Lassen hoofdstuk 8 Lasnaadvormen

Lassen hoofdstuk 8 
lasnaadvormen
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
LassenPraktijkonderwijsLeerjaar 4

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Lassen hoofdstuk 8 
lasnaadvormen

Slide 1 - Tekstslide

pa=

Slide 2 - Open vraag

pb=

Slide 3 - Open vraag

pc=

Slide 4 - Open vraag

pd=

Slide 5 - Open vraag

pe=

Slide 6 - Open vraag

pf
?

Slide 7 - Open vraag

pg
?

Slide 8 - Open vraag

ph
?

Slide 9 - Open vraag

pj
?

Slide 10 - Open vraag

Wat word verstaan onder lasnaadvorm ?

Slide 11 - Open vraag

Wanneer is het nodig om met voorbewerkte (aangeschuinde) lasnaden te werken ?

Slide 12 - Open vraag

Wat wordt verstaan onder lasnaad ?

Slide 13 - Open vraag

Wanneer noemen we iets een las ?

Slide 14 - Open vraag

wat is een kenmerk van stompe lasverbinding ?

Slide 15 - Open vraag

Noem 4 voorbeelden van stompe lasverbinding ?

Slide 16 - Open vraag


Slide 17 - Open vraag


Slide 18 - Open vraag


Slide 19 - Open vraag


Slide 20 - Open vraag


Slide 21 - Open vraag


Slide 22 - Open vraag


Slide 23 - Open vraag

Noem een voorbeeld van een niet stompe lasverbinding


Slide 24 - Open vraag

Noem 2 hoofdgroepen van de laspositie

Slide 25 - Open vraag

Welke lasstand wordt bedoeld met ?

Slide 26 - Open vraag

Met welke letters word de lasposities aangegeven waarbij je stapelend?

Slide 27 - Open vraag

Noem 4 manieren om lasnaden voor te bewerken ?

Slide 28 - Open vraag

Wat is een nadeel van autogeen snijden met de hand?

Slide 29 - Open vraag

Hoe kun je de rand van een met de hand autogeen gesneden plaat bijwerken ?

Slide 30 - Open vraag

Waarop moet je vooral letten als je een slijpmachine (haakse slijper) gebruikt om randen bij te werken of lasfouten weg te slijpen

Slide 31 - Open vraag