In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 40 min
Onderdelen in deze les
Welkom!
Wat ligt er op je tafel?
Kom binnen en ga zitten op jouw plek.
1
WELKOM!
2
Woorden-schrift
Pen
Laptop
Slide 1 - Tekstslide
1. Test jezelf
2. Woorden toevoegen
3. Stil lezen + leesstukje
Vandaag
Woorden in je woordenschrift leren
huiswerk
Programma
Slide 2 - Tekstslide
Je kent de betekenis van de woorden
Je kunt de woorden in je woordenschrift
toepassen;
Je kunt een samenstelling herkennen en zelf opschrijven.
LESDOELEN
Slide 3 - Tekstslide
Welke zinnen over voorvoegsels zijn waar?
A
Het woord verandert door het voorvoegsel.
B
Voorvoegsel schrijf je achter het woord.
C
Een voorvoegsel voegt niets toe
D
De betekenis van het woord verandert door het voorvoegsel.
Slide 4 - Quizvraag
Welke woorden zijn samenstellingen?
A
Tekening
B
Dakgoot
C
Verhuizen
D
vruchtentaart
Slide 5 - Quizvraag
Uit welke woorden bestaat de samenstelling "chipszak"?
Slide 6 - Open vraag
Maak de goede samenstelling: banaan + ijs
Slide 7 - Open vraag
Wat betekent 'onderschatten'?
A
wat er niet is, wat gemist wordt
B
een oordeel geven, zeggen wat je ervan vindt
C
denken dat het minder is dan in werkelijkheid
Slide 8 - Quizvraag
Mijn opa heeft een mooie .............. gehad: eerst was hij leraar, daarna werd hij afdelingsleider en uiteindelijk werd hij zelfs directeur van de school.
Slide 9 - Open vraag
Wat is een paragraaf?
A
een soort keizer
B
ander woord voor hoofdstuk
C
onderdeel in een vliegtuig
D
onderdeel van het hoofdstuk.
Slide 10 - Quizvraag
Wat betekent "het ver schoppen"?
A
goed kunnen voetballen
B
een prijs winnen in de karatesport
C
veel bereiken, veel succes hebben in het leven
D
ergens veel moeite voor doen
Slide 11 - Quizvraag
Schrijf een aantal zinnen en gebruik 'het ver schoppen'.