Grammar 7: some/any

1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Today's goal
Je kent het verschil tussen some en any. 
Je kan some en any toepassen in een Engelse zin.

Slide 2 - Tekstslide

Wat is de vertaling van some/any in het Nederlands?

Slide 3 - Open vraag

SOME / ANY

SOME en ANY betekenen beide:

  • enkele
  • wat 
  • een paar
  • iets
  • Geen (in ontkenningen                     Ik koop elke dag wat snoep in de kantine.
                                                                    Every day I buy some sweets in the canteen.
                                                           Mijn broer mag geen noten eten, hij is allergisch.
                                                                        My brother can't eat any nuts, he's allergic.


Slide 4 - Tekstslide

Some
Gebruik je in:
- bevestigende zinnen
- vragen waarop je verwacht dat het antwoord "ja" zal zijn
- een verzoek of aanbod

Could you pass me some potatoes please?

Slide 5 - Tekstslide

Any
Gebruik je in:
- ontkennende zinnen
- alle andere vragen (zie ook uitleg some)

I don't have any cash money with me.

Slide 6 - Tekstslide

Daffy has some money.
Patrick doesn't have any money.

Slide 7 - Tekstslide

Verschil some/any
We need some tomatoes.
Do we need any tomatoes?

Slide 8 - Tekstslide

Any
Gebruik in ontkennende zinnen en alle andere vragen. 
Een ontkenning herken je aan het woord not, maar never in een zin wordt ook gezien als een ontkenning.

I never have any cash at home.

Slide 9 - Tekstslide

Some
Any
He has ____ books.
Do you have ___ brothers?
She hasn't got ____ friends.
Please give me ____ water.

Slide 10 - Sleepvraag

Geef een Engelse voorbeeldzin met some of any.

Slide 11 - Open vraag

He hasn't got ___ time.
A
any
B
some

Slide 12 - Quizvraag

Use some/any:

There isn't _______ paper left.
A
any
B
some

Slide 13 - Quizvraag

He has ___ money.
A
some
B
any

Slide 14 - Quizvraag

Are there ___ cakes left?
A
any
B
some

Slide 15 - Quizvraag

Exercises in your English book
Exercises 33 en 34 horen bij deze uitleg in deze Lesson Up.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

We haven't got ... time to study!
A
some
B
any

Slide 18 - Quizvraag

I have ___ apples left.
A
any
B
some

Slide 19 - Quizvraag

Can I help you?
Yes, do you have ... apples for me?
A
some
B
any

Slide 20 - Quizvraag

Have we got ... sugar left?
A
some
B
any

Slide 21 - Quizvraag

Would you like ... tea?
A
some
B
any

Slide 22 - Quizvraag

I want to have ... coffee
A
some
B
any

Slide 23 - Quizvraag

Have we got ... coffee left?
A
some
B
any

Slide 24 - Quizvraag

I haven't got ... coffee
A
some
B
any

Slide 25 - Quizvraag

I learnt ___ new things today.
A
some
B
any

Slide 26 - Quizvraag

This project will take ___ time.
A
some
B
any

Slide 27 - Quizvraag

Would you like ... coffee?
A
some
B
any

Slide 28 - Quizvraag

Can I borrow ___ money?
A
some
B
any

Slide 29 - Quizvraag

There is still ... milk in the fridge
A
some
B
any

Slide 30 - Quizvraag

You never get ___ letters.
A
some
B
any

Slide 31 - Quizvraag

He needs to do ___ homework.
A
some
B
any

Slide 32 - Quizvraag

Can I choose ___ subject I like?
A
some
B
any

Slide 33 - Quizvraag

Slide 34 - Video