
bleue
D
bleues

Slide 21 - Quizvraag



Les voitures (v) sont (groen).
A
vertes
B
verte
C
vert
D
verts

Slide 22 - Quizvraag



Les chats (m) sont (rood).
A
rouge
B
rouges
C
rougee
D
rougees

Slide 23 - Quizvraag



Olivier et Marc sont (frans).
A
français
B
française
C
françaiss
D
françaises

Slide 24 - Quizvraag



Marianne est (verdrietig).
A
tristée
B
tristes
C
tristées
D
triste

Slide 25 - Quizvraag



L'actrice est (mooi).
A
beaux
B
belles
C
belle
D
beau

Slide 26 - Quizvraag



Les sacs (m) sont (nieuw).
A
nouveau
B
nouvelles
C
nouvelle
D
nouveaux

Slide 27 - Quizvraag



Mon grand-père est (oud).
A
vieux
B
vieille
C
vieilles
D
vieu

Slide 28 - Quizvraag