Suprapubische katheter

Blaasspoelen en de suprapubische katheter
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Blaasspoelen en de suprapubische katheter

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het eind van de les kan je :
- Uitleggen wat een suprapubische katheter is; 
- Uitleggen welke verschillen er zijn tussen een suprapubische 
   katheter en een urethrale katheter; 
- Uitleggen wat indicaties zijn voor blaasspoelen;
- Uitleggen hoe blaasspoelen in zijn werk gaat.

En heb je geoefend met het blaasspoelen en het verzorgen van een sp katheter.


Slide 2 - Tekstslide

Wat is een suprapubische katheter?
Een katheter die net boven het schaambeen,  wordt geplaatst. 

'Supra' = latijn voor boven
'Os pubis' = latijn voor schaambeen

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Indicaties:
- Chronische incontinentie
- Terugkerende urineweginfectie bij urethrale katheter;
- Een kleine blaascapaciteit;
- Vernauwing van de urethra (urinebuis);
- Geen controle over de blaas bijv. door een dwarslaesie;

Slide 6 - Tekstslide

Voordelen 
- Zelfredzaamheid omdat de zorgvrager de katheter kan zien;
- De suprapubische katheter is comfortabeler (bijvoorbeeld bij zitten in een stoel);
- Leren urineren via de natuurlijke weg is makkelijker;
- Minder risico op urineweginfecties;
- Geen belemmering voor seksueel contact.

Slide 7 - Tekstslide

Nadelen
- operatieve plaatsing; 1e wissel  door een arts
- litteken na verwijderen
- kleine kans op buikvliesontsteking

Slide 8 - Tekstslide

Complicaties:
- Urinelekkage via de urethra -> mogelijk door blaaskramp
- Infectie -> blaasontsteking -> goed drinken
- Wildvlees -> aanstippen met zilvernitraat

Slide 9 - Tekstslide

Aandachtspunten:
- Nieuwe SP: fistel moet zich nog vormen, er is een wond;
- Dagelijks wassen, douchen of baden is geen probleem;
- Wel goed drogen rondom de insteek!
- Alleen verbinden zolang er lekkage is van urine of wondvocht;
- Iedere 6-12 weken een katheterwissel. 

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Blaas- en katheterspoelen
- In opdracht van de arts;
- Voor beide handelingen zijn er andere protocollen
- Verschillende soorten spoelvloeistof;
- Afhankelijk van de vloeistof: inwerktijd;
- Open of gesloten systeem / actief of passief;
- Spuit of zakje (urotainer)


Slide 12 - Tekstslide

Indicaties:
- Voorkomen van verstopping;
- Verwijderen van bloed/stolsels;
- Doorgankelijkheid van de katheter testen;
- Inbrengen van medicatie bijv. cytostatica.

Slide 13 - Tekstslide

Blaasspoelen
- grote hoeveelheden vloeistof
- kan continu vb na ok
- bij medicatie; wissel van houding
- controleer of er evenveel of meer afloopt

Katheterspoelen
- kleine hoeveelheid vloeistof
- vaak om de dag
- zo kort mogelijk in de blaas

Slide 14 - Tekstslide

Vragen?

Nee? oefenen!

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video