Persoonlijk voornaamwoord met nadruk

1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Lees onderstaande zinnen. Sleep vervolgens het juiste persoonlijk voornaamwoord met nadruk in de juiste zin.
lui
toi
elle
vous
eux
1. C'est pour moi ? – Oui c'est pour .....
2. Tu vas au cinéma avec Isabelle ? – Oui, je vais voir ce film avec .....
3. Il y a quelqu'un devant nous ? – Non, il n'y a personne devant ......
4.  Tu es sorti avec tes parents dimanche ? – Oui je suis allé à la campagne avec .....
5.  Elle a dîné avec Jacques hier soir ? – Non, elle n'a pas dîné avec .....

Slide 3 - Sleepvraag

Geef antwoord op de vraag en gebruik een persoonlijk voornaamwoord met nadruk
Opdracht:

Geef antwoord op de vraag 
en 
gebruik een persoonlijk voornaamwoord met nadruk

Slide 4 - Tekstslide

C'est toi qui a fait cela?

Slide 5 - Open vraag

Elles vont à Paris avec Vincent?

Slide 6 - Open vraag

Tu viens avec nous?

Slide 7 - Open vraag

Il est tombé amoureux de Sophie

Slide 8 - Open vraag

Vous sortiez avec Finn et Zeb?

Slide 9 - Open vraag

Begrijp je nu wanneer je een persoonlijk voornaamwoord met nadruk gebruikt?
😒🙁😐🙂😃

Slide 10 - Poll