Oefenen Jaartallen, personen, gebeurtenissen, symbolen en kaarten

Het programma
  • lezen:
  • Praagse Lente
  • Einde Koude Oorlog
  • Enquete
  • Daarna vragen maken in Lesson-up over de Koude Oorlog
  • Nabespreking
1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3,4

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Het programma
  • lezen:
  • Praagse Lente
  • Einde Koude Oorlog
  • Enquete
  • Daarna vragen maken in Lesson-up over de Koude Oorlog
  • Nabespreking

Slide 1 - Tekstslide

Wie + Wat + Wanneer 
Oefening herkennen belangrijke personen, gebeurtenissen, symbolen en kaarten over: 
Koude Oorlog en Nederland na 1945

Slide 2 - Tekstslide

Wie is dit?
A
Churchill
B
Roosevelt
C
Drees
D
Stalin

Slide 3 - Quizvraag

Bijzondere gebeurtenis in 1989...
A
Duitsland werd herenigd
B
De Sovjet-Unie hield op te bestaan
C
De Euro werd ingevoerd
D
Val van de Berlijnse Muur

Slide 4 - Quizvraag

Wie is dit?
A
Churchill
B
Stalin
C
Roosevelt
D
Kennedy

Slide 5 - Quizvraag

De BRD en de DDR zijn opgericht in...
A
1949
B
1956
C
1945
D
1989

Slide 6 - Quizvraag

Wie is dit?
A
Ronald Reagan
B
Jimmy Carter
C
George Bush
D
John F. Kennedy

Slide 7 - Quizvraag

Waarom werd de Berlijnse muur opgericht?
A
Om het vluchten naar het Westelijke deel te stoppen.
B
Om het vluchten naar de Sojet-Unie te stoppen.
C
Om het vluchten naar het Oostelijke deel te stoppen

Slide 8 - Quizvraag

Waarom was Stalin niet van plan, na 1945, midden en oost -Europa te verlaten?
A
Hij wilde niet dat de landen communistisch werden.
B
Hij wilde de SU omringen met een buffer van bevriende landen
C
Hij wilde dat de ze deel gingen uitmaken van de Sovjet-Unie
D
Omdat hij zich schuldig voelde over de Tweede Wereldoorlog

Slide 9 - Quizvraag

wie is dit?
A
Roosevelt
B
Hitler
C
Churchill
D
Stalin

Slide 10 - Quizvraag

De Blokkade van Berlijn was in ...
A
1961-1962
B
1945-1946
C
1944-1945
D
1948-1949

Slide 11 - Quizvraag

Wie is dit?
A
Churchill
B
Chroesjtsjov
C
Truman
D
Stalin

Slide 12 - Quizvraag

Wat was de reden voor, de westerse landen, om een stuk van Berlijn bij het Westen te houden?
A
West-Berlijn lag in de westerse zone.
B
In Berlijn waren veel grondstoffen te vinden.
C
Het was de hoofdstad van Hitlers rijk geweest.
D
In Berlijn woonden veel Amerikanen en Engelsen

Slide 13 - Quizvraag

Het Warschau-pact werd ondertekend door welke landen?
A
De Sovjet- Unie, Albanië, Bulgarije, Hongarije...
B
Frankrijk, Nederland, Italië, België...

Slide 14 - Quizvraag

Waarom werd het pact ondertekend?
A
Om vrije handel te kunnen drijven
B
Om het westen aan te vallen
C
Om elkaar bescherming te kunnen bieden

Slide 15 - Quizvraag

Wie is dit?
A
George Bush
B
Bill Clinton
C
Michael Gorbatsjov
D
Ronald Reagan

Slide 16 - Quizvraag

De Berlijnse Muur werd gebouwd in ...
A
1969
B
1956
C
1948
D
1961

Slide 17 - Quizvraag

Wanneer was...
De Koude Oorlog?
A
1945-1961
B
1940-2000
C
1945-1990
D
1950-1989

Slide 18 - Quizvraag

Wie is dit?
A
Jimmy Carter
B
Nikita Chroesjtsjov
C
Michael Gorbatsjov
D
George Bush

Slide 19 - Quizvraag

De Cuba Crisis was in ....
A
1956
B
1962
C
1961
D
1969

Slide 20 - Quizvraag

In 1956 was .....
A
De Hongaarse Opstand
B
De Praagse Lente
C
De Cuba Crisis
D
De Blokkade van Berlijn

Slide 21 - Quizvraag

Perestrojka betekent
A
Vrede
B
Veranderingen
C
Hervormingen
D
Vernieuwing

Slide 22 - Quizvraag

Waarom werd het "De Praagse Lente" genoemd?

Meerdere antwoorden zijn mogelijk
A
Het speelde zich af in Praag
B
Ze wilde Praag bedanken en gaven het daarom de naam lente
C
Het klinkt leuk
D
Er "bloeide" iets op die tijd,

Slide 23 - Quizvraag

Wie is dit?
A
George Bush
B
Ronald Reagan
C
Michael Gorbatsjov
D
Helmut Kohl

Slide 24 - Quizvraag

De Praagse Lente was in ....
A
1968
B
1961
C
1989
D
1956

Slide 25 - Quizvraag

De Duitse Eenwording was in ....
A
1989
B
1995
C
1980
D
1990

Slide 26 - Quizvraag

Welke volgorde, in tijd, van Sovjet leiders van vroeger naar later
is de juiste?
A
Chroetsjov – Stalin – Gorbatsjov.
B
Stalin – Gorbatsjov – Chroetsjov.
C
Stalin – Chroetsjov – Gorbatsjov.
D
Chroetsjov – Gorbatsjov – Stalin

Slide 27 - Quizvraag

Wat kreeg de SU voor het niet plaatsen van kruisraketten op Cuba?
A
De VS zouden geen kernraketten in Turkije en Italië plaatsen
B
De VS zouden geen kernraketten plaatsen in West-Europa.
C
De VS zouden hun raketten uit Turkije en Italië weghalen.
D
De VS zouden de SU niet aanvallen.

Slide 28 - Quizvraag

Wie was de politiek leider van Tjecho-Slowakije tijdens de Praagse Lente
A
Alexander Dubcek
B
Aung San Suu Kyi
C
Gorbatsjov.
D
Castro

Slide 29 - Quizvraag

Waarom moest Gorbatsjov veranderingen doorvoeren?
A
Communistische landen kwamen in opstand Roep om democratie in de SU
B
Het geld was op
C
Roep om democratie in de SU
D
Oorlog met China

Slide 30 - Quizvraag

Waarover maakten Gorbatsjov en Reagan afspraken?
A
Ontwapening Roep om democratie in de SU
B
IJzeren Gordijn
C
Berlijnse Muur
D
Opheffing SU

Slide 31 - Quizvraag

Wie is dit?
A
Castro
B
Chroesjtsjov
C
Franco
D
Mussolini

Slide 32 - Quizvraag

Deze symbolen horen bij het ....
A
Kapitalisme
B
Communisme

Slide 33 - Quizvraag

De kleur rood hoort bij het
A
kapitalisme
B
communisme, socialisme

Slide 34 - Quizvraag

Dit symbool staat voor...
A
socialisme
B
kapitalisme

Slide 35 - Quizvraag

Welk land staat hier symbool?
A
Verenigde Staten
B
Groot-Brittannië
C
Frankrijk
D
Rusland

Slide 36 - Quizvraag

Dit is de kaart van Europa ....
A
Voor de Koude Oorlog
B
Tijdens de Koude Oorlog
C
Na de Koude Oorlog

Slide 37 - Quizvraag

Dit is de kaart van Europa ....
A
Anno nu
B
Tijdens de Tweede Wereldoorlog
C
Voor de Eerste Wereldoorlog
D
In het Interbellum

Slide 38 - Quizvraag

Welke twee landen staan hier symbolisch afgebeeld?
A
Groot-Brittannië en Duitsland
B
Verenigde Staten en Sovjet-Unie
C
Verenigde Staten en Frankrijk
D
Groot-Brittannië en de Europese Unie

Slide 39 - Quizvraag

Twee presidenten die armpje drukken... wie zijn dit?
A
Chroesjtsjov en Castro
B
Churchill en Kennedy
C
Chroesjtsjov en Kennedy
D
Geen van allen

Slide 40 - Quizvraag

Dit is de vlag van
A
de Verenigde naties
B
de Europese Unie
C
het Eurovisie Songfestival
D
de Navo

Slide 41 - Quizvraag

Dit is de vlag van
A
de Verenigde naties
B
de Europese Unie
C
het Eurovisie Songfestival
D
de Navo

Slide 42 - Quizvraag

In spotprenten of cartoons staat de duif symbool voor...
A
Vrij reizen
B
Nederland
C
samenwerken
D
vrede

Slide 43 - Quizvraag

Slide 44 - Tekstslide