1hv U5 lesson 4 some/any

Welcome 1HV
Today: 
- Lesson 4: 

some/any
tags
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welcome 1HV
Today: 
- Lesson 4: 

some/any
tags

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

some & any

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen some en any? Oftewel, wanneer gebruik je welke?
I don’t have some money.
I don’t have any money.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen some en any? Oftewel, wanneer gebruik je welke?
We have some questions for you. 
We have any questions for you.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen some en any? Oftewel, wanneer gebruik je welke?
Did you meet some famous people?
Did you meet any famous people?

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen some en any? Oftewel, wanneer gebruik je welke?
Could I have some coffee, sir?
Could I have any coffee, sir?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dus de regel is.... 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

But what about....
(?) Would you like some coffee, sir?

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samenvatting
bevestigende zinnen --> some
vragen en ontkennende zinnen --> any
behalve als je verwacht dat het antwoord 'ja' is --> some

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fill in the gaps
1. We didn't buy ____________ flowers.
2. Can I have ____________ milk in my coffee?
3. Can I have ____________ money, please?
4. If there are ____________ words you don't know, just ask me.
5. We do have ____________ time left this afternoon.
6. He is lazy. He never does ____________ work.
8. We didn't meet ____________ of her friends at the party.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tags
Jij kent haar, toch?
De film was goed, hè?
Dit is een mooie tas, of niet?
Wat een nare leraar. Vind je niet?

Slide 15 - Tekstslide

Je gebruikt aangeplakte vragen als je wilt weten of iemand er net zo over denkt als jij. In het Nederlands gebruik je dan: toch? hè? Of niet? Vind je niet?
Tags

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een negatieve zin kan met NOT
She isn’t really nice, is she?
He can’t drive, can he?

Een negatieve zin kan ook met NEVER
You have never read a book, have you? They are never playing outside, are they?

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Get to work
Do exercise 43 & 44
Page 36

Continue with exercise 39-42 & 45

Finished > study vocabulary unit 5

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

WELL DONE YOU!

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies